Communicatie, deelopdracht 2 rollen in een groep

Rollen in een groep
Maandag 12 december
Module communicatie
deelopdracht 2 rollen in een groep
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Rollen in een groep
Maandag 12 december
Module communicatie
deelopdracht 2 rollen in een groep

Slide 1 - Tekstslide


Groepen en groepsprocessen
Groepsrollen



Leerdoelen:
- soorten groepen
- structuur van een groep
- samenstelling van een groep
- groepsnormen





Slide 2 - Tekstslide


In de zorgverlening spreekt men van leefgroepen, woongroepen of zorgvragersgroepen.

Slide 3 - Tekstslide

Soorten groepen
- homogene groep: veel overeenkomsten. 
  

- heterogene groep: sterk verschillend,





Slide 4 - Tekstslide

Soorten groepen
- formele groep: vaste structuur en regels, 

- Een informele groep ontstaat meestal spontaan, functioneert zelfstandig en is zelfsturend

Slide 5 - Tekstslide

Kenmerken van een groep
- Groepsinteractie. 
Groepsleden communiceren en beïnvloeden elkaar. 
De groepsinteractie kan in kaart worden gebracht met een sociogram.



Slide 6 - Tekstslide

Sociogram
Een sociogram is een grafische weergave van onderlinge relaties

Slide 7 - Tekstslide

Kenmerken van een groep
- Machtsstructuur
 In iedere groep zijn leiders en volgers. 
Zorgvragers die meer kunnen, hebben vaak meer macht. 
Als verpleegkundige is het je taak om de gelijkwaardigheid in de groep te bewaken.

Slide 8 - Tekstslide

Kenmerken van een groep
- Groepsnormen
Dit zijn de ongeschreven regels over hoe men zich behoort te gedragen.
 Het geheel van normen en waarden in een groep heet de groepscultuur.

Slide 9 - Tekstslide

Kenmerken van een groep
- Groepsrollen
 Van elk groepslid wordt bepaald gedrag verwacht 
- effectieve groepsrollen 
(stimulerende rol, toegewijde rol, bemiddelende rol)

 - niet-effectieve groepsrollen 
(negatieve rol manipulatieve rol, onzekere rol, rusteloze rol). 

Slide 10 - Tekstslide

Wat is volgens jou de belangrijkste functies van leefgroepen?

Slide 11 - Open vraag

Belangrijkste functies leefgroepen


veiligheid, acceptatie, bescherming en zekerheid bieden

mogelijkheden tot contact- en relatievorming bieden
mogelijkheden bieden voor activiteiten voor ontspanning en ontwikkeling

Slide 12 - Tekstslide

Groepsvorming o.b.v. contact

  • Categorie
  • Collectiviteit
  • Groep 

Slide 13 - Tekstslide

Categorie
Bij deze groepsvorm is er geen contact tussen de mensen en geen band. Wel zijn er overeenkomstige kenmerken.

Slide 14 - Tekstslide

Collectiviteit
Dit zijn bijvoorbeeld een sportclub en praatgroep. De leden ervan hoeven elkaar niet persoonlijk te kennen, maar er is wel een gevoel van verbondenheid. 

Dit noemt men ook wel een formele groep: een groep met vaste regels en een vaste structuur.

Slide 15 - Tekstslide

Groep
Bij deze groepsvorm hebben alle leden contact met elkaar en is er sprake van een onderlinge band. 

Dit noemt men ook wel een informele groep. 
Een informele groep ontstaat meestal spontaan, functioneert zelfstandig en is zelfsturend.

Slide 16 - Tekstslide

Groepsvorming o.b.v belang
De leden van de groep streven dezelfde doelen na en zijn bezig met het uitvoeren van dezelfde taak.

Slide 17 - Tekstslide

Groepsvorming o.b.v. social media
Op internet kunnen mensen met dezelfde interesse, hobby, geloofsovertuiging of politieke voorkeur elkaar makkelijk vinden.

Slide 18 - Tekstslide

Samenstelling van groepen
  • gezondheidsproblemen
  • culturele achtergronden
  • maatschappelijke kenmerken
 
De afdelingsdoelstelling en de visie op verplegen
 spelen hierbij rol.

Slide 19 - Tekstslide

Een groep zorgvragers die wekelijks een bijeenkomst hebben onder begeleiding van een psycholoog noem je een :
A
Homogene groep
B
Formele groep
C
Hetrogene groep
D
Informele groep

Slide 20 - Quizvraag

Een groep zorgvragers op een somatisch afdeling met een grote diversiteit aan ziektebeelden noem je een:
A
Homogene groep
B
Heterogene groep
C
Formele groep
D
Informele groep

Slide 21 - Quizvraag

Een groep zorgvragers die elke avond samen een borreltje drinkt noem je een:
A
Informele groep
B
Formele groep
C
Heterogene groep
D
Homogene groep

Slide 22 - Quizvraag

Een groep zorgvragers op een revalidatieafdeling noem je een:
A
Homogene groep
B
Heterogene groep
C
Formele groep
D
Informele groep

Slide 23 - Quizvraag

Groepsproces

Groepsproces is een verzamelnaam voor wat er zich 
in de groep afspeelt. 

Een groepsproces ontstaat door groepsinteractie.

Slide 24 - Tekstslide

Groepsinteractie
-  Groepsleden beïnvloeden elkaar
-  Elkaars activiteiten worden gestimuleerd of afgeremd
 
Groepsinteractie vindt plaats tijdens het uitvoeren van de groepstaken en wordt bepaald door de (functionele of disfunctionele) rollen.

Slide 25 - Tekstslide

Groepstaken
Initiatieven te nemen

informatie te verzamelen en te geven
informatie te verhelderen of te verwerken
een eigen mening te geven
activiteiten te organiseren
activiteiten te coördineren
activiteiten uit te voeren





Slide 26 - Tekstslide

Groepsrollen
Een rol in een groep is het aandeel dat een groepslid heeft in wat er in de groep gebeurt.

Functionele rollen > positief gedrag
Disfunctionele rollen > negatief gedrag

Slide 27 - Tekstslide

Zou je voorbeelden kunnen noemen van functionele rollen?

Slide 28 - Open vraag

Zo je voorbeelden kunnen noemen van disfunctionele rollen?

Slide 29 - Open vraag

Slide 30 - Tekstslide

Conformeren
Mensen passen zich van nature aan de groepsnormen aan

Slide 31 - Tekstslide

Zijn de leerdoelen behaald?
- soorten groepen
- structuur van een groep
- samenstelling van een groep
- groepsnormen

Slide 32 - Tekstslide

Zijn er nog vragen?

Slide 33 - Tekstslide