$ 5 Voegwoorden

Voegwoorden
Grammatica paragraaf 3 
Voegwoorden herkennen 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Voegwoorden
Grammatica paragraaf 3 
Voegwoorden herkennen 

Slide 1 - Tekstslide

Planning
1. Lezen
2. Huiswerk nakijken
3. Voegwoorden
4. Aan de slag 
timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Voegwoorden
  • Voegwoorden zijn een soort cement.
  • Je kunt met voegwoorden zinnen aan elkaar plakken.

Slide 5 - Tekstslide

voegwoorden

  • En
  • Maar
  • Dus
  • Want
voegwoorden

  • Aangezien
  • Als
  • Dat
  • Doordat
  • Terwijl
  • Toen

Slide 6 - Tekstslide

VOEGWOORDEN
die twee zinnen verbinden (wat is een zin?)
dus, en, maar, of, want, aangezien, als, dat, doordat, hoewel, mits, nadat, ofschoon, omdat, opdat, tenzij, terwijl, toen, voordat, zodat en zodra

VOORBEELD:
- Milou zit op tennis, maar haar zusje hockeyt liever.
- Voordat Els iets kon zeggen, was Joris al vertrokken,

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Wat is het voegwoord?
Ik maak mijn huiswerk, terwijl ik muziek luister

Slide 9 - Open vraag

Noteer het voegwoord:
Aznar had Tim uitgenodigd voor zijn verjaardag, maar hij kon niet komen.

Slide 10 - Open vraag

Noteer het voegwoord:
Romy leest haar e-mail, terwijl ze een broodje eet.

Slide 11 - Open vraag

Noteer het voegwoord:
Zodra hij water ziet, springt onze hond erin.

Slide 12 - Open vraag

Noteer het voegwoord:
De minister liep snel langs de journalisten, want hij wilde geen vragen beantwoorden.

Slide 13 - Open vraag

Noteer het voegwoord:
Doordat het mentorgesprek van Susan uitliep, kwam Rick weer niet aan bod.

Slide 14 - Open vraag

Noem 3 voegwoorden

Slide 15 - Open vraag

Aan de slag
$ 5 Voegwoord (blz. 206)

Maken: opdracht 1 t/m 4 


Slide 16 - Tekstslide