Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Kgt 2 H6 Vergroten
H6 Vergroten & verkleinen
1 / 39
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
In deze les zitten
39 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
3 videos
.
Lesduur is:
20 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H6 Vergroten & verkleinen
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan wij doen?
terugblik hoofdstuk 3
uitleg hoofstuk 6
Aan de slag met huiswerk
Slide 2 - Tekstslide
Wat is de oppervlakte van dit parallellogram?
A
64cm²
B
56cm²
C
56cm
D
64cm
Slide 3 - Quizvraag
Oppervlakte parallellogram =
A
0,5 x zijde x bijbehorende hoogte
B
zijde x bijbehorende hoogte
C
diameter x π
D
straal x straal x π
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de oppervlakte van het parallellogram?
A
20 cm2
B
10 cm2
C
16 cm2
D
8 cm2
Slide 5 - Quizvraag
Oppervlakte driehoek GHI is?
A
520
B
546
C
504
D
480
Slide 6 - Quizvraag
Oppervlakte driehoek
ABC is?
A
12 cm²
B
6 cm²
C
10 cm²
D
5 cm²
Slide 7 - Quizvraag
Oppervlakte driehoek =
A
zijde x bijbehorende hoogte
B
Zijde x bijbehorende hoogte : 2
C
zijde x lengte
D
schuine zijde x basis
Slide 8 - Quizvraag
Oppervlakte driehoek PQR?
A
5 x 12 : 2
B
21 x 13 : 2
C
21 x 12 : 2
D
5 x 20 : 2
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Uitleg hoofdstuk 3
Slide 11 - Tekstslide
Lengte en breedte vergroten
Wat gaat er mis?
Slide 12 - Tekstslide
Vergroten
Alle zijden worden met hetzelfde getal vermenigvuldigd
De vorm blijft hetzelfde
De grootte van de hoeken blijft hetzelfde
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
6.2 Factor
Het getal waarmee je
ALLE
lengten van een figuur vergroot.
Oud x ... = Nieuw
Dus: 30 x ... = 40
40:30 = 1,33
Factor is 1,33
Factor = nieuw : oud
Slide 15 - Tekstslide
Voorbeeld
AB = 2 cm oud
KL = 3 cm nieuw
factor = 3 : 2 = 1,5
Bereken PQ als AB oud is
Factor = nieuw : oud
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Rekenen met de factor
Bereken de factor.
Het 1e plaatje is het oude plaatje.
4,5 : 3 = 1,5
De factor is 1,5
Factor = nieuw : oud
Slide 18 - Tekstslide
Met welke berekening rekenen we de factor uit van B naar C?
Kies alle mogelijke opties.
A
63 : 48 = 1,3125
B
73,5 : 56 = 1,3125
C
48 x 63 = 3024
D
er is geen factor.
Slide 19 - Quizvraag
De berekening om de factor
bij de vergroting hiernaast is:
A
1,2 x 3 = 3,6 Dus de factor is 3,6
B
1,2 : 3 = 0,4 Dus de factor is 0,4
C
3 : 1,2 = 2,5 Dus de factor is 2,5
D
1,2 x 2,5 = 3 Dus de factor is 2,5
Slide 20 - Quizvraag
Welke factor gebruik je bij deze driehoeken om zijde BD te berekenen?
A
2,5 : 15 = 0,167
B
2 x 2,5 = 5
C
15 : 2,5= 6
D
2,5 : 2 = 1,25
Slide 21 - Quizvraag
Vergroten en verkleinen
Is de
factor groter dan 1,
dan wordt de afbeelding
groter
Is de
factor kleiner dan 1
(0,3 bijvoorbeeld) dan wordt de afbeelding
kleiner
Slide 22 - Tekstslide
Verkleinen
Bij het verkleinen van een figuur heb je ook te maken met een oud en een nieuw beeld.
nieuw : oud
4 : 8 = 0,5
factor = 0,5
Slide 23 - Tekstslide
Verkleining
In de vorige opdracht was de uitkomst 0,5.
Dit is kleiner dan 1, dat betekent dus dat de figuur kleiner wordt, dat zie je ook in het beeld.
Slide 24 - Tekstslide
Verkleinen
nieuw : oud
10:15 = 0,67
De factor is 0,7 afgerond
Dat is kleiner dan 1, dus de afbeelding wordt kleiner
Slide 25 - Tekstslide
Wat is de vergrotingsfactor ?
A
2
B
0,5
Slide 26 - Quizvraag
Wat is de vergrotingsfactor?
A
x 1,2
B
x 1,28
C
x 1,33
D
x 0,75
Slide 27 - Quizvraag
De vergrotingsfactor is ...
A
16
B
0,625
C
1,6
D
6,25
Slide 28 - Quizvraag
6.4 Schaal
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Video
6.5 Schaal berekenen
meet een lengte in de tekening waarvan je de echte maat weet
vul de getallen in de rekenpijl
bereken de factor
schrijf de schaal op, rond af
Cm in de tekening x...= cm in werkelijkheid
Slide 31 - Tekstslide
Wat is de factor?
15
Wat is de schaal?
1 : 15
Slide 32 - Tekstslide
Het model van Jaime is op schaal gemaakt. In werkelijkheid is Jaime 21 keer zo groot.
De schaal van Jaime is ....
A
21:1
B
1:21
C
21
D
1:8
Slide 33 - Quizvraag
schaal 1 : 2000 is een...
A
vergroting
B
verkleining
Slide 34 - Quizvraag
De schaal van het model van de motor is 1:18.
Wat betekent de schaal?
A
1 cm in het model is 18 cm in het echt
B
1 cm in het echt is 18 cm in het model
C
1 cm in het model is 11,5 cm in het echt
D
18 cm in het model is 1 cm in het echt
Slide 35 - Quizvraag
Omtrek en oppervlakte
Bij vergroten met factor 3 wordt de omtrek ook 3 keer zo groot
De oppervlakte wordt dan 3 x 3 = 9 keer zo groot
Slide 36 - Tekstslide
Oppervlakte
De factor is 1,5
Oppervlakte oud = 15 cm
Oppervlakte nieuw
= 1,5 x 15 = 33,75 cm
Oppervlakte nieuw = factor x oppervlakte oud
2
2
2
2
Slide 37 - Tekstslide
Oppervlakte vergroten
De rechthoeken zijn gelijkvormig
Klein = oud
Groot = nieuw
Factor is .......
De oppervlakte is ......... keer groter
Oppervlakte = .....
Slide 38 - Tekstslide
Zelf aan de slag
huiswerk:
Vanaf blz. 222:
E1, E2, E3, E4, E6, E7, E8, E11, E12
timer
1:00
Slide 39 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
X les - Vergroten & Verkleinen
Juni 2023
- Les met
22 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
kader 2, H9, par 4 oppervlakte en inhoud vergroten
Mei 2020
- Les met
38 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Kgt 2 H6 Vergroten
Juni 2023
- Les met
22 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
2 BBL - Hoofdstuk 6 vergroten en verkleinen
April 2022
- Les met
34 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
H6.1 Vergrotingsfactor en schaal
Maart 2022
- Les met
11 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
CO2J_Lessonup H6
Februari 2023
- Les met
51 slides
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Kader 2 H8
Juni 2019
- Les met
35 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Samenvatting HFD 6 vergroten en Verkleinen klas 2A
Mei 2022
- Les met
12 slides
LessonUp
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1