(negatieve rol manipulatieve rol, onzekere rol, rusteloze rol).
Slide 10 - Tekstslide
Wat is volgens jou de belangrijkste functies van leefgroepen?
Slide 11 - Open vraag
Belangrijkste functies leefgroepen
veiligheid, acceptatie, bescherming en zekerheid bieden
mogelijkheden tot contact- en relatievorming bieden
mogelijkheden bieden voor activiteiten voor ontspanning en ontwikkeling
Slide 12 - Tekstslide
Groepsvorming o.b.v. contact
Categorie
Collectiviteit
Groep
Slide 13 - Tekstslide
Categorie
Bij deze groepsvorm is er geen contact tussen de mensen en geen band. Wel zijn er overeenkomstige kenmerken.
Slide 14 - Tekstslide
Collectiviteit
Dit zijn bijvoorbeeld een sportclub en praatgroep. De leden ervan hoeven elkaar niet persoonlijk te kennen, maar er is wel een gevoel van verbondenheid.
Dit noemt men ook wel een formele groep: een groep met vaste regels en een vaste structuur.
Slide 15 - Tekstslide
Groep
Bij deze groepsvorm hebben alle leden contact met elkaar en is er sprake van een onderlinge band.
Dit noemt men ook wel een informele groep.
Een informele groep ontstaat meestal spontaan, functioneert zelfstandig en is zelfsturend.
Slide 16 - Tekstslide
Groepsvorming o.b.v belang
De leden van de groep streven dezelfde doelen na en zijn bezig met het uitvoeren van dezelfde taak.
Slide 17 - Tekstslide
Groepsvorming o.b.v. social media
Op internet kunnen mensen met dezelfde interesse, hobby, geloofsovertuiging of politieke voorkeur elkaar makkelijk vinden.
Slide 18 - Tekstslide
Samenstelling van groepen
gezondheidsproblemen
culturele achtergronden
maatschappelijke kenmerken
De afdelingsdoelstelling en de visie op verplegen
spelen hierbij rol.
Slide 19 - Tekstslide
Een groep zorgvragers die wekelijks een bijeenkomst hebben onder begeleiding van een psycholoog noem je een :
A
Homogene groep
B
Formele groep
C
Hetrogene groep
D
Informele groep
Slide 20 - Quizvraag
Een groep zorgvragers op een somatisch afdeling met een grote diversiteit aan ziektebeelden noem je een:
A
Homogene groep
B
Heterogene groep
C
Formele groep
D
Informele groep
Slide 21 - Quizvraag
Een groep zorgvragers die elke avond samen een borreltje drinkt noem je een:
A
Informele groep
B
Formele groep
C
Heterogene groep
D
Homogene groep
Slide 22 - Quizvraag
Een groep zorgvragers op een revalidatieafdeling noem je een:
A
Homogene groep
B
Heterogene groep
C
Formele groep
D
Informele groep
Slide 23 - Quizvraag
Groepsproces
Groepsproces is een verzamelnaam voor wat er zich
in de groep afspeelt.
Een groepsproces ontstaat door groepsinteractie.
Slide 24 - Tekstslide
Groepsinteractie
- Groepsleden beïnvloeden elkaar
- Elkaars activiteiten worden gestimuleerd of afgeremd
Groepsinteractie vindt plaats tijdens het uitvoeren van de groepstaken en wordt bepaald door de (functionele of disfunctionele) rollen.
Slide 25 - Tekstslide
Groepstaken
Initiatieven te nemen
informatie te verzamelen en te geven
informatie te verhelderen of te verwerken
een eigen mening te geven
activiteiten te organiseren
activiteiten te coördineren
activiteiten uit te voeren
Slide 26 - Tekstslide
Groepsrollen
Een rol in een groep is het aandeel dat een groepslid heeft in wat er in de groep gebeurt.
Functionele rollen > positief gedrag
Disfunctionele rollen > negatief gedrag
Slide 27 - Tekstslide
Zou je voorbeelden kunnen noemen van functionele rollen?
Slide 28 - Open vraag
Zo je voorbeelden kunnen noemen van disfunctionele rollen?
Slide 29 - Open vraag
Slide 30 - Tekstslide
Conformeren
Mensen passen zich van nature aan de groepsnormen aan