Thema 2 cellen en organen 2.6/2.7 Weefsel en eencellige organismen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1,2

Welkom allemaal!!

zoek een plek op in de klas,
pak je biologie boek voor je

Weefsel en eencellige

wat gaan we vandaag doen?

1) Herhalen vorige les: celdeling

2) vragen nakijken van Celdeling

3) Leerdoelen vandaag

4) Nieuwe theorie: 2.6/2.7 celdeling

5) Zelf aan de slag

6) Leerdoelen behaald

Hoeveel chromosomen zitten er in de celkern?

hoeveel cellen verlies je elke dag?

Huiswerk controleren 

+ nakijken 

 blz: 108 t/m 110

Alle organismen bestaan uit cellen. Cellen vormen samen weefsel. Weefsel vormen organen 

Weefsel van mensen 

• een groep cellen met dezelfde vorm en functie noemen weefsel 
• de botcellen vormen samen botweefsel 
• in de hersenen bevindt zich het zenuwweefsel 
• in de spieren bevindt zich spierweefsel 
• Een orgaan bestaat uit verschillende weefsels

Uit welk weefsel bestaat het hart?

spierweefsel en zenuwweefsel

Tussencelstof

In veel weefsels zit tussencelstof tussen de cellen. Soms is dit een vloeistof, soms is het een harde stof. Dit maakt het weefsel stevig en sterk 

Weefsel van planten 

de boven en onderkant van een blad bestaan uit een laag cellen dit heet de opperhuid. De opperhuid beschermt het blad tegen invloeden van buitenaf. Tussen de opperhuidcellen liggen de huidmondjes. Door de huidmondjes nemen planten koolstoofdioxide op en geven zuurstof af. 

biologiepagina.nl

Klassikaal opdrachten maken 

BLZ: 

• 117 
• 118 

Eencellige organismen 

Lees de volgende blz: 120, 121 en 122 

0

Zelf aan de slag

Wat moet je doen?

Maken opdracht 1 tot en met 7  (blz123)
Hoe moet je dat doen?
daarna op fluisterniveau volgens BBB-methode. 
Wanneer moet het af zijn?
Begin van de volgende les. 

Wat gaan we doen de volgende les?

De volgende les gaan we alle samenvattingen maken van dit hoofdstuk.