3.1: Frankische rijk




Het Frankische rijk
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les




Het Frankische rijk

Slide 1 - Tekstslide

Mindmap:
Waar denk je aan bij het Frankische rijk?

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Frankische rijk
  • Karel de Grote
  • Leenstelsel
  • Aan de slag

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen: 
  • Je kunt uitleggen hoe het Frankische rijk bestuurd werd
  • Je weet hoe Karel de Grote het rijk uitbreidde 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Frankische rijk
  • Val Romeinse rijk
  • Succes van de Franken
  1. Goede legerleiding 
  2. Band met de kerk -> steunen elkaar

Slide 8 - Tekstslide

Karel de Grote
  • Jaar 800
  • Goede band met de paus 

Slide 9 - Tekstslide

Karel wordt Keizer:
  • Paus kroont keizer
  • Romeinse keizers
  • Paus krijgt hulp
  • Zo'n groot rijk -> hoe bestuur je dat? 

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag: 
Wat: opdracht 2 t/m 5, bladzijde 93
Hoe: In stilte of overleggen met de buurman 
Tijd: 8 minuten
timer
8:00

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Leenstelsel/ feodalisme: 
Wie?
Geeft:
Krijgt:
Karel 
Land als leen aan een hertog of graaf
Steun van adel in raad en daad
Hertog/ Graaf
Absolute trouw aan de Karel/ belasting
Stuk land -> zelf bepalen
Ridders
Steun voor de hertog/ vochten voor de leenman
Stuk land van de leenman
Boeren/ normale volk
Belasting en opbrengst land
Bescherming en veiligheid

Slide 13 - Tekstslide

Frankische volken waren voor de Romeinen barbaren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Dit is een voorbeeld van een adellijke titel:
A
Graaf
B
Ridder
C
Leenman
D
Baron

Slide 15 - Quizvraag

Een ander woord voor leenstelsel is mondialisme
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Karel werd gekroond door de .........
A
Koning
B
Paus

Slide 17 - Quizvraag

Ridders waren onderdeel van het leenstelsel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Feodaal stripverhaal
Hoe: In tweetallen ga je aan de slag. Je kiest een van de volgende onderwerpen (of een eigen): Karel de Grote, Clovis, het leven van een leenheer, horige, ridder, etc.)
Hulp: gebruik je boek, internet, of de leraar.
Tijd: tot het einde van de les.


Slide 19 - Tekstslide

Wat moet er in:
Kies een van de volgende onderwerpen (of een eigen): Karel de Grote, hertog, graaf, adel, ridders, paus, leenstelsel)

Uitkomst: een stripverhaal waarin minstens drie elementen uit de tijd van het Frankische rijk.

Klaar? Doe iets voor jezelf.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide