3. Stunde: haben, sein werden in de tegenwoordige tijd

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

haben, sein en werden
in de tegenwoordige tijd - Präsens

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weißt du es noch?
haben, sein, werden

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Präsens: haben sein werden
hebben=haben      zijn =sein       worden= werden
ich  habe               ich bin            ich werde
du hast                  du bist            du wirst
er hat                     er ist               er wird
wir haben               wir sind          wir werden
ihr habt                  ihr seid           ihr   werdet
sie/Sie haben        sie/Sie sind     sie/Sie werden

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Präsens: haben, sein, werden
hebben = haben     zijn = sein     worden = werden
ich  ...                     ich ...             ich ...
du ...                      du ...              du ...
er ...                       er ...               er ...
wir ...                      wir ...             wir ...
ihr ...                       ihr ...             ihr ...
sie/Sie ...               sie/Sie ...       sie /Sie ...
timer
2:00

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

............... du Zeit für mich?
timer
0:15

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ich weiß nicht, was ich falsch gemacht ................ .
timer
0:15

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

.................. du müde?
timer
0:15

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wir ............... unseren Eltern eine Karte geschrieben.
timer
0:15

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

.............. Sie schon wieder krank?
timer
0:15

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ich ........ jetzt vierzehn Jahre alt.
timer
0:15

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

S. 96

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:20
Welke 2 betekenissen heeft
werden? .... en ....

Slide 13 - Woordweb

worden: werden
zullen: sollen
Ich ............ dir die Matheaufgabe erklären.
A
habe
B
bin
C
werde

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ihr ....... das jetzt sagen!
A
wird
B
werdet
C
habt
D
seid

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ariane ............... noch in der Schule.
A
ist
B
wird
C
hat
D
hast

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meine Eltern ______ ein altes Auto.
A
hat
B
haben
C
hast
D
habt

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Du ________ schon wieder kein Geld mehr?
A
hat
B
haben
C
hast
D
habst

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie alt ________ du?
A
bist
B
ist
C
bin
D
sind

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Die Schüler ________ ins Schwimmbad gehen.
A
sind
B
wird
C
waren
D
werden

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Du (werden) ________ doch auch deine Hausaufgaben machen?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ich (werden) ________ nächste Woche 15 Jahre alt.

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wir (sein) ________ heute zu Hause geblieben.

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Herr Maters, ________ Sie noch Zeit für mich?

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gut gemacht!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies