MH1 ~ Sprechen: Sich Vorstellen - Vorbereitung MO; 09.10.24

Sprechen: Sich Vorstellen Vorbereitung MO
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Sprechen: Sich Vorstellen Vorbereitung MO

Slide 1 - Tekstslide

Lernziele (leerdoelen)
Am Ende dieser Stunde kann ich...

  • ... vragen om mijn gegevens begrijpen;
  • ... goede zinnen vormen die iets over mezelf beschrijven;
  • ... deze zinnen in correct Duits uitspreken;
  • ... mezelf voorstellen aan mijn docent in het Duits;

Slide 2 - Tekstslide

Hausaufgaben
  • Aufgabe 9b auf Seite 12 nachsehen
  • Studiewijzer ->
  • Quiz!!

Slide 3 - Tekstslide

  Sich vorstellen und antworten
Wie heißt du?
Hoe heet jij?
Ich heiße...
Wo wohnst du?
Waar woon jij?
ich wohne in....
Wie alt bist du? 
Hoe oud ben jij? 
ich bin..... Jahre alt.
Was ist dein Hobby?/Was sind deine Hobbys?
Wat is/zijn jouw hobby('s)? 
Mein Hobby ist.../Meine Hobbys sind....
Bist du sportlich/musikalisch?
Ben je sportief/muzikaal?
Ja, ich spiele ... Fußball/Klavier.
Hast du Geschwister?
Heb je broers of zussen?
Ja, ich habe Geschwister /einen Bruder/ und eine Schwester.
Nein, ich habe keine Geschwister.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe heet je?
A
Wie heiße du?
B
Wie heiße ich?
C
Wie heibe du?
D
Wie heißt du?

Slide 5 - Quizvraag

Ik heet Linda.
A
Ich heibe Linda.
B
Ich heißt Linda.
C
Ich heiße Linda.
D
Ich heise Linda.

Slide 6 - Quizvraag

Hoe oud ben jij?
A
Wie alt du bist?
B
Wie alt bist du?
C
Wie alt bin du?
D
Wo alt bist du?

Slide 7 - Quizvraag

Ik ben twaalf jaar oud.
A
Ich bin dreizehn Jahre alt.
B
Ich bin zwölf Jahre alt.
C
Ich bin dreizhen Jahre alt.
D
Ich bin derzehn.

Slide 8 - Quizvraag

Waar woon je?
A
Wie wohnst du?
B
Wo wohne du?
C
Wo wohnst ich?
D
Wo wohnst du?

Slide 9 - Quizvraag

Ik woon in Amsterdam.
A
Ich wohne in Amsterdam.
B
Ich wohn in Amsterdam.
C
Ich whone in Amsterdam
D
Ich wohnst in Amsterdam.

Slide 10 - Quizvraag

Wat zijn je hobby's?
A
Was sein deine Hobby's?
B
Was ist deine Hobbys?
C
Was sind deine Hobbys?
D
Was sind ihr hobby?

Slide 11 - Quizvraag

Mijn hobby's zijn voetbal en piano spelen.
A
Meine Hobbys sind fusbal und pianospielen
B
Meine Hobbys sind Fußball und Klavierspielen.
C
Meine Hobbys sind Tennis und Klavierspielen.
D
Meine Hobbys sind Fußball und Gitarre spielen.

Slide 12 - Quizvraag

Heb je broers en/of zussen?
A
Hast du Geschwister?
B
Bist du Geschwester?
C
Hast du Brüder?
D
Haben Sie Schwestern?

Slide 13 - Quizvraag

Ik heb een grote zus.
A
Ich habe eine grobe Schwester
B
Ich habe eine große Schwester
C
Ich habe eine kleine Schwester
D
Ich habe eine große Swester

Slide 14 - Quizvraag

een kleine broer
A
ein kleiner Bruder
B
eine kleine Broer
C
eine kleine Brurder
D
eine kleine Brude

Slide 15 - Quizvraag

Hoe zeg je dit in het Duits?:
"Ik heb geen broers of zussen."
timer
1:00
A
Ich habe nicht Geschwister.
B
Ich habe keinen Bruder oder Schwester.
C
Ich haben keine Geschwister.
D
Ich habe keine Geschwister.

Slide 16 - Quizvraag

Die Zahlen

Slide 17 - Tekstslide

Meine Handynummer:

Slide 18 - Tekstslide

Ben je sportief of muzikaal?
A
Seid ihr sportlich?
B
Bin ich sportlich oder musikalisch?
C
Bist du sportief oder musikal?
D
Bist du sportlich oder musikalisch?

Slide 19 - Quizvraag

Antwoord:
"Ja, ik speel voetbal."
"Ja, ik speel piano."
A
Ja, ich spiele Fußball. Ja, ich spiele Klavier.
B
Ja, ich spiel fusbal. Ja, ich pianiere.
C
Ja, ich spiele Piano.
D
Ja, ich spiele Sport.

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Link

Classroom
Ik maak nu een Classroom aan voor jullie.
Dan nodig ik jullie uit via Classroom/via de mail.
Dan kunnen jullie berichten inspreken naar mij, waarop ik feedback kan leveren.
Ik zal op Classroom ook een opname van mezelf zetten, en hoe ik mij voorstel.
Je kunt altijd zelf een opname naar me sturen via de mail als je wil.

Slide 22 - Tekstslide