In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 360 min
Onderdelen in deze les
Thema Organen en cellen
Thema Organen en cellen
Slide 1 - Tekstslide
De organisatieniveau's van klein naar groot:
A
Cellen, weefsels, organen, orgaanstelsels
B
orgaanstelsels, organen, weefsels, cellen
C
weefsels, cellen, organen, orgaanstelsels
D
cellen, weefsels, organen, orgaanstelsels
Slide 2 - Quizvraag
Alle cellen bestaan uit organen
A
goed
B
fout
Slide 3 - Quizvraag
Welke stelling is juist?
A
Bijna alle organen zijn opgebouwd uit cellen
B
Alle cellen zien er hetzelfde uit
C
Cellen kun je met het blote oog zien
D
Het celmembraan is een vlies om de cel
Slide 4 - Quizvraag
Een groep cellen met dezelfde bouw en dezelfde functies wordt orgaan genoemd?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quizvraag
Cellen zijn de bouwstenen van de organen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quizvraag
Een groep organen die samenwerken noem je:
A
Organen
B
Orgaanstelsels
C
Samenwerkende cellen
D
Cellen
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een weefsel
A
Cellen in verschillende organen met een vorm en functie
B
de cellen in een orgaan
C
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie
Slide 8 - Quizvraag
zet de onderdelen van groot naar klein 1 is het groots en 4 is het kleins
1
2
3
4
weefsels
organen
orgaanstelsels
cellen
Slide 9 - Sleepvraag
Cel
Organisme
Orgaanstelsel
Orgaan
Weefsel
Slide 10 - Sleepvraag
Zet op volgorde van klein naar groot
Orgaanstelsel
Orgaan
Weefsel
Cel
Organisme
Slide 11 - Sleepvraag
Middenrif
Buikholte
Borstholte
Slide 12 - Sleepvraag
De luchtpijp hoort bij het
A
Bloedvatenstelsel
B
Spierstelsel
C
Ademhalingstelsel
D
Voortplantingstelsel man
Slide 13 - Quizvraag
De aorta hoort bij het
A
Ademhalingsstelsel
B
Spierstelsel
C
Zenuwstelsel
D
Bloedvatenstelsel
Slide 14 - Quizvraag
De lever hoort bij het
A
Bloedvatenstelsel
B
Voortplantingstelsel vrouw
C
Zenuwstelsel
D
Verteringstelsel
Slide 15 - Quizvraag
De dijbeenspier hoort bij het
A
Spierstelsel
B
Hormoonstelsel
C
Zenuwstelsel
D
Skelet
Slide 16 - Quizvraag
Het ruggemerg hoort bij
A
Spierstelsel
B
Zenuwstelsel
Slide 17 - Quizvraag
De nieren horen bij het
A
Verteringstelsel
B
Uitscheidingstelsel
Slide 18 - Quizvraag
De cel
Een orgaan
Een orgaanstelsel
Kleinste onderdeel van het lichaam
Onderdeel van het lichaam met een bepaalde taak.
Organen die samenwerken.
Slide 19 - Sleepvraag
Hierboven zie je een torso zoals in het biologielokaal. Een aantal organen zijn ernaast neergelegd. Sleep de namen van de organen naar het juiste orgaan.
Nier
Longen
Lever
Luchtpijp
Dunne darm
Slide 20 - Sleepvraag
Opdracht:
Sleep de organen naar de juiste plek in de torso.
Slide 21 - Sleepvraag
Sleep deze organisatieniveaus in de juiste volgorde van klein naar groot.