a) Het gen met de informatie voor kleuren zien ligt op een geslachtschromosoom.
• Welke geslachtschromosomen heeft een
meisje?
• Welke geslachtschromosomen heeft een jongen?
b) Wie zijn vaker kleurenblind?
c) Van het gen voor kleuren zien bestaan twee vormen:
1 normaal: informatie voor kleuren zien
2 mutatie: informatie voor kleurenblindheid
Als je minstens één normaal gen hebt, ben je
niet kleurenblind. Heb je alleen gen 2, dan ben je
wel kleurenblind. Ligt dit gen op het X-chromosoom of op het Y-chromosoom? Leg je antwoord uit.
d) Waarom zijn jongens vaker kleurenblind dan meisjes?
e) Stel: een jongen bij jou in de klas is kleurenblind. Weet je nu of zijn vader of moeder ook kleurenblind is? Leg je antwoord uit.
f) Een kleurenblinde vrouw krijgt een zoon. Is haar zoon kleurenblind? Leg je antwoord uit.