quiz 3 omgaan met geld

Quiz 3: Omgaan met geld
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Quiz 3: Omgaan met geld

Slide 1 - Tekstslide

1. Soms moet je een eigen bijdrage betalen voor jouw medicijn.
أحيانًا يتعين عليك دفع مساهمة خاصة لدوائك.

A
waar / صحيح
B
niet waar / غير صحيح

Slide 2 - Quizvraag

2.Welke uitkering krijg je van de sociale verzekeringsbank?
ما هي المساعدة التي تحصل عليها من بنك التأمينات الاجتماعية؟
A
zorgtoeslag / دعم الرعاية
B
kindgebonden budget / الميزانية المرتبطة بالطفل
C
kinderbijslag / دعم الأطفال
D
huurtoeslag / دعم الإيجار

Slide 3 - Quizvraag

3. Tandartsverzekering is verplicht.
التأمين على الأسنان إلزامي.
A
waar / صحيح
B
niet waar / غير صحيح

Slide 4 - Quizvraag

4. Als een kind een beugel nodig heeft, is een tandartsverzekering met orthodontische dekking verstandig.
إذا كان الطفل يحتاج إلى تقويم أسنان، فإن التأمين على الأسنان مع تغطية تقويم الأسنان يكون حكيمًا.

A
waar / صحيح
B
niet waar / غير صحيح

Slide 5 - Quizvraag

5. Wat valt onder eigen risico?
ما هو مشمول ضمن الخصم الذاتي؟

A
Huisarts / طبيب الأسرة
B
Huisartsenpost / عيادة الطبيب الأسري
C
Anticonceptiva van 18 tot en met 20 jaar / وسائل منع الحمل من 18 إلى 20 سنة
D
Medicijnen / الأدوية

Slide 6 - Quizvraag

6. Met een Inboedelverzekering kun je je huis verzekeren tegen brandschade.
مع التأمين على المحتويات، يمكنك تأمين منزلك ضد أضرار الحريق.

A
waar / صحيح
B
niet waar / غير صحيح

Slide 7 - Quizvraag

7. Je hebt per ongeluk de telefoon van iemand anders laten vallen en hij is kapot gegaan, welke verzekering dekt dit?
لقد أسقطت هاتف شخص آخر عن طريق الخطأ وتعرض للتلف، أي تأمين يغطي ذلك؟

A
WA verzekering / تأمين المسؤولية
B
Inboedelverzekering / التأمين على المحتويات
C
All-risk verzekering / تأمين شامل
D
Aansprakelijkheidsverzekering / تأمين المسؤولية

Slide 8 - Quizvraag

8. Het standaard eigen risico is .............euro (voor 2024)
الخصم الذاتي القياسي هو ............. يورو (لعام 2024)
A
375
B
385
C
395
D
885

Slide 9 - Quizvraag

9. Je kan standaard eigen risico in 10 termijnen betalen.
يمكنك دفع الخصم الذاتي القياسي على 10 أقساط.

A
waar / صحيح
B
niet waar / غير صحيح

Slide 10 - Quizvraag

10. Welke schade wordt niet gedekt door de (basis)inboedelverzekering?
أي الأضرار لا تغطيها (التأمين الأساسي على المحتويات)؟

A
schade door brand / الأضرار الناتجة عن الحريق
B
diefstal / السرقة
C
schade door eigen kind / الأضرار الناتجة عن الطفل الخاص بك
D
lekkage / التسرب

Slide 11 - Quizvraag

11. De All-Risk autoverzekering is in de meeste gevallen voor de auto's tot ..... jaar oud.
تأمين السيارات الشامل في معظم الحالات مخصص للسيارات التي عمرها أقل من ..... سنوات.


A
5
B
3
C
10
D
7

Slide 12 - Quizvraag

12. Welke verzekering dekt je als je met je fiets tegen een stilstaande auto botst?
أي تأمين يغطيك إذا اصطدمت بدراجتك بسيارة متوقفة؟

A
Aansprakelijkheidsverzekering / تأمين المسؤولية
B
WA verzekering / تأمين المسؤولية
C
Inboedelverzekering / التأمين على المحتويات
D
Zorgverzekering / التأمين الصحي

Slide 13 - Quizvraag

13. Om een werkloosheidsverzekering te krijgen, moet je minstens ........maanden gewerkt hebben.
للحصول على تأمين ضد البطالة، يجب أن تكون قد عملت لمدة ........شهرًا على الأقل.

A
3
B
6
C
5
D
8

Slide 14 - Quizvraag

14. Als je vrijwillig je eigen risico verhoogt, betaal je meer maandelijkse zorgpremie.
إذا قمت بزيادة خصمك الذاتي طواعية، فسوف تدفع المزيد من الأقساط الشهرية للتأمين الصحي.

A
waar / صحيح
B
niet waar / غير صحيح

Slide 15 - Quizvraag

15. Welke verzekering is verplicht in Nederland?
أي تأمين إلزامي في هولندا؟

A
inboedelverzekering / التأمين على المحتويات
B
aansprakelijkheidsverzekering / تأمين المسؤولية
C
zorgverzekering / التأمين الصحي
D
fietsverzekering / تأمين الدراجة

Slide 16 - Quizvraag

16. Welke verzekering is NIET verplicht in Nederland?
أي تأمين غير إلزامي في هولندا؟

A
inboedelverzekering / التأمين على المحتويات
B
aansprakelijkheidsverzekering / تأمين المسؤولية
C
zorgverzekering / التأمين الصحي
D
fietsverzekering / تأمين الدراجة

Slide 17 - Quizvraag

17. Wat is een premie?
ما هو القسط؟

A
geld wat je betaalt voor een verzekering / المال الذي تدفعه مقابل التأمين
B
een stuk papier waarop staat wat er verzekerd is / قطعة من الورق توضح ما هو مؤمن
C
een noodzakelijke verzekering / تأمين ضروري
D
de voorwaarden van de verzekering / شروط التأمين

Slide 18 - Quizvraag