2D H1 les 1 Intro

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Bonjour

H1             Un  bel été

pour vendredi

réviser (oefentoets)

6 uitgangen van ww op -er

verbes être, avoir, aller, faire in de présent (t.t. zie Teams)

apprendre:  

voc A p. 50 f-n en n-f

à la fin du cours

Je hebt geoefend met luisteren

Je hebt geoefend met de onregelmatige en regelmatige werkwoorden.

Comment ça va aujourd'hui?

ça va super! 

Je suis en pleine forme

je suis amoureux(se)

je suis fatigué(e)

je suis crevé(e)

ça ne va pas du tout

Objectifs H1 

je kan vertellen over je vakantie, wat je gedaan hebt, waar je geweest bent, met wie,  hoe het weer was, welke taal je gesproken hebt

je leert je uitdrukken in de verledentijd

A

Comment vas-tu?

Tu as passé de bonnes vacances? 

Avec qui ? 

B

ça va bien        /    pas mal

j'ai été en Italie en voiture 

avec mes parents

a2d

Introduction p. 20

ex 1a, 1b, 3

tu connais tes verbes? 

zij gaan

1. ils font
2. ils sont
3. ils ont
4. ils vont

jij hebt

1. tu fais
2. tu es
3. tu as
4. tu vas

jullie doen/maken

ik ga

ga naar verbuga. eu

ga naar verbes irréguliers

vink aan être -> oefen

vink aan avoir -> oefen

vink aan aller -> oefen

vink aan faire -> oefen

vink alle 4 tegelijk aan en oefen

à la fin du cours

Wat heb je vandaag geleerd/herhaald?