4.4 Chemische reacties


H4.4 Chemische reacties
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


H4.4 Chemische reacties

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt processen in het dagelijks leven herkennen als chemische reactie. 
  • Je kunt een chemische reactie weergeven in een reactieschema. 
  • Je kunt de kenmerken van een ontledingsreactie en van een verbrandingsreactie benoemen. 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Chemische reactie = verandering van stofeigenschappen

Slide 4 - Tekstslide

 Chemische reacties

Bij elke chemische reactie verdwijnt er minstens 1 stof. Er ontstaat ook minstens 1 stof.


Een chemische reactie is ook niet terug te draaien. Als je een eitje bakt, kun je hem niet meer terug in zijn originele vorm krijgen. Een ijsklontje kun je steeds opnieuw bevriezen en smelten. Dit is een faseovergang en dus GEEN chemische reactie



Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden van chemische reacties
Het bereiden van voedsel zoals het bakken van een eitje

Het roesten van ijzer, bijvoorbeeld je fiets

Het hard worden van lijm

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Verbranding

Als een stof snel en met vlammen reageert met zuurstof uit de lucht, zeg je dat die stof verbrandt.


Er zijn 3 brandvoorwaarden:

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Reacties
Atomen hebben we nodig om nieuwe stoffen te maken.
Stoffen kunnen weer met elkaar reageren en zo ontstaan nieuwe stoffen.
Dit zijn chemische reacties en gebeuren de hele tijd om je heen

Slide 11 - Tekstslide

Reactieschema of reactievergelijking?

Van een reactie kun je een reactieschema of een reactievergelijking maken. 

Een reactieschema is in woorden. 

Een reactievergelijking is in formule. 

Slide 12 - Tekstslide

  1. Reactieschema voor het maken van water
  2. maak een reactievergelijking (met de letters van de atomen)
  3. maak de reactie kloppend

Slide 13 - Tekstslide

Je ziet nu hoe een reactie verloopt, alleen nog niet hoeveel van de stoffen verbruikt wordt. 

Slide 14 - Tekstslide

Als fruit gaat rotten, is de geur van alcohol te ruiken. Dit komt doordat de suiker die in het vruchtensap is opgelost(glucose) wordt omgezet in alcohol(ethanol) en koolstofdioxide.
Noteer:
  1. Reactieschema
  2. reactievergelijking
  3. Kloppend maken van de reactie

Slide 15 - Tekstslide

Reactieschema
Begin: Methaan en Zuurstof
Eind: Koolstofdioxide en Water

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Corrosie
Veel metalen worden aangetast door stoffen in de lucht zoals zuurstof (O2) en water (H2O). Dat noem je corrosie en is ook een chemische reactie

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Reactieschema

In een reactieschema zet je de beginstoffen  vóór de pijl

In een  reactieschema zet je de  reactieproducten na de pijl

Slide 21 - Tekstslide

Reactieschema voor verbranding:


brandstof + zuurstof -->  reactieproducten

Slide 22 - Tekstslide

Reactieschema fotosynthese

6 CO2 + 6 H2O ----> C6H12O6 + 6 O2
koolstofdioxide+water---->glucose + zuurstof
Beginstoffen---->reactieproducten

Slide 23 - Tekstslide

Soorten reacties

- Verbrandingsreactie (brandstof +O2---->verbrandingsproducten)

- Ontledingsreactie (1 stof voor de pijl, meerdere achter de pijl)

-andere chemische reacties


Een faseovergang is geen reactie, deze is omkeerbaar.


Slide 24 - Tekstslide

Huiswerk
Pulsar Werkboek B
Blz. 24 t/m 27
Opgaven: 4 t/m 20

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Koen is in een romantische bui en steekt een kaarsje aan.
Bij de vlam ziet hij dat het kaarsvet vloeibaar is geworden en begint te druppelen. Met wat voor soort reactie heb je hier te maken?
A
chemische reactie (Scheikundige reactie)
B
Ontledingsreactie
C
Fysische reactie (Natuurkundige reactie)
D
Een verbrandingsreactie

Slide 27 - Quizvraag

Adrie bakt een wit afbakbroodje mooi bruin.
Sanne haar fiets is aan het roesten.
Bij welke leerling(en) vind een chemische reactie plaats?
A
Bij Adrie
B
Bij Sanne
C
Bij beiden
D
Bij geen van beiden

Slide 28 - Quizvraag

Femke smelt boter in een pan.
Raoul steekt een papiertje in de brand.
Bij welke leerling(en) vind er een chemische reactie plaats?
A
Bij Femke
B
Bij Raoul
C
Bij geen van beiden
D
Bij beiden

Slide 29 - Quizvraag

Kimberley heeft de ijsjes uit de afbeelding gekocht. Je koopt deze ijsjes als vloeistof en vriest deze thuis in, waarna deze stof zich niet langer in de vloeibare fase, maar in de vaste fase bevindt. Met wat voor soort reactie heb je hier te maken?
A
Een chemische reactie (Scheikundige reactie)
B
Een ontledingsreactie
C
Een fysische reactie (Natuurkundige reactie)
D
Een verbrandingsreactie

Slide 30 - Quizvraag

Veronic heeft beton in haar tuin gestort, om de palen van haar schutting stevig in vast te zetten en houtrot te voorkomen. Het uitharden van beton is een voorbeeld van een ……
A
Chemische reactie (Scheikundige reactie)
B
Ontledingsreactie
C
Fysische reactie (Natuurkundige reactie)
D
Een verbrandingsreactie

Slide 31 - Quizvraag

Wanneer je water onder stroom zet, dan valt water (H2O) uiteen in de stoffen waterstof (H) en zuurstof (O). Dit noem je de elektrolyse van water. Met wat voor soort reactie heb je hier te maken?
A
Chemische reactie (Scheikundige reactie)
B
Ontledingsreactie
C
Fysische reactie (Natuurkundige reactie)
D
Een verbrandingsreactie

Slide 32 - Quizvraag

In de motor van een auto die op waterstof rijdt vind de volgende reactie plaats:

2 H2 + O2 —> 2 H2O

Met wat voor reactie heb je hier te maken?
A
Chemische reactie (Scheikundige reactie)
B
Ontledingsreactie
C
Fysische reactie (Natuurkundige reactie)
D
Verbrandingsreactie

Slide 33 - Quizvraag

Bekijk de reactie hieronder:

Suiker (C12H22O11) —> koolstof (12 C)+ water (11H2O)

Wat voor soort reactie is dit?
A
Chemische reactie (Scheikundige reactie)
B
Ontledingsreactie
C
Fysische reactie (Natuurkundige reactie)
D
Een verbrandingsreactie

Slide 34 - Quizvraag

Bekijk de reactie hieronder:

Magnesium + zuurstof —> magnesiumoxide
A
Chemische reactie (Scheikundige reactie)
B
Ontledingsreactie
C
Fysische reactie (Natuurkundige reactie)
D
Een verbrandingsreactie

Slide 35 - Quizvraag

Welk metaal is ongevoelig voor corrosie?
A
Ijzer
B
Koper
C
Aluminium
D
Goud

Slide 36 - Quizvraag

Welk metaal kan volledig door corroderen?
A
Ijzer
B
Koper
C
Aluminium
D
Goud

Slide 37 - Quizvraag

Waarom voegt men een laagje tin toe aan de binnenkant van een stalen conservenblik?

Slide 38 - Open vraag