5H Economie par. 14.5

Bespreken Huiswerkopgave 2
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bespreken Huiswerkopgave 2

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht Pay-off matrix Spel Prijzenoorlog
Linksboven: beide verlagen prijs, dus beide nog steeds 50 klanten met een prijs van € 4,-, dus ( 200, 200 )
Linksonder: jij verhoogt en raakt 10 klanten kwijt en de tegenstander verlaagt en verovert nog eens 10 klanten extra, dus jij 30 x € 6,= 180, 
tegenstander 70 x € 4 = 280, dus ( 180, 280)
Rechtsboven: omgekeerd aan linksonder, dus ( 280, 180 )
Rechtsonder: beide verhogen prijs, dus beide nog steeds  50 klanten met een prijs van € 6,-, dus ( 300, 300 )

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht Pay-off matrix Spel Prijzenoorlog

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht Pay-off matrix Spel Prijzenoorlog
vraag 2
Als de tegenstander verlaagt, kun jij beter ook verlagen, want 200 > 180
Als tegenstander verhoogt, kun jij beter ook verhogen, want 300 > 280
Dus in beide situaties maak je een andere keuze, dus geen dominante strategie
vraag 3
Twee Nash-evenwichten: ( 200, 200 ) en ( 300, 300 )
Want in beide gevallen kun je met een andere keuze de uitkomst niet ten gunste van jezelf veranderen

Slide 4 - Tekstslide

Oligopolie

Prijsstarheid
Zowel prijsverlaging als prijsverhoging heeft geen zin

Gevangen in huidige prijzen

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht Pay-off matrix Spel Prijzenoorlog
Linksboven: Beide geen marketing, dus beide houden 50 klanten en geen kosten, dus ( 250, 250 )
Linksonder: Jij doet marketing en verovert dus 20 klanten, maar hebt wel € 50, extra kosten. Dus jij 70 x € 5 - € 50,- = 300. Tegenstander 30 x € 5,- = 150
Dus ( 300, 150 )
Rechtsboven: omgekeerd aan linksonder, dus ( 150, 300 )
Rechtsonder: Beide marketing, dus beide houden 50 klanten, maar nu wel beide € 50,- kosten, dus ( 200, 200 )

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht Pay-off matrix Spel Prijzenoorlog
vraag 2
Als tegenstander geen marketing doet, kun jij beter wel marketing doen, want 300 > 250
Als tegenstander marketing doet, kun jij beter ook marketing doen, want 200 > 150
Dus dominante strategie is marketing, ongeacht de keuze van de ander is marketing de beste keuze
vraag 3: Nash-evenwicht is dus ( marketing, marketing )

Slide 7 - Tekstslide

Jij bent belastingbetaler 2
Waar ga je voor?
A
Linksboven
B
Rechtsboven
C
Linksonder
D
Rechtsonder

Slide 8 - Quizvraag

Als belastingbetaler 1 wel bijdraagt, is jouw beste keuze ...(1)
Als belastingbetaler 1 niet bijdraagt, is jouw beste keuze ...(2)
A
1 wel bijdragen 2 wel bijdragen
B
1 wel bijdragen 2 niet bijdragen
C
1 niet bijdragen 2 wel bijdragen
D
1 niet bijdragen 2 niet bijdragen

Slide 9 - Quizvraag

Gevangenendilemma Collectieve goederen

Dominante strategie: Niet bijdragen
Nash Evenwicht: ( Niet bijdragen, Niet bijdragen )

Daarom collectieve dwang via belastingheffing

Slide 10 - Tekstslide

Hw.
Huiswerkopgaven 3 en 4

Slide 11 - Tekstslide