H5.4 Energie en reactiesnelheid

H5.4 Energie en reactiesnelheid
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H5.4 Energie en reactiesnelheid

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen: Je kunt nu
  • Het energiediagram van een endotherme en een exotherme reactie schetsen.
  • In een energiediagram aangeven wat de activeringsenergie is.
  • Met het botsende-deeltjesmodel de invloed van de factoren concentratie, temperatuur en verdelingsgraad verklaren. 

Slide 3 - Tekstslide

Stil lezen

10 Min Stil lezen H5.4 en/of opdrachten maken



§5.2: 15, 17
§5.4: 38 + 39 + 40 of 41(M) + 42(M) of 45(N) + 43 of 44(N)



timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Instructie

We gaan samen kijken naar:
  • Energiediagram
  • Botsende-deeltjesmodel
  • Effectieve botsing
Zelf:

Zelf doen:
  • Endotherm - Exotherm
  • Veel oefenen

Slide 5 - Tekstslide

Energiediagram
Wat is het energie-effect van beide energie diagrammen?

Slide 6 - Tekstslide

Botsende-deeltjesmodel
Wat is er dan nodig voor een effectieve botsing?
Voor een effectieve botsing moet de botsing zijn:
  • Hard genoeg
  • In de juiste richting
Hoe groter het aantal botsingen =>
Hoe groter de kans op een effectieve botsing =>
Des te sneller zal een reactie verlopen.
Hoe kun je de kans dat er een effectieve botsing plaatsvindt vergroten?
  • Concentratie vergroten
  • Verdelingsgraad vergroten
  • Temperatuur verhogen

Slide 7 - Tekstslide

HUISWERK
Leren begrippen H5.2 + H5.4(VWO)

HAVO: §5.2: 25
Afsluiting H4: 1abchj + 5 + 7
Afsluiting H5: 3 + 6 + 8

VWO:§5.2: 15, 17
§5.4: 38 + 39 + 40 of 41(M)+ 42(M) of 45(N) + 43 of 44(N)

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen: Je kunt nu
  • Het energiediagram van een endotherme en een exotherme reactie schetsen.
  • In een energiediagram aangeven wat de activeringsenergie is.
  • Met het botsende-deeltjesmodel de invloed van de factoren concentratie, temperatuur en verdelingsgraad verklaren. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Formatieve toets H5.4

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen: Je kunt nu
  • Het energiediagram van een endotherme en een exotherme reactie schetsen.
  • In een energiediagram aangeven wat de activeringsenergie is.
  • Met het botsende-deeltjesmodel de invloed van de factoren concentratie, temperatuur en verdelingsgraad verklaren. 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het hoogste energieniveau in een energiediagram van een exotherme reactie?
A
beginstoffen
B
reactieproducten
C
geactiveerde toestand
D
dat hangt van de reactie af

Slide 13 - Quizvraag

Dit is een energiediagram
van:
A
het branden van een kaars
B
het smelten van chocolade
C
het condenseren van alcoholdamp
D
de elektrolyse van water

Slide 14 - Quizvraag

Dit is een energiediagram voor een...
A
exotherme reactie
B
endotherme reactie

Slide 15 - Quizvraag

In het botsende-deeltjesmodel moeten deeltjes aan twee voorwaarden voldoen om een chemische reactie te laten verlopen. Geef deze twee voorwaarden.
A
1. Katalysator aanwezig 2. Reactiewarmte < 0 J
B
1. Voldoende beginstof 2. Juiste temperatuur
C
1. Voldoende snelheid 2. Juiste richting
D
1. Lage verdelingsgraad 2. Effectieve botsing

Slide 16 - Quizvraag

Welk van de methoden om reactiesnelheid te beïnvloeden kan niet worden verklaard met het botsende deeltjes model?
A
Verdelingsgraad
B
Concentratie
C
Temperatuur
D
Katalysator

Slide 17 - Quizvraag

Volgens het botsende-deeltjes model:
I Verloopt een reactie sneller als er meer effectieve botsingen per seconde plaatsvinden.
II Is een botsing tussen deeltjes een effectieve botsing.

Wat is juist?
Huib zegt dat volgens het botsende deeltjesmodel een reactie sneller verloopt als er meer effectieve botsingen per seconde plaatsvinden.
Mees zegt dat een botsing tussen deeltjes altijd een effectieve botsing is.
Wie heeft er gelijk?


A
alleen Huib
B
alleen Mees
C
Zowel Huib als Mees
D
geen van beide

Slide 18 - Quizvraag

Volgens het botsende-deeltjes model gaan bij het verhogen van de concentratie de deeltjes:
I Vaker botsen
II Harder botsen
Wat is juist?
A
geen van beide
B
alleen I
C
alleen II
D
zowel I als II

Slide 19 - Quizvraag


A
Grafiek A => Celeste Grafiek B => Femke
B
Grafiek A => Femke Grafiek B => Celeste

Slide 20 - Quizvraag

Leg uit waarom een reactie aan het begin vaak sneller is dan aan het eind.
A
Het mengsel koelt af , waardoor de moleculen een lagere snelheid hebben en daardoor minder kans hebben op een effectieve botsing.
B
De beginstof valt uiteen in brokstukken, waardoor de verdelingsgraad groter wordt en daardoor de kans op een effectieve botsing groter wordt.
C
Doordat de moleculen met elkaar hebben gereageerd wordt de concentratie beginstoffen kleiner en daardoor wordt de kans op een effectieve botsing kleiner

Slide 21 - Quizvraag

Twee identieke reacties worden uitgevoerd.
Reactie 1 bij 50°C en reactie 2 bij 60°C.
Leg uit aan de hand van het botsende deeltjes model welke reactie sneller verloopt.
A
Reactie 1 heeft een lagere temperatuur, dus meer deeltjes, dus hardere botsingen, dus meer effectieve botsingen, dus een hogere reactiesnelheid.
B
Reactie 2 heeft een hogere temperatuur, dus meer deeltjes, dus hardere botsingen, dus meer effectieve botsingen, dus een hogere reactiesnelheid.
C
Reactie 1 heeft een lagere temperatuur, dus sneller bewegende deeltjes, dus hardere botsingen, dus meer effectieve botsingen, dus een hogere reactiesnelheid.
D
Reactie 2 heeft een hogere temperatuur, dus sneller bewegende deeltjes, dus hardere botsingen, dus meer effectieve botsingen, dus een hogere reactiesnelheid.

Slide 22 - Quizvraag

HUISWERK
Leren begrippen H5.2 + H5.4(VWO)

HAVO: §5.2: 25
Afsluiting H4: 1abchj + 5 + 7
Afsluiting H5: 3 + 6 + 8

VWO:§5.2: 15, 17
§5.4: 38 + 39 + 40 of 41(M)+ 42(M) of 45(N) + 43 of 44(N)

Slide 23 - Tekstslide