Les 3 - Logistiek Goederenstroom H7 tm 9

Logistiek
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
LogistiekMBOStudiejaar 2

In deze les zit 26 slide, met tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Logistiek

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
Goederenstroom H7 tm 9

Slide 2 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Waar staat KPI voor?

Slide 3 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Wat is de betekenis van Key Performance Indicator (of prestatie indicator)?

Noem voorbeelden van KPI's in warehousing.

Slide 4 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
  1. Manuren t.o.v. uitgevoerde activiteiten
  2. Servicegraad
  3. Bezettingsgraad
  4. Gemiddelde voorraad
  5. Benuttingsgraad
  6. Vullingsgraad

Slide 5 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Manuren V.S. activiteiten voorbeeld:
= Totaal verzamelde orderregels / Totaal gewerkte pick uren
= Totaal ingeboekte orderregels / Totaal gewerkte inslag uren

Slide 6 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Servicegraad:
Mate waarin de vraag naar een product wordt voldaan. 
Wordt meestal uitgedrukt in een percentage en kan gemeten worden op verschillende plaatsen in de keten. 
Voorbeeld: een 95% servicegraad kan betekenen dat het product 95% van de tijd beschikbaar is of dat 95 van de 100 consumenten het product kan kopen op het gewenste moment.
Totaal aantal correct verzamelde orderregels / totaal verzamelde orderregels * 100%

Slide 7 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Bezettingsgraad formule:
= Benutte capaciteit / beschikbare capaciteit * 100%

Slide 8 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Gemiddelde voorraad formule:
= (Beginvoorraad + eindvoorraad)/2

Slide 9 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Benuttingsgraad formule:
= Gebruikte middelen / Beschikbare middelen * 100%

Slide 10 - Tekstslide

Goederenstroom H 7
Vullingsgraad formule:
= Volume goederen / Nettoruimte vak * 100%

Slide 11 - Tekstslide

Goederenstroom H 7

Slide 12 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Noem 4 factoren waar je rekening mee moet houden bij de keuze voor een orderverzamelstrategie.
  1. Kenmerken van de goederen
  2. Magazijninrichting
  3. Plaats van opslag
  4. Verzamelplaats

Slide 13 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Wat houden deze 4 termen in?


Slide 14 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Wat is:
  • Hoofdgangensysteem
  • Tweegangensysteem
  • Zijgangensysteem

Slide 15 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Wat is:
Eendimensionaal orderverzamelen?
Tweedimensionaal orderverzamelen?

Slide 16 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Wat is het verschil tussen eenzijdig orderverzamelen en tweezijdig orderverzamelen?

Slide 17 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Verklaar de termen S-Shape en Largest Gap

Slide 18 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Noem 6 orderverzamelmethodes en leg uit.
  1. Scanning
  2. Pick-to-Light
  3. Put-to-Light
  4. Pick-to-Colour
  5. Voice Picking
  6. Pick-by-Vision

Slide 19 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Wat is het verschil tussen statisch orderverzamelen en dynamisch orderverzamelen?

Slide 20 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Voorbeelden statisch orderverzamelen (Blz. 180 - 185):
  1. 1 orderpicker verzamelt 1 order
  2. Meerdere orderpickers werken na elkaar aan 1 order (sectiemethode / zonemethode)
  3. Meerdere orderpickers werken tegelijkertijd aan 1 order (deelordermethode)
  4. 1 orderpicker verzamelt meerdere orders tegelijkertijd

Slide 21 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Voorbeelden statisch orderverzamelen (Blz. 180 - 185):
  1. Meerdere orderpickers werken aan meerdere orders tegelijkertijd (parallel multipicken)

Leer de voor en nadelen!!!

Slide 22 - Tekstslide

Goederenstroom H 8
Verschil sequentieel en parallel orderpicken:
Sequentieel orderverzamelen betekent dat één of meerdere pakbonnen compleet worden afgewerkt door één persoon. Orderpickers werken bij deze methode nooit tegelijkertijd aan dezelfde order.

Bij parallel orderverzamelen picken meerdere medewerkers op hetzelfde moment artikelen voor een pakbon. Dit heeft als voordeel dat de pickers in een eigen zone kunnen werken. Zo blijven de loopafstanden beperkt.

Slide 23 - Tekstslide

Goederenstroom H 9
Handlingstijd: Tijd die nodig is om een orderregel of order te picken


Slide 24 - Tekstslide

Goederenstroom H 9
Aantal orderverzamelaars berekenen:
Totaal aantal orderregels / productiviteitsnorm = aantal werkuren
Aantal werkuren / aantal werkuren per persoon = aantal personen

Totaal aantal orderregels / Totaal aantal werkuren = productiviteitsnorm


Slide 25 - Tekstslide

Zelfstandig vragen maken

Slide 26 - Tekstslide