1M1 - 24 nov

1M1 - Woensdag 24 november
Nodig:
- Ipad
- Etui
- Werkboek blz. 26

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

1M1 - Woensdag 24 november
Nodig:
- Ipad
- Etui
- Werkboek blz. 26

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  • Weet je het nog?
  • Bespreken huiswerk
  • Paragraaf 2.1
  • Aan de slag
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

In welke werelddelen lag het Romeinse Rijk?
A
Europa, Afrika en Scandinavië
B
Afrika, Midden-Oosten en Europa
C
Midden-Oosten, Azië en Europa
D
Azië, Europa en Afrika

Slide 3 - Quizvraag

Wat is NIET goed over het Romeinse leger?
A
De Romeinse soldaten waren goed getraind.
B
Het Romeinse leger voert tactisch oorlog.
C
De vrouwen van de Romeinse soldaten ging mee.
D
Veroverde volken werden tot slaaf gemaakt.

Slide 4 - Quizvraag

Huiswerk


Maken:
Paragraaf 2.1
Opdracht 1, 2, 4 en 5
Woensdag 24 november - 5e uur
- Informatieboek blz. 20
- Werkboek blz. 26

Slide 5 - Tekstslide


Koninkrijk?


  • De stadstaat Rome is ooit een koninkrijk geweest, hoewel daar erg weinig over bekend is.

  • En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?
§2.1 'Van stad tot wereldrijk'
NIEUW

Slide 6 - Tekstslide

Stel je voor... Jij bent senator van Rome. Je hebt met de andere senatoren een nieuwe wet uitgeschreven: "Romeinse burgers mogen niet gemarteld worden tijdens een rechtszaak." Hoe zorg je ervoor dat iedereen het Romeinse Rijk over deze nieuwe wet te weten komt?

Slide 7 - Tekstslide

Inderdaad!
- Provincies
- Ambtenaren
- Boodschappers

Slide 8 - Tekstslide

Bestuur wereldrijk
Alles wat met het bestuur van een land te maken heeft noemen we politiek

Omdat het Romeinse rijk zo enorm was verdeelden ze het rijk op in provincies
De overheid (regering) in Rome nam de besluiten, bijvoorbeeld over wetten en belastingen. 

Ambtenaren in de provincies voerden deze besluiten uit. 

Slide 9 - Tekstslide

Bekijk het volgende filmpje.
De
Wie is dit?

Slide 10 - Tekstslide

Julius Caesar
Julius Caesar was een bevelhebber uit het Romeinse leger. In 58 v.C. werd hij aavoeder van de troepen in Gallië (Frankrijk, België & Zuid-Nederland). Hij veroverde in 8 jaar heel Gallië. 

Hij was heel populair onder zijn soldaten. Caesar zorgde goed voor zijn soldaten en deelde de buit van de overwinningen met zijn soldaten.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Macht & Moord
Julius Caesar en zijn soldaten nemen de macht over van de senaat. Caesar wordt alleenheerser

De senaat was niet blij dat zij veel macht waren verloren.  Daarom bedachten zij een plan om de macht weer terug te krijgen.

In 44 v.C. werd Julius Ceasar neergestoken door de senatoren. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Octavianus
Octavianus was de achterneef van Caesar. Daarnaast had Caesar hem ook geadopteerd als zijn zoon.

Na de dood van Julius Caesar ontstaat er een oorlog in het Romeinse rijk. velen willen de macht grijpen, maar... 
Octavianus wint!

Slide 15 - Tekstslide

Octavianus Augustus
Octavianus vond dat zijn naam te veel herinnerde aan de oorlog. Zijn nieuwe naam werd:
           'Augustus Caesar'

Augustus = 'de verhevene'' 
Caesar = de achternaam van zijn adoptievader Julius Caesar.

Na hem namen alle keizers de naam 'Caesar' aan.          Caesar = Keizer 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Check vragen
Check vragen

Slide 18 - Tekstslide

Welk begrip?
"Een rijk dat bestaat uit een oorspronkelijke staat en een verzameling onderworpen staten."
A
Proletariër
B
Princeps
C
Wereldrijk
D
Forum

Slide 19 - Quizvraag

In welke werelddelen lag het Romeinse Rijk?
A
Europa, Afrika en Scandinavië
B
Afrika, Midden-Oosten en Europa
C
Midden-Oosten, Azië en Europa
D
Azië, Europa en Afrika

Slide 20 - Quizvraag

Tijdens welke periode was het Romeinse Rijk een republiek?
A
753 v.C. tot 500 v.C.
B
500 v.C. tot 27 v.C.
C
27 v.C. tot 476 n.C.
D
12 mei 1991 n.C. tot 16 april 2020 n.C.

Slide 21 - Quizvraag

Tijdens welke periode was het Romeinse Rijk een keizerrijk?
A
753 v.C. tot 500 v.C.
B
500 v.C. tot 27 v.C.
C
27 v.C. tot 476 n.C.
D
12 mei 1991 n.C. tot 16 april 2020 n.C.

Slide 22 - Quizvraag

In welke werelddelen lag het Romeinse Rijk?
A
Europa, Afrika en Scandinavië
B
Afrika, Midden-Oosten en Europa
C
Midden-Oosten, Azië en Europa
D
Azië, Europa en Afrika

Slide 23 - Quizvraag

Wat is NIET goed over het Romeinse leger?
A
De Romeinse soldaten waren goed getraind.
B
Het Romeinse leger voert tactisch oorlog.
C
De vrouwen van de Romeinse soldaten ging mee.
D
Veroverde volken werden tot slaaf gemaakt.

Slide 24 - Quizvraag

Welk land veroverde Julius Caesar?
A
Israël
B
Egypte
C
Gallië
D
Nederland

Slide 25 - Quizvraag

Hoe noem je de mannen die
Caesar vermoord hebben?
A
Senatoren
B
Patriciërs
C
Generaals
D
Republikeinen

Slide 26 - Quizvraag

Huiswerk



Maken:
Paragraaf 2.1
Opdracht 6 en 7
Vrijdag 26 november - 4e uur
- Informatieboek blz. 20
- Werkboek blz. 26

Slide 27 - Tekstslide