Herhalingsles 1 t/m 7

• Nederlands
• Basisschool
• Groep 7

Herhaling lessen

Hoe gaat het?

How are you?

(Het gaat) goed, dank je.

I'm fine, thank you.

Ja

Yes

Nee

No

Bij ja en nee kan de docent vragen stellen (wellicht nog in het Engels) die het kind met ja of nee kan beantwoorden. Vragen over bijvoorbeeld familie, huisdieren, huis etc.

Ik ben 9 jaar.

Mijn naam is John.

Ik woon in Nederland.

Leuk je te zien!

Hallo! Hoi!

Dag. Tot snel!

papa

Woordenschat

de jongen

het broertje

de vader

opa

 mama

Woordenschat

 het meisje

 de moeder

 de zus

 oma

de jongen

het meisje

het broertje

de moeder

de vader

de zus

opa

oma

de ouders

broers en zussen

de grootouders

broer en zus

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

de ouders

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

de grootouders
opa en oma

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

Oma

Jongen

Meisje

Ouders

Luisterfragmenten over het huis, in stoplicht-vorm.

Begin bij groen, dan geel, rood en eindig bij blauw.

De studenten horen het verhaal dat past bij de indeling van het huis.

Vertel me over je familie en je huis

badkamer

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

beneden

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

slaapkamer

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

boven

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

keuken

Kleuren in de natuur herkennen

1. 
2. 
3. 
4. 

Keuken

Dingen in de keuken

Slaapkamer

Dingen in de slaapkamer

Badkamer

Dingen in de badkamer

Huiskamer

Dingen in de huiskamer

Vocabulary

boom

wolk

zon

vogels

Luisterfragmenten over het huis, in stoplicht-vorm.

Begin bij groen, dan geel, rood en eindig bij blauw.

De studenten horen het verhaal dat past bij de indeling van het huis.

huisdieren

poes

konijn

vis

vogel

hond

schildpad

1

3

2

4

Ik ga naar school

Schoolplein

Te voet

Met de fiets

de stoel

de tafel

het klaslokaal

de klas/ het lokaal  

bureau

leraar

schoolbord

juf

meester

digibord

prullenbak

klok

kwast

verf

stift

schrift

bladzijde

vinger opsteken

In de kring

Juf

dagen van de week

schoolbord

1. 
2. 
3. 
4. 

leraar
juf of meester

1. 
2. 
3. 
4. 

klaslokaal met tafels en stoelen

1. 
2. 
3. 
4. 

in de kring

1. 
2. 
3. 
4. 

vinger opsteken

1. 
2. 
3. 
4. 

Same

Different

De kinderen gaan nu naar school in Nederland. Wat zal hetzelfde zijn wat zal verschillend zijn met de school waar ze naartoe gaan?

Op maandag ga ik 

met de ... naar school.

Op woensdag steek ik ....

om iets te vertellen.

Op vrijdag hebben we

een andere ...

juf

mijn vinger op

fiets

Kunnen de kinderen vertellen hoe hun school/klas eruit ziet in Nederland? 

- Kunnen zij dit in het Engels verwoorden?

Hoe vond je deze les?

answers:

- super

- not fun

- okay