VH, Telefoon op school

Mijn smartphone en ik... samen naar school. Of toch maar niet...?
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMiddelbare schoolMBOStudiejaar 1,2,4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Mijn smartphone en ik... samen naar school. Of toch maar niet...?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kent de regelgeving rondom telefoongebruik in de klas
  • Je krijgt inzicht in je eigen smartphone gebruik
  • Je krijgt inzicht in de voor en nadelen van smartphone gebruik
  • Je kunt bewuste keuzes maken t.a.v. je smartphone gebruik
  • Je geeft jouw mening over het verbieden van telefoons op school

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verandering in regelgeving

Slide 3 - Tekstslide

Mobiele telefoons niet toegestaan in de klas
Mobiele telefoons en ook tablets of smartwatches mogen in 2024 niet meer gebruikt worden in de klas. Mobiele telefoons leiden af en zorgen ervoor dat leerlingen slechter presteren. Scholen moeten hier zelf afspraken over maken met leraren, ouders en leerlingen zodat iedereen in de school precies weet wat wel en niet mag.
Scholen werken afspraken verder uit
Vanaf 1 januari 2024 is het gebruik van mobiele telefoons niet meer toegestaan op middelbare scholen.
Vanaf het nieuwe schooljaar (2024-2025) is het gebruik van mobiele telefoons niet meer toegestaan op basisscholen en het (voortgezet) speciaal (basis) onderwijs.
Scholen moeten zelf met leraren, leerlingen en hun ouders afspraken maken hoe dit er op hún school precies uit gaat zien. Scholen kunnen hierbij gebruikmaken van de handreiking ‘Schoolbeleid voor smartphones’ van Kennisnet.
Op de website van Kennisnet staat ook een stappenplan voor een helder smartphonebeleid. De VO-raad ondersteunt scholen ook bij het smartphonebeleid.
Mobiele telefoons slecht voor leerprestaties
Er is steeds meer bewijs dat mobiele telefoons in de les schadelijk zijn. Leerlingen kunnen zich minder concentreren en hun prestaties lijden eronder. Daar moeten we leerlingen tegen beschermen. Daarom is het niet-educatief gebruik van mobiele telefoons en ook tablets of smartwatches in 2024 niet meer toegestaan in de klas.
Uitzonderingen voor toestaan mobiele telefoons
Als mobiele telefoons noodzakelijk zijn voor de inhoud van de les, zijn ze wel toegestaan. Bijvoorbeeld in een les over mediawijsheid. En leerlingen die afhankelijk zijn van hun telefoon mogen deze wel gebruiken. Bijvoorbeeld om medische redenen of door een beperking.
In het speciaal onderwijs kunnen deze afspraken betekenen dat mobiele telefoons vaker dan op andere scholen toch in de klas gebruikt zullen worden. Het is belangrijk dat deze scholen met hun medewerkers, ouders en leerlingen goede afspraken maken zodat voor iedereen duidelijk is wat wel en niet mag.
'Smartphones zijn gif in de klas'
A
Eens
B
Oneens

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Smartphones in het lokaal verbieden is een kinderachtige maatregel'
A
Eens
B
Oneens

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Wat gebeurt er in de hersenen van kinderen en pubers wanneer zij digitale media gebruiken, waardoor zij schermslaven worden met een inefficiënt brokkelbrein?
Een ‘brokkelbrein’ is het brein van iemand die niet meer in staat is om langdurig ononderbroken aandacht te besteden aan één taak of zaak. Meestal is dit het gevolg van langdurig verkeerd schermgebruik. Soms is het aangeboren, zoals bij AD(H)D. Tegenwoordig zijn er heel wat kinderen die het stempel ADHD krijgen voor een aangeleerd brokkelbrein, zonder dat eerst geprobeerd wordt hun aandacht te trainen na het sterk beperken van hun schermtijd.
Wat er bij kinderen en adolescenten gebeurt als ze zich continu laten afleiden door schermpjes en appjes is hetzelfde als wat bij volwassenen gebeurt. Helemaal centraal in het verhaal staat ‘aandacht’. Aandacht van je denkbrein is als een kostbare niet herbruikbare grondstof. Je kunt die maar één keer gebruiken. De grootste vijand van je aandacht is
altijd verbonden zijn met het internet, vooral met de verslavende sociale media, omdat die zoveel van je kostbare aandacht wegsluizen met interessante maar irrelevante informatie, zodat die aandacht niet meer beschikbaar is voor zaken die relevant zijn. Voor een kind zijn dat activiteiten zoals leren, exploreren, bewegen, nabije interactie met echte vriendjes en familie.
De kern van de zaak is dat ons denkbrein slechts aandacht kan geven aan één zaak tegelijk. Het kan niet multitasken. Elke interruptie, dwingt ons denkbrein om onze aandacht te heroriënteren, om even helemaal om te schakelen, te wisselen tussen de taak en de afleiding. Elke heroriëntatie van onze aandacht, ook als het superkort is, veroorzaakt onvoorstelbaar veel tijdverlies, energieverlies, geheugenverlies en stress. Daardoor is je continu laten onderbreken door je appjes verschrikkelijk, vreselijk, inefficiënt. Bovendien veroorzaakt het een brokkelbrein dat gewoon niet meer in staat is tot volgehouden langdurige ononderbroken aandacht. Er gaat gelukkig niets kapot in het brein. Aandacht is als een spier: kun je verwaarlozen, maar kun je ook trainen.
'Een telefoonverbod zorgt voor meer gezelligheid in de school'
A
Eens
B
Oneens

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ben je tijdens de les of het huiswerk maken/leren vaak afgeleid door je telefoon?
A
Ja, heel vaak
B
Nee, nooit
C
Soms

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vind je dat je metéén moet antwoorden als een vriend of vriendin iets vraagt via de app?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vind je het fijn om in groepsapps te zitten?
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke apps gebruik je het meest op je telefoon?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Neem je wel eens bewust even afstand van je telefoon?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vind je het fijn om bijna 24/7 bereikbaar zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Gewoontes creëren

Slide 17 - Tekstslide

Nir Eyal: Hooked
Nir Eyal presenteerde tijdens Conversion Hotel 2018 over gedrag omzetten in gewoonte. Hij is schrijver van het boek ‘Hooked: how to build habit-forming products’. Daarbij heeft hij gekeken naar gedragspatronen en hoe bedrijven dit gebruiken.
De reden dat Nir Eyal zijn boek heeft geschreven is niet om grote bedrijven te helpen. Zij weten al hoe ze mensen verslaafd kunnen maken aan hun product. Maar dezelfde technieken en psychologische principes kun je toepassen om het leven van mensen te verbeteren. We kunnen volgens Nir deze gewoontes op een juiste manier gaan gebruiken.
De ‘hook’ waar Nir Eyal het over heeft is het moment waarbij een connectie gemaakt wordt tussen een probleem bij een gebruiker en jouw product. Hierbij is genoeg frequentie nodig om een gewoonte te vormen.
De stappen die een gebruiker doorloopt bij het ‘Hooked-model’ zijn:
Trigger
Actie
Beloning
Investering
Triggers
Nir geeft aan dat er twee soorten triggers zijn, namelijk interne en externe triggers. Bij het ‘Hooked-model’ wordt de gebruiker vaak door een externe trigger naar het product gestuurd en zorgen de interne triggers ervoor dat gebruikers terugkomen naar het product.
Externe triggers
Dit zijn triggers van buitenaf. Deze vertellen je wat de volgende stap is gebaseerd op een extern signaal. Dit zijn triggers zoals notificaties, e-mail reminders, pop-ups en call-to-action buttons.
Interne triggers
De informatie voor de volgende stap zit bij interne triggers in de gedachte van de gebruiker. Dit komt door associatie met de trigger. Interne triggers zijn de echte redenen die ons verleiden tot actie. Hierbij is de informatie is niet duidelijk zichtbaar. Dit zijn bijvoorbeeld mensen, plekken, emoties, situaties en routines.
Negatieve emoties zijn sterke interne triggers en werken het beste als dit een terugkerende emotie is. Mensen die eenzaam zijn checken bijvoorbeeld vaker hun e-mail. De trigger geeft een tijdelijke opluchting.
Het is goed om bij de voorlopers op dit gebied te kijken en hiervan te leren. Je wilt namelijk goed zijn in klantbinding, zonder te veel spam te sturen. Er zijn duidelijke, leerzame patronen te zien bij de bedrijven die hier goed in zijn. Volgens Nir zijn deze bedrijven begonnen als leuke dingen om te doen of te hebben voor gebruikers, maar zijn deze bedrijven meesters geworden in mensen verslaafd maken. Wie had gedacht dat Facebook zo groot zou worden toen ze net begonnen?
Nir geeft een paar voorbeelden van bedrijven en emotionele triggers:
We voelen ons eenzaam: Facebook
We zijn onzeker: Google
We vervelen ons: Youtube
Instagram speelt bijvoorbeeld slim in op de pijn van de gebruikers om het moment te missen. Daarnaast voldoet het ook aan andere emotionele triggers zoals verveling en eenzaamheid.
Actie
De tweede stap is actie, zorgen dat gebruikers reageren op de trigger. Acties die weinig vragen van gebruikers hebben een grotere kans om plaats te vinden. Simpele acties en gedrag zijn bijvoorbeeld scrolls en kliks die naar een beloning leiden. Gecompliceerde en dure acties verhogen de activatiekosten van gedrag en maken het lastiger om te begrijpen, dus hebben een kleinere kans om plaats te vinden. Als je iets kan doen zonder erbij na te denken en zonder grote investering en barrières, heb je een grote kans om iets te doen en het te blijven doen.
Motivatie is de energie die er is om actie te ondernemen. Voor bedrijven is het belangrijk om te kijken hoe hun producten hierop in kunnen spelen. Er zijn zes factoren die mensen motiveren:
Hoop vs. angst
Acceptatie vs. afwijzing
Genot zoeken vs. pijn
Een trigger werkt alleen als de motivatie hoog genoeg is en als de barrière om de actie te ondernemen niet als teveel wordt geacht. Om mensen verslaafd te maken moeten de barrières die de actie oproept niet te groot zijn. Wanneer de motivatie te laag is en de barrière als een te hoge investering wordt gezien, dan faalt de trigger. De oplossing is om obstakels te verminderen in het proces.
Beloning
Op de actie volgt de beloning. Als gebruikers worden beloond voor het gebruiken van jouw producten en diensten zijn ze geneigd om dit vaker te doen. En hoe vaker ze je producten of diensten gebruiken, hoe meer dit een gewoonte wordt. Ons beloningssysteem activeert bij anticipatie en kalmeert wanneer we hebben wat we willen.
Voor gedrag van mensen geldt: gedrag = motivatie + vermogen + trigger. Belangrijk is dat je varieert in belonen om gebruikers gretig te houden. Dus hoe kan je, als ondernemers en productontwerpers, de kans vergroten dat je product een gewoonte wordt? Door afwisseling in het belonen van de gebruikers natuurlijk!
Nir geeft als waarschuwing mee: ‘Afwisselende beloningen zijn geen vrijkaart. Er is geen gamification hack. Bouw afwisselende beloningen die voldoen aan de vraag van de gebruikers.’
Investering
Bij deze stap gaat het om de investering die een gebruiker doet bij het gebruiken van een product of dienst. Dit is een vaak vergeten stap in het proces. Het kan hier gaan om een investering in tijd, geld, fysieke acties, hersengebruik, sociale afwijking en non-routine. Gebruikers investeren om de kans te vergroten om de volgende fase van de product of dienst te kunnen verkrijgen.
Door deze kleine investeringen krijgt het product of dienst juist meer waarde voor de gebruiker en is er een grotere kans dat de gebruiker terugkomt. De investering die een gebruiker doet, moet leiden tot volgende triggers. Zodat de gebruiker de proces opnieuw kan doorlopen.
Dit kan op twee manieren:
De investeringen vertegenwoordigen een waarde. Zoals verbeteringen in gebruiksgemak en het product. Hierdoor krijgt de gebruiker bijvoorbeeld meer contact, meer data, meer volgers en verbeterde resultaten. De gebruiker komt terug omdat het product meer waarde heeft en er een investering is gedaan.
Inzetten van de volgende trigger in de ‘hook’. Als gebruikers hetzelfde probleem/emotie blijft ervaren en jouw product is de oplossing, dan komen ze terug.
De beste producten winnen niet
Het product dat het beste de gedachte van de bezoeker weet te vangen wint. Je moet zorgen dat je een product hebt waarbij gebruikers uit zichzelf terugkomen. Volgens Nir Eyal kunnen bedrijven zorgen voor constant gebruik van hun producten en diensten door het ontwikkelen van ‘habit-forming products’. Als laatste geeft Nir Eyal tijdens zijn presentatie mee: ‘Maak de verandering die je wil zien in de wereld.’ Waarmee hij nog eens meegeeft dat zijn model op een ethische manier ingezet kan en moet worden.
Kun je telefoonverslaafd zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk het filmpje
Welke tips worden genoemd om telefoongebruik te verminderen?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Veel telefoongebruik heeft consequenties:
- minder concentratie
- maakt je gestresst
- veranderd zelfs je hersenen

Welke tips om je telefoon minder te gebruiken worden in het filmpje genoemd?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik zou best (even) zonder mijn telefoon kunnen
A
Makkelijk, ik heb mijn telefoon niet persé nodig
B
Dat wordt lastig, maar moet kunnen.. een paar dagen zelfs
C
Na een paar uur ga ik het lastig krijgen
D
Nee, die kan ik echt geen moment missen.

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maak groepjes van 3-4

  • Overleg met je groepje wat de voor en nadelen zijn van telefoongebruik in de klas. 
  • Probeer er zoveel mogelijk op te schrijven.  

Telefoon in de klas.. waarom wel/niet?
timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak groepjes van 3-4
- Wat vinden jullie passende afspraken voor het MBO over telefoongebruik in de klas?
- Probeer algemene afspraken te bedenken, wat is wel en niet ok.
- Wanneer is je telefoon echt nodig, en wanneer zou je ook even zonder kunnen. 

Telefoon in de klas.. Hoe dan?
timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jullie ideeën?

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Check-out
Dank voor jullie aandacht!

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies