H2. Het medialandschap 2425

Maatschappijkunde 
2. Het medialandschap
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Maatschappijkunde 
2. Het medialandschap

Slide 1 - Tekstslide

Planning
-Actualiteitentoets
-Herhalen hoofdstuk 1
-Uitleg H 2 Het Medialandschap
-Zelfstandig aan het werk
Log in op LessonUp met klascode bzajd
Log in op de Eindexamensite met code IJRW  

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video


Is hier sprake van communicatie?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Zender 
Ontvanger 
Boodschap
Medium
De gene die communiceert.
De informatie die overgedragen wordt.
Brief, gesprek of een whatsappje.
Voor wie de boodschap bedoeld is of de persoon die de boodschap oppikt.

Slide 5 - Sleepvraag

Massamedia
A
zijn zenders die hun geld verdienen met reclames. Zoals RTL 4/5/7 en SBS6.
B
zijn zenders die geld krijgen van de overheid. AVROTROS en BNNVARA, op NPO 1, 2,3
C
zijn media waarbij de informatie door heel veel mensen wordt gezien, gelezen of gehoord.
D
is het doorgeven van actuele, bijzondere of interessante informatie

Slide 6 - Quizvraag

Verbale communicatie 
Non-Verbale communicatie

Slide 7 - Sleepvraag

2.1 Digitalisering van de media
Leerdoelen:
Je kan de invloed van de digitalisering van de media beschrijven
Je kan vertellen hoe de traditionele media eruit ziet 
Je kan uitleggen wat een filterbubbel is, wat selectieve waarneming is. 



Slide 8 - Tekstslide

Digitalisering van de media
Vroeger kon je niet opnemen, terugkijken of kijken wanneer je maar wilde. Je moest op een vast moment voor de tv zitten.


De economie is veranderd naar een 'on-demand' economie > een economie waar  de wens van de klant direct of zo snel mogelijk vervuld worden. De ontvanger staat dus steeds meer centraal

Slide 9 - Tekstslide

On demand economie
Digitale media zorgt voor veel mogelijkheden voor de ontvanger van media: 
  • In 1 dag een hele serie kijken op Netflix
  • miljoenen liedjes kunnen luisteren op Spotify.
  • Programma's op tv terug kijken


De digitalisering van de media zorgt voor veel vrijheid maar soms ook voor onvrijheid.

Slide 10 - Tekstslide

De zender is veranderd
De zender is ook veranderd, dat komt vooral door sociale media. 
Sociale media > alle internetmedia waarop je zelf inforamtie kunt delen met anderen 
Zenders die veel plaatsen krijgen een grote invloed. Zij worden zo een rolmodel of voorbeeld en kunnen er een fulltime baan van maken. Bijv Nikkietutorials.

Slide 11 - Tekstslide

Gepersonaliseerd aanbod 
  • Mediabedrijven hebben algoritmes ontwikkeld die bijhouden wat jij kijkt. Zo voorspellen ze jij wat jouw interesses zijn en daar verzamelen ze data voor.
  • Bedrijven verzamelen deze data om te kunnen bepalen wat jij graag wilt zien.   
  • Handig maar je privacy wel in het gedrang komen

Slide 12 - Tekstslide

Filterbubbel
Door selectieve waarneming (=je kiest zelf wat je wilt zien en horen)  krijg je meestal geen complete informatie.

Je komt in een soort filterbubbel.  

Slide 13 - Tekstslide

Selectieve waarneming
Op sociale media bepaal je zelf wat je wilt zien, je klikt op een filmpje of juist niet. Dit noemen we selectieve waarneming
Algoritmes bieden je bepaalde berichten aan die passen bij jouw interesses. Je krijgt dus andere content te zien dan je vrienden of familie. 
Je kunt daardoor in een filterbubbel komen. Je ontvangt alleen nog maar informatie die jouw mening bevestigd.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Kom uit die bubbel! 
Om een goede mening te kunnen vormen is het dus  belangrijk dat je ook  verschillende meningen van anderen hoort. 

Haal daarom je informatie ook uit kranten, van tv en van nieuwsites.

Slide 16 - Tekstslide

2.2 Soorten Media
Radio, televisie, kranten en tijdschriften noemen we traditionele media.

Traditionele media werkt met een redactie: professionele mensen die bepalen wat er in een krant, tijdschrift of tv programma komt
 


Slide 17 - Tekstslide

Kranten en tijdschriften
In Nederland komen ca. 30 verschillende kranten per dag uit

Slide 18 - Tekstslide

Landelijke kranten
Verschijnen dagelijks en brengen binnen- en buitenlands nieuws.

Voorbeelden zijn:
het AD, de Telegraaf, NRC Next, De Volkskrant, Trouw, etc. 

Slide 19 - Tekstslide

Regionale kranten
Verschijnen dagelijks en brengen naast binnen en buitenlands nieuws ook nieuws uit de regio. 

Voorbeelden: de Gelderlander, Dagblad van het Noorden, Tubantia, de Stentor & de Limburger.

Slide 20 - Tekstslide

Populaire krant
(Misdaad, rampen, sport, amusement, BN'ers etc.)
Kwaliteitskrant
(Politieke ontwikkelingen, economie & cultuur) 

Slide 21 - Tekstslide

0

Slide 22 - Video

Doelgroep = een groep mensen met gemeenschappelijke kenmerken

Slide 23 - Tekstslide

Tijdschriften: 
schrijven voor een eigen doelgroep met een bepaald interessegebied
Opiniebladen:
deze geven achtergrondinformatie en commentaar over politieke, economische culturele en maatschappelijke kwesties. 

Slide 24 - Tekstslide

Omschrijf de doelgroep van de Donald Duck

Slide 25 - Open vraag

Hebben jouw ouders (nog) een abonnement op een krant?!

A
Ja!
B
Nee!

Slide 26 - Quizvraag

Televisie en radio
Televisie en radioprogramma's worden uitgezonden via omroepen.  De achtergrond van de verschillende omroepen en zenders is van invloed op het aanbod. 

We maken onderscheid tussen publieke zenders en commerciële zenders

Slide 27 - Tekstslide

Publieke omroepen
Publieke omroepen zenden uit op NPO 1, 2 en 3.
Bijvoorbeeld: EO, Radio 3FM, BNNVARA en VPRO.

Publieke omroepen worden betaald uit ons belastinggeld en
reclameopbrengsten. 

Hoofddoel = informeren 



Slide 28 - Tekstslide

Publieke omroepen
Publieke omroepen moeten van de overheid zorgen voor een
pluriform (veelvormig of veelkleurig) aanbod. Er zijn programma’s voor jongeren, gelovigen, mensen met een beperking of liefhebbers van klassieke muziek. kunst of natuur. 

Omroepen hebben daarom allemaal een eigen doelgroep: een
groep mensen met dezelfde kenmerken en belangstelling.



Slide 29 - Tekstslide

Pluriform aanbod 
Er zijn zes publieke omroepverenigingen met een erkenning voor de publieke omroep. Zij voldoen aan de eisen voor een omroeporganisatie . Ze hebben een minimaal aantal betalende leden (150.000). 

De publieke omroepen zijn:
  • AVROTROS                     BNN VARA
  • KRO-NCRV                     Omroep MAX
  • EO                                    VPRO-human

Slide 30 - Tekstslide

Commerciële zenders
Zij mogen zelf bepalen wat ze uitzenden. Maar moeten zich wel aan algemene regels en wetten houden. 

Het hoofddoel is het maken van winst.  Hoge kijkcijfers zijn dus erg belangrijk. 

Bijvoorbeeld: 
RTL 4, 5, 7 & 8
SBS 6 / Net 5 / TLC / MTV / Veronica 

Slide 31 - Tekstslide

Aan de slag! 
Het medialandschap
Lezen blz. 22 t/m 25
Maken en nakijken :  vraag 1, 3, 4, 6, 9, 11, 13, 15, 19, 21
+  Begrippen blz 34 OF  samenvatting blz 35

Keuze: 
Lesvideo's kijken, oefenen met Eindexamensite of Quizlet (volgende slide) 

 
timer
15:00
Kijk regelmatig het nieuws! 

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Link