In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Lesprogramma
1. 10 minuten lezen
2. uitleg hfdst. 5
3. aan de slag met je weektaak
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Vandaag leer je dat:
- Een schrijver zijn teksten schrijft met een doel. Dit noemen we het tekstdoel.
- Hoe je de verschillende tekstdoelen kunt herkennen
Slide 3 - Tekstslide
Waarom?
Het is belangrijk om te zien wat het tekstdoel is, om te bepalen wat voor invloed de schrijver op jou probeert te hebben.
Ook als je zelf een tekst gaat schrijven, bedenk je eerst wat het doel is van je tekst. Op basis daarvan bepaal je hoe je jouw tekst opbouwt.
tekstdoel
Slide 4 - Tekstslide
Filmpje!
Je kunt nu de theorie van hfdst. 5 gaan bestuderen. Deze gaat over tekstdoelen
Op de volgende dia staat een uitlegfilmpje over dit onderwerp. Je kunt er ook voor kiezen om het filmpje in je methode te bekijken of de theorie te lezen.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Overhalen
D
Uitleggen
Slide 7 - Quizvraag
Tekstdoelen
Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren
Slide 8 - Quizvraag
Wat is geen tekstdoel?
A
Amuseren
B
Informeren
C
Aandacht trekken
D
Uitleg geven
Slide 9 - Quizvraag
Tekstdoel?
A
Informeren
B
Iets laten doen (Activeren)
C
Vermaken (amuseren)
D
Een mening geven (overtuigen)
Slide 10 - Quizvraag
Tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren
Slide 11 - Quizvraag
Wat is het tekstdoel?
A
amuseren
B
overtuigen
C
informeren
D
activeren
Slide 12 - Quizvraag
Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overhalen
C
Amuseren
Slide 13 - Quizvraag
Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overhalen
C
Amuseren
D
Overtuigen
Slide 14 - Quizvraag
Wat is GEEN tekstdoel?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Anticiperen
D
Amuseren
Slide 15 - Quizvraag
Weektaak
Maak de opdrachten van hfdst. 5 Lezen in jouw leerroute. Zorg ervoor dat je donderdag dit hoofdstuk gemaakt hebt.