Engelse werkwoorden

Engelse werkwoorden
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Engelse werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

doel
Na het doorlopen van deze LessonUp snap ik hoe je de Engelse werkwoorden moet schrijven

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Even testen
Hoe schrijf je de volgende Engelse werkwoorden?

Slide 4 - Tekstslide

hij-vorm, vt: timen
A
timde
B
timdde
C
timete
D
timede

Slide 5 - Quizvraag

hij-vorm, vt: barbecueën
A
barbecuedde
B
barbecuede
C
barbecuete
D
barbecuette

Slide 6 - Quizvraag

hij-vorm, vt: lunchen
A
lunchte
B
lunchde
C
lunchtte
D
lunchdde

Slide 7 - Quizvraag

hij-vorm, tt: deleten
A
deletet
B
delet

Slide 8 - Quizvraag

hij-vorm, vt: racen
A
racte
B
racette
C
racde
D
racete

Slide 9 - Quizvraag

Mijn vader (downloaden, tt) elke dag een paar nieuwe liedjes
A
download
B
downloat
C
downloadt
D
downloadde

Slide 10 - Quizvraag

Hoe schrijf je het werkwoord?
Gisteren .... (timen) hij de bal goed.
A
timde
B
timdde
C
timete
D
timede

Slide 11 - Quizvraag

Hoe schrijf je het werkwoord?
Hij ... (lunchen) gisteren in de Herenstraat.
A
lunchte
B
lunchde
C
lunchtte
D
lunchdde

Slide 12 - Quizvraag

Hoe schrijf je het werkwoord?

Hij ... (deleten) de bestanden.
A
deletet
B
delet

Slide 13 - Quizvraag

Hoe schrijf je het werkwoord?

Hij ... (racen) vorige week de sterren van de hemel.
A
racte
B
racette
C
racde
D
racete

Slide 14 - Quizvraag

Romy en Marie (racen, vt) op hun fiets door de straat
A
raceten
B
racetten
C
raceden

Slide 15 - Quizvraag

Tijdens de marathon (finishen, vt) Anniek en Irma tegelijk.
A
finishden
B
finishten
C
finishtten

Slide 16 - Quizvraag

Mijn vader (downloaden, tt) elke dag een paar nieuwe liedjes
A
download
B
downloat
C
downloadt
D
downloadde

Slide 17 - Quizvraag

De journalist (interviewen, tt) mij voor de derde keer.
A
interviewt
B
intervieuwt
C
interviewd
D
interviewdde

Slide 18 - Quizvraag

Jason (barbecueën, tt) het liefst in de achtertuin van zijn huis.
A
barbecued
B
barbecuedt
C
barbecuet
D
barbecuette

Slide 19 - Quizvraag

Op die gladde weg (skate, tt) mijn vriendje het liefst.
A
skatet
B
skate
C
skated

Slide 20 - Quizvraag

Romy en Marie (racen, vt) op hun fiets door de straat
A
raceten
B
racetten
C
raceden

Slide 21 - Quizvraag

Tijdens de marathon (finishen, vt) Anniek en Irma tegelijk.
A
finishden
B
finishten
C
finishtten

Slide 22 - Quizvraag

Extra oefenen?

Op de volgende slide staat een link naar cambiumned.

Hier kun je nog een keer de theorie nalezen en een oefening maken

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

0

Slide 25 - Video

Beheers je het leerdoel: ik weet hoe ik de Engelse ww moet schrijven?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide