villangues 5A

Villangues 18/03
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Villangues 18/03

Slide 1 - Tekstslide

Bij de bakker/ à la boulangerie

Ik kan me in het Frans redden bij een bakker: ik kan verschillende soorten brood benoemen/bestellen en afrekenen

Slide 2 - Tekstslide

kijkvragen 




  1. Hoe vraag je iets bij de bakker?
  2. Wat gaat ze bestellen? schrijf de lijst op.

Slide 3 - Tekstslide

maak hiervan een Frans gesprek
gebruik je taaldorpboekje


timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

Situatie : Je komt bij de bakker en bestelt hier een broodje of iets anders lekkers.

Je bent beleefd, je groet, je vraagt wat het kost
wat doe je als je het niet onmiddellijk begrijpt?

Het gesprek gaat als volgt:
  • Je zoekt een broodje of iets lekkers uit dat je wilt kopen.
  • Je zegt dat tegen de winkelier.
  • Die zal waarschijnlijk iets aanwijzen. Dan zeg je dat je dat niet bedoelt maar dat je een andere wilt, links of rechts ervan, met of zonder chocolade/appel…
  • Vraag wat het kost.
  • Als je het niet meteen verstaat, vraag het dan nog een keer.
  • Betaal met gepast geld (vooraf dus veel wisselgeld meenemen!)

Werk in tweetallen. Maak het gesprek. Vervang van rol. Gebruik je reisgids. 
Rol A 
Rol B (bakker) 
1. Begroet


3. Vraag om iets te eten (een broodje, een sandwich...)


5. Vraag om iets te drinken (water, sap...) 

7. Zeg nee en vraag hoeveel het kost

9. Bedank en neem afscheid

2. Groet terug en vraag de ander wat ze wensen te kopen

4. Vraag of de ander iets anders wil


6.  Vraag of de ander iets anders wil

8. geef een bedrag


10. Neem afscheid 
timer
6:00

Slide 5 - Tekstslide

Geef een passende reactie in het Frans

Slide 6 - Tekstslide

kijkvragen
(maak aantekeningen!) 



  1. schrijf zoveel mogelijk begroetingen op die je hoort
  2. schrijf zoveel mogelijk manieren op van wat men zegt als men iets geeft
  3. schrijf zoveel mogelijk manieren op waarop de vrouw vraagt om haar gewenste producten?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

begroetingen?

Slide 9 - Woordweb

Wat zegt men als men iets geeft?

Slide 10 - Open vraag

Op welke manieren vraagt de vrouw haar gewenste producten?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
je voudrais ...
B
un ..., et aussi un ...
C
des olives vertes, s.v.p.
D
je prends encore ...

Slide 11 - Quizvraag

Verkoper:
- Bonjour, je peux vous aider ?


- Et avec ça?

- Voilà, (herhaalt het product dat besteld is, bijv. un kilo de tomates. Als de klant vraagt: ‘Vous avez aussi ...’, reageer je met ‘bien sûr, vous voulez combien de ...?’)
- Ça sera tout?


- Ça fait 10 euros 35, s’il vous plaît
Klant
- bestel een product voor de salade (sla, tomaten, kaas, olijven of komkommer)

- De klant bestelt nog een product

- De klant bestelt nog een product (in totaal bestelt de klant: sla, tomaten, kaas, olijven, komkommer en een stokbrood).

- De klant zegt dat dit alles is en vraagt wat het kost

 - De klant betaalt, bedankt en groet
maak hiervan een Frans gesprek
timer
15:00

Slide 12 - Tekstslide

Flashcards/oefenen
Alle gespreken :
  1. Gesprek in het café
  2. Gesprek met een reiziger
  3. toerism brochure
  4. Bij de bakker

Zijn te vinden in SomToday... daar kun je flashcards mee maken!
Gaan we ook 1x in de les doen!


Slide 13 - Tekstslide

Situatie : gesprek over een folder/brochure
- Je moet vragen van een toerist beantwoorden over: bezienswaardigheden, markten, winkels , hotels, openingstijden, de weg wijzen, kosten, openbaar, vervoer...
- Je voert een gesprek over jouw land en zijn /haar land, jullie woonplaats ,jullie manier van reizen en jullie reisdoelen.
- Maak een brochure over een stad (het gaat om de inhoud en niet om de mooie opmaak)

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Situatie 2:
Vragen bij toeristeninformatie: 


1. Begroet de medewerker;
Informeer naar de belangrijkste bezienswaardigheden;
2. Kies er een uit en vraag naar de snelste manier om er te komen;
3. Vraag naar de openingstijden;

Slide 16 - Tekstslide

Situatie :
Vragen bij toeristeninformatie: 
Gesprek :
1. - Bonjour, quel est le -  monument le plus intéressant à ....?
2- Comment arriver rapidement à ....?
3-C'est ouvert à quelle heure?
4- Ça coute combien?

1. Begroet de medewerker;
Informeer naar de belangrijkste bezienswaardigheden;
2. Kies er een uit en vraag naar de snelste manier om er te komen;
3. Vraag naar de openingstijden;

Slide 17 - Tekstslide

Vragen bij gesprek  toeristeninformatie


1. Informeer naar de mogelijkheid om te kajakken of kanoën;
2. Vraag of er mogelijkheden zijn om daar met het openbaar vervoer naar toe te gaan.
3.Vraag of ze je kunnen uitleggen hoe je aan een kaartje komt en hoe laat de eerstvolgende bus gaat;
Vraag wanneer je kunt kajakken;
Bedank en neem afscheid.

Slide 18 - Tekstslide

Vragen bij gesprek  toeristeninformatie

 1. Est-ce qu'il y a des possiblités de faire du Kayak et du canoe? 
2. Est-ce qu'on peut aller à ..... en transport commun?
3- Comment je peux acheter un billet d'entrée? Et à quelle heure part le premier autobus?
- À quelle heure on peut faire du kayak?
1. Informeer naar de mogelijkheid om te kajakken of kanoën;
2. Vraag of er mogelijkheden zijn om daar met het openbaar vervoer naar toe te gaan.
3.Vraag of ze je kunnen uitleggen hoe je aan een kaartje komt en hoe laat de eerstvolgende bus gaat;
Vraag wanneer je kunt kajakken;
Bedank en neem afscheid.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

De Taalcarrousel duurt iets meer dan drie uur, daarna zijn de leerlingen vrij om te winkelen. Gedurende de Taalcarrousel moeten de leerlingen nog wel zelf een broodje bij de bakker en een ansichtkaart met postzegel kopen.

Nog even de feiten op een rij:
· Aanwezig op school om 07.15 uur. Vertrek om 07.30 uur.
· Het hek is open (i.v.m. het plaatsen van de fietsen), de school niet.
· Vertrek uit Namen om 16.00 uur. Verwachte aankomst op school om 19.30 uur.
· Zonder ID mag je niet mee! Dus een geldig reisdocument meenemen en liefst ook een pasje van de ziektekosten verzekering.
· De docenten zijn tijdens de gehele dag mobiel bereikbaar voor de leerlingen en schoolleiding.







De Taalcarrousel duurt iets meer dan drie uur, daarna zijn de leerlingen vrij om te winkelen. Gedurende de Taalcarrousel moeten de leerlingen nog wel zelf een broodje bij de bakker kopen.

Nog even de feiten op een rij:
  • Aanwezig op school om 07.30 uur. Vertrek om 07.45 uur.
  • Vertrek uit Namen om 16.00 uur. Verwachte aankomst op school om 19.30 uur.
  • Zonder ID mag je niet mee! Dus een geldig reisdocument meenemen en liefst ook een pasje van de ziektekosten verzekering.
  • De docenten zijn tijdens de gehele dag mobiel bereikbaar voor de leerlingen en schoolleiding via teams.

Slide 21 - Tekstslide