Interne scholing, Curriculumontwikkeling

• LOB
• MBO
• Studiejaar 1

Welkom

Interne scholing coördinatoren

Curriculumontwikkeling

Mieke Moscou en Karen van Loon

13 januari 2020

Curriculum

Hoeveel van de onderstaande beweringen zijn juist:
1 Voor alle opleidingen die samen in een kwalificatiedossier beschreven staan, geldt
dat het basisdeel identiek is
2 Een kwalificatie bestaat uit een basisdeel, een profieldeel en keuzedelen
3 In het kwalificatiedossier staan alleen de beroepsspecifieke taal- en rekeneisen benoemd; deze
staan beschreven in de kolom ‘kennis en vaardigheden’
4 De omvang van de keuzedeelverplichting staat niet in het kwalificatiedossier
vermeld.

1. Alle beweringen zijn juist
2. Er zijn 3 beweringen juist
3. Er zijn 2 beweringen juist
4. Er is 1 bewering juist

Welke leerwegen zijn er?

1. BOL en BBL
2. BOL, BBL en OVO
3. BOL, BBL, OVO en gemengde leerweg
4. BOL, BBL, OVO en gecombineerde leerweg

Hoeveel van de onderstaande beweringen zijn juist:
1 Beroepsopleidingen op niveau 1 en 2 mogen een opleidingsduur van 1 tot 2 jaar
hebben
2 Beroepsopleidingen op niveau 3 en 4 mogen een opleidingsduur van 2 tot 3 jaar
hebben
3 Beroepsopleidingen op niveau 3 en 4 hebben een opleidingsduur van minimaal 3 jaar
4 Alleen niveau 2 en 3 opleidingen mogen een opleidingsduur van 2 jaar hebben

1. Alle beweringen zijn juist
2. Er zijn 3 beweringen juist
3. Er zijn 2 beweringen juist
4. Er is 1 bewering juist

Hoeveel van de onderstaande beweringen zijn juist:
1 (Berekening) Onderwijstijd = het aantal uren BPV + het aantal uren Begeleide Onderwijstijd (BOT)
2 De norm voor Onderwijstijd is voor alle opleidingen BOL en BBL 1000 klokuur (ROC norm 1050).
3 De norm voor Begeleide Onderwijstijd (BOT) is voor alle opleidingsniveaus gelijk
4 Voldoen aan de urennorm voor Begeleide Onderwijstijd (BOT) betekent voldoen aan de uren
geprogrammeerde onderwijstijd
5 Niet voldoen aan de uren norm voor Begeleide Onderwijstijd (BOT) leidt tot een
onvoldoende (Inspectie-)oordeel voor de opleiding

1. Er zijn 3 beweringen juist
2. Er zijn 2 beweringen juist
3. Er is 1 bewering juist
4. Geen van de beweringen is juist

Hoeveel van de onderstaande beweringen zijn juist:
1 Elke opleiding stelt jaarlijks het aanbod keuzedelen vast uit de lijst van de aan de
opleiding gekoppelde keuzedelen
2 De student mag onder voorwaarden een niet gekoppeld keuzedeel kiezen dat
opgenomen is in het ROC brede aanbod keuzedelen
3 De student dient bij doorstroom aan de volledige omvang van de
keuzedeelverplichting van de nieuwe opleiding te voldoen
4 Het examenresultaat van keuzedelen telt met ingang van schooljaar 2020-2021 mee
in de zak-slaagregeling voor het behalen van het diploma

1. Alle beweringen zijn juist
2. Er zijn 3 beweringen juist
3. Er zijn 2 beweringen juist
4. Er is 1 bewering juist

Hoeveel van de onderstaande beweringen is juist:
1. De inhoud van het KD wordt vertaald in een lessentabel, welke in de
Curriculumbouwer wordt geplaatst
2. De onderwijseenheden (vakken) in de Curriculumbouwer waar lesuren aan
gekoppeld zijn, vind je terug in het rooster
3. De onderwijseenheden (vakken) in de Curriculumbouwer waar lesuren aan
gekoppeld zijn, vind je terug in de PM
4. De onderwijseenheden (vakken) die in de PM staan, vind je terug in het rooster

1. Alle beweringen zijn juist
2. Er zijn 3 beweringen juist
3. Er zijn 2 beweringen juist
4. Er is 1 bewering juist

Hoeveel van de onderstaande beweringen zijn juist:
1. Een BOL student moet elk jaar stage lopen
2. De programmering van de stage gaat vooraf aan de programmering van de
onderwijsinhoud
3. Het ROC heeft als richtlijn dat opleidingen zo weinig mogelijk gebruik maken van
blokstages
4. Een BBL student heeft een leer-arbeidsovereenkomst waarbij hij minimaal 1 dag per
week naar school gaat en een contract heeft voor minimaal 24 uur per week

1. Alle beweringen zijn juist
2. Er zijn 3 beweringen juist
3. Er zijn 2 beweringen juist
4. Er is 1 bewering juist

Hoeveel van de onderstaande beweringen zijn juist:
1. De betreffende projectgroep bepaalt welke leermiddelen gebruikt (mogen) worden.
2. De programmering van het aantal lesuren per (AVO)vak ligt vast
3. Alle AVO formatieve toetsing is ROC breed ingericht en moet ongewijzigd ingezet
worden
4. De omvang van het onderwijsprogramma voor elk van de AVO vakken ligt vast

1. Alle beweringen zijn juist
2. Er zijn 3 beweringen juist
3. Er zijn 2 beweringen juist
4. Er is 1 bewering juist

Wettelijke duur van opleidingen:

N1 = 1 jaar

N2 = 1-2 jaar

N3 = 2-3 jaar

N4 = 3-4 jaar (uitzonderingen 4 jaar)

Leerwegen

BOL (dagschool, schoolstage)

BBL (werk-leertraject)

Gecombineerde leerweg (BOL/BBL) wettelijk aangevraagde experimenten, na 2 jaar BOL wordt de gehele groep overgeschreven naar BBL.

OVO = niet bekostigd onderwijs, er zitten hier geen subsidies vanuit de overheid op en geen eisen rondom verplichte onderwijstijd. Hierin kun je kerntaak gericht opleiden met als afsluiting een verklaring (denk hierbij aan keuzedeel-onderwijs).

Kwalificatie dossier (KD)

KD's zijn te vinden op de site van SBB.

KD's zijn opgebouwd uit een basisdeel (incl generieke vakken), een profiel deel en keuzedelen.

Studenten worden ingeschreven op het crebo van de kwalificatie (profiel)(altijd een 25...of 26... nummer). Soms wordt er gekozen om de studenten in te schrijven op het crebo van het KD (altijd een 23... nummer). Dit omdat er bijvoorbeeld gestart wordt met een breed basisjaar of dat een brede inschrijving meer stagemogelijkheden biedt.

Onderwijstijd

Voor meer informatie zie

BOT = begeleide onderwijstijd, dit bestaat uit lessen op school en BPV.

Met de voorgeschreven verdeling tussen theorie en praktijk.

Wettelijke norm:

BOL = 1000 uur/jaar

BBL = 850 uur/jaar

ROC norm:

BOL = 1050 uur/jaar

BBL = 880 uur/jaar

Google: socrative student login

Room: KAREN9889