ARGO thema 5.7 en 5.8 aanwijzende voornaamwoorden

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2,3

Aanwijzende voornaamwoorden

ARGO 5.7 en 5.8

In deze lessonup

leer je de drie verschillende aanw. vnw. in het Grieks

- rijtjes

- gebruik

leer je hoe je kunt herkennen of een vorm van αὐτος of van οὑτος komt

Lidwoord + δε

Als het lidwoord een τ heeft, heeft de vorm die ook

Als de uitgang een α of η heeft, is de stam αυ ipv ου

Rijtjes net als αὐτoς; 

let op onz. ev: nom en acc

Dichtbij

In de buurt

Ver weg

ὁδε

τουτο

οὑτος

αὑτη

ἐκεινη

ἐκεινος

ἐκεινο

ἡδε

τοδε

Goed opletten!

De vrouwelijke vormpjes van οὑτος (αὑτη) lijken een beetje op de vormpjes van αὐτος

Verschil: 

- de vormen van αὑτη hebben nooit een spiritus asper (maar een spiritus lenis) 

- de vormen van αὑτη beginnen nooit met een tau

Van welk rijtje komt ταυτης?

1. αὐτος
2. οὑτος

Van welk rijtje komt αὐτης?

1. αὐτος
2. οὑτος

Van welk rijtje komt τουτον?

1. αὐτος
2. οὑτος

Van welk rijtje komt αὑται?

1. αὐτος
2. οὑτος

Van welk rijtje komt τουτο?

1. αὐτος
2. οὑτος

Van welk rijtje komt αὐτοι?

1. αὐτος
2. οὑτος

Ik snap de aanwijzende voornaamwoorden in het Grieks:

Ik snap het prima, gewoon nog even goed leren

Ik snap het wel maar moet het nog goed leren

Ik begin het te begrijpen maar ik moet er nog goed naar kijken en het leren

Ik begrijp er geen iota van. graag extra uitleg voor het leren