Duits 8-paragraaf E - Grammatik - BK

Duits 8-paragraaf E- Grammatik - BK
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Duits 8-paragraaf E- Grammatik - BK

Slide 1 - Tekstslide

Herzlich Willkommen! 2E

Slide 2 - Tekstslide

Herzlich Willkommen! 2F

Slide 3 - Tekstslide

Duits 8-paragraaf E- Grammatik
Vandaag in de les: het leerdoel (das Lernziel)
- je kent de bezittelijke voornaamwoorden
- je kunt de bezittelijke voornaamwoorden gebruiken
- je kent de betekenis vorige lessen A-B-C-D woordjes
- quiz lessonUp
- ga verder met slim stampen - lernliste E

Slide 4 - Tekstslide

huiswerk; schrijf in je agenda
huiswerk voorzover in les niet af (H8-D. 15, 16, 17&18  vorige les)

- de opdrachten maken  Hoofdstuk 8 E- 19 t/m 26- in je             online werkboek
- slim stampen (hoofdstuk 8 - E)




Slide 5 - Tekstslide

het bezittelijk voornaamwoord

Vandaag ga je het bezittelijk voornaamwoord in het Duits leren.
Maar wat is eigenlijk het bezittelijk voornaamwoord?
  

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan wie iets bezit.

Slide 7 - Tekstslide

bezittelijk voornaamwoord
Wat is een bezittelijk voornaamwoord?


mijn
onze/ons
jouw
jullie
zijn
hun
haar
uw
zijn

Slide 8 - Tekstslide

5. mein/dein 

Slide 9 - Tekstslide

der-Gruppe
M
V
O
MV
1e
der 
die
das
die
3e
dem
der
dem
den +-n
4e
den
die
das
die

Slide 10 - Tekstslide

ein-Gruppe
Mnl
Vrl
Onz.
MV. 
1e
ein
eine
ein
keine
3e
einem
einer
einem
keinen +-n
4e
einen
eine
ein
keine
ein-Gruppe: mein-, dein-, sein-,......

Slide 11 - Tekstslide

De bezittelijke voornaamwoorden
Het bezittelijk voornaamwoord
Het bezittelijk voornaamwoord wordt gebruikt om een bezit aan de geven. 

Handig: Veel bezittelijke voornaamwoorden in het Duits lijken op die in het Nederlands. 

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 4: mein, dein, sein, enz.

Slide 13 - Tekstslide

persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
mein
er
wir
Sie
ihre
unser
dich
deine

Slide 14 - Sleepvraag

ik
ich
jij
du
hij
er
zij
sie
het
es
wij
wir
jullie
ihr
zij
sie
u
Sie
Sleep het bezittelijke voornaamwoord op de juiste plaats in het schema
unser
dein
Ihr
euer
mein
ihr
ihr
sein
sein

Slide 15 - Sleepvraag

wat betekent duitse woord 'lustig'
A
vrolijk
B
hongerig

Slide 16 - Quizvraag

mijn laars
A
mein Larse
B
mein Stiefel

Slide 17 - Quizvraag

jouw trui
A
dein Pullover
B
deine Kapuze

Slide 18 - Quizvraag

vertaal 'gekleurd' in het duits
A
bunt
B
gefarbt

Slide 19 - Quizvraag

Bezittelijke voornaamwoorden horen ook
bij de EIN-Gruppe:
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
DER
DIE
DAS
DIE
(K)EIN
(K)EINE
(K)EIN
KEINE
asassa

meine
mein
mein
meine

Slide 20 - Sleepvraag

GRAMMATIK A: Bezittelijke voornaamwoorden
mijn
jouw
zijn
haar
ons/onze
jullie
hun/uw
mein
dein
sein
ihr
unser
euer
ihr/Ihr

Slide 21 - Sleepvraag

Hoe noem je een mobieltje in het Duits?
A
Das Telefon
B
Das Ding
C
Die Mobil
D
Das Handy

Slide 22 - Quizvraag

huiswerk voorzover in les niet af
huiswerk voorzover in les niet af;
- de opdrachten Hoofdstuk 8 E- 19 t/m 26 maken- in je online werkboek
- slim stampen (hoofdstuk 8 - A,B,C, D & E)

Dank jullie wel voor jullie aandacht

Slide 23 - Tekstslide

Afronden 8-paragraaf E- Grammatik
Afrondend in deze les: - leerdoel  
- je kent de bezittelijke voornaamwoorden
- je kunt de bezittelijke voornaamwoorden gebruiken
- je kent de betekenis vorige lessen A-B-C-D woordjes
- quiz lessonUp = gedaan
- huiswerk van deze les is hopelijk af
- jullie hebben goed gewerkt.

Slide 24 - Tekstslide

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 25 - Tekstslide

Sleep de Duitse woorden naar de juiste kleuren.
gelb
blau
schwarz
grau
rot
grün
violett
orange
rosa
braun

Slide 26 - Sleepvraag