Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Blok 2, les 8 - dirigent en eend
lesdoel
Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd goed schrijven.
Ik kan woorden op d of t, of p of b schrijven
Ik kan woorden met een i die klinkt als /ie/ schrijven
1 / 30
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Spelling
Basisschool
Groep 6
In deze les zitten
30 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
lesdoel
Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd goed schrijven.
Ik kan woorden op d of t, of p of b schrijven
Ik kan woorden met een i die klinkt als /ie/ schrijven
Slide 1 - Tekstslide
Welke woorden op -b
(web) ken jij?
Slide 2 - Woordweb
Waar hoor je een
b
maar hoor je een
p
Ik hoor een
p
maar schijf een
b
gebak
heb
krab
brons
bieb
korfbal
slab
grap
club
schub
Slide 3 - Sleepvraag
Slide 4 - Tekstslide
A
de krab
B
de krap
Slide 5 - Quizvraag
A
de rob - de robben
B
de rop - de roppen
Slide 6 - Quizvraag
A
de schup - de schuppen
B
de schub - de schubben
Slide 7 - Quizvraag
A
de bioscoop
B
de bioscoob
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Open vraag
e
b
ri
b
kra
b
we
b
spinnenwe
b
clu
b
clu
b
gebouw tennisclu
b
we
b
site
he
b
sla
b
dra
b
bie
b
to
b
Slide 10 - Tekstslide
Langer maken
Spreek het woord web uit.
Je hoort een /p/, maar je schrijft een b.
Soms kun je het woord langer maken:
één web, twee webben.
Hoor je de b bij het langer van maken van het woord?
Dan schrijf je een b.
Slide 11 - Tekstslide
Welk woord is goed gespeld?
A
de club
B
de clup
C
de klub
D
de klup
Slide 12 - Quizvraag
i of ie
sp..rpijn
Slide 13 - Open vraag
i of ie
d..ploma
Slide 14 - Open vraag
i of ie
lamp..on
Slide 15 - Open vraag
i of ie
p..loot
Slide 16 - Open vraag
Vervoeg het werkwoord
worden
in de tegenwoordige tijd
voorbeeld
Ik wandel
Hij wandelt
Wij wandelen
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Tekstslide
Werkwoord: niezen
TT
U ..... de hele tijd.
Slide 19 - Open vraag
Werkwoord: proeven
TT
Het meisje ..... de soep.
Slide 20 - Open vraag
Werkwoord: blozen
TT
De jongen ...... vaak.
Slide 21 - Open vraag
Werkwoord: blozen
TT
Het meisje ...... vaak.
Slide 22 - Open vraag
Werkwoord: omhelzen
TT
Hij ...... zijn beste vriend.
Slide 23 - Open vraag
Tegenwoordige tijd
SCHUDDEN
ik .........jij
ik vorm
ik schud
jij/hij/zij/het meisje
ik vorm+
t
hij schud
t
jullie/ wij
hele ww
wij schudden
Slide 24 - Tekstslide
Werkwoord: drijven
Ik ....... (TT) op het water.
A
drijft
B
dreef
C
drijf
D
drijv
Slide 25 - Quizvraag
Werkwoord: blazen
Ik ....... (TT) op het water.
A
blaas
B
blaaz
C
blies
D
bliez
Slide 26 - Quizvraag
Het bedrijf ..... de schade niet.
TT
A
vergoedt
B
vergoed
C
vergoet
Slide 27 - Quizvraag
... jij eigenlijk van chocola?
TT
A
houdt
B
houd
Slide 28 - Quizvraag
... jij niet gek van dat spel?
TT
A
wort
B
word
C
wordt
Slide 29 - Quizvraag
spelling, blok 2, les 8 , blz. 38
Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd goed schrijven.
Ik kan woorden op d of t, of p of b schrijven
Ik kan woorden met een i die klinkt als /ie/ schrijven
Slide 30 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
13. Thema3, week 1, les 1 woorden die eindigen op b
November 2022
- Les met
21 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
Woorden op -b (web)
Februari 2023
- Les met
15 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
Woorden op -b (web)
Januari 2022
- Les met
16 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
Thema 3 les 1 Woorden op -b (/krabweb)
Oktober 2022
- Les met
11 slides
Spelling
Basisschool
Spelling Herhaling les 1 groep 7
Oktober 2023
- Les met
10 slides
Taal
Basisschool
Groep 7
Les spelling 'web' 23-10-2023
Oktober 2023
- Les met
33 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
Blok 3, les 4 werkwoorden TT en dirigent
Oktober 2024
- Les met
26 slides
Spelling
Basisschool
Groep 6
groep 8 werkwoord spelling cito
Oktober 2024
- Les met
44 slides
nederlands
Primary Education