Recht en ondernemingsvormen geheel COM22

Ondernemingsvormen
Recht & regels voor de ondernemer
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Ondernemingsvormen
Recht & regels voor de ondernemer

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een ondernemingsvorm?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke ondernemingsvormen zijn rechtspersonen?
A
BV
B
NV
C
Eenmanszaak
D
VOF

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke ondernemingsvormen zijn geen rechtspersonen
A
Naamloze Vennootschap
B
CV
C
Maatschap
D
Besloten Vennootschap

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke ondernemingsvorm is het makkelijkst op te richten?
A
Eenmanszaak
B
VOF
C
CV
D
BV

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kun je later je ondernemingsvorm nog omzetten naar een andere ondernemingsvorm?
A
Nee, dat kan nooit
B
Ja, maar het is wel slim om eerst te onderzoeken of het gunstig voor je is
C
Ja, dat kan, maar dan moet je eerst toestemming vragen aan je klanten
D
Nee, dat kan alleen als je aan strenge eisen voldoet

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke ondernemingsvorm komt het meeste in Nederland voor?
A
VOF
B
Stichting
C
Eenmanszaak
D
BV

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je bent persoonlijk aansprakelijk bij een ...
A
bv en vof.
B
eenmanszaak en vof.
C
eenmanszaak en bv.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke situatie is een eenmanszaak het meest geschikt?
A
Twee startende ondernemers (kapperszaak)
B
Overname van Philips
C
Eén startende ondernemer (kapperszaak)
D
Drie startende ondernemers

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe worden de ondernemers binnen een maatschap genoemd?
A
ZZP'ers
B
Vennoten
C
Maten
D
Directeuren

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel dat er geen afspraken zijn gemaakt over de winstverdeling, dan......
A
wordt de winst evenredig verdeeld.
B
wordt de winst 50/50 verdeeld.
C
dan wordt de winst niet verdeeld.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is een afspraak in de maatschapsovereenkomst, waarin de winst aan één persoon wordt toegekend, geldig?
A
Ja, de maten zijn vrij om af te spreken wat zij willen.
B
Nee, winst toekennen aan één persoon is niet toegestaan.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie is aansprakelijk als een maat schulden heeft opgebouwd omdat hij iemand heeft ingehuurd voor zichzelf?
A
De maat zelf.
B
Alle maten

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt de oprichtingsakte van een VOF genoemd?
A
Akte van oprichting
B
Authentieke akte
C
Notariële akte
D
Vennootschaps-overeenkomst.

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inkomstenbelasting is de jaarlijkse belasting die betaald wordt bij een ......(meerdere antwoorden)
A
Eenmanszaak
B
Maatschap
C
VOF
D
CV

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frits wil een frietzaak openen. Welke rechtsvorm kan hij het beste kiezen?
A
Eenmanszaak
B
Maatschap
C
VOF
D
CV

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frits wil samen met een vriend klusbedrijf oprichten. Welke rechtsvorm kunnen zij het best kiezen?
A
Eenmanszaak
B
Maatschap
C
VOF
D
CV

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frits en zijn vrouw willen een frietzaak openen, met investeerder Mohamed. Mohamed wil alleen investeren en verdienen, maar niet mee ondernemen. Welke rechtsvorm kunnen zij het best kiezen?
A
Eenmanszaak
B
Maatschap
C
VOF
D
CV

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ruben, Mariletty en Eva willen samen een tandartsenpraktijk beginnen. Welke rechtsvorm kunnen zij het best kiezen?
A
Eenmanszaak
B
Maatschap
C
VOF
D
CV

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Firma Gazelle heeft nog €75.000,- tegoed van fietsenmaker Harry de Groot die een eenmanszaak heeft. De groot zegt dat hij niet kan betalen, omdat zijn zakelijk vermogen op is. Hij heeft nog wel een huis met daarin een eigen vermogen van €80.000,-. De groot is in gemeenschap van goederen getrouwd. Kan de firma Gazelle de helft of het totale huis van het echtpaar De Groot aanspreken?

Slide 27 - Open vraag

Ja, in een eenmanszaak vallen zakelijk vermogen en privé vermogen samen. Gazelle kan voor zijn vordering ook het privé vermogen van De Groot aanspreken. Omdat de Groot in gemeenschap van goederen is getrouwd, kan het gehele privé vermogen worden aangesproken.
Dries heeft een eenmanszaak.
Op welke rekening kan de verkopende partij het aankoopbedrag verhalen?
A
Op de priverekening
B
Op de zakelijke rekening
C
Op beide rekeningen

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jos heeft een BV en gaat failliet. Door pech en de coronacrisis is het bedrijf ingestort. Hij heeft een schuld van 600.000. Is hij privé aansprakelijk?
A
Ja, naast de bedrijfsrekening ook privé
B
Ja, hier had hij op in moeten spelen.
C
Nee, hij had hier geen invloed op.
D
Nee, hij heeft een BV dus is niet privé aansprakelijk.

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je een BV hebt dan kan een schuld nooit verhaald worden op je privévermogen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef een voorbeeld van een Naamloze Vennootschap

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Erik en Rob zijn beiden eigenaar van ER BV. Erik voor 25% van de aandelen en Rob voor 75%. Wie kan namens ER BV rechtshandelingen verrichten?
A
Erik
B
Rob
C
Erik, Rob en ER BV

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wessel Kaart is eigenaar van een Carwash. Wessel krijgt een ongeluk en overlijdt. Bij welke ondernemingsvorm(en) eindigt de onderneming automatisch bij overlijden van een van de eigenaren?
A
bv
B
eenmanszaak
C
vof

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jan Gemert heeft een slagerij. De slagerij is een eenmanszaak. Jan is in gemeenschap van goederen getrouwd met Petra. Petra haalt €100 uit de kassa om de wekelijkse boodschappen te doen voor het gezin. Mag dat?

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Lees dit en beantwoord de vraag
Esther, Gijs en Bart hebben een bedrijf dat websites bouwt. De ondernemingsvorm is een CV. Esther en Gijs hebben hun kennis ingebracht, hebben de leiding en voeren met hun medewerkers alle werkzaamheden uit. Esther is niet bevoegd om overeenkomsten boven €5000 te sluiten. Bart heeft alleen geld ingebracht en bemoeit zich verder niet met het bedrijf.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie is/ zijn de beherende vennoot/vennoten?
A
Gijs
B
Esther en Gijs
C
Esther, Gijs en Bart

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kees en Nick hebben een timmerbedrijf. De ondernemingsvorm is een VOF. Nick kan de hypotheek van zijn huis niet meer betalen. De bank verkoopt zijn huis. Nick houdt een restschuld over van €10.000. Waarop kan de bank de restschuld verhalen?
A
Alleen op het privévermogen van Nick
B
Privévermogen van Nick en op het zakelijke vermogen van de VOF
C
Op het privévermogen van Nick, van Kees en het vermogen van de VOF

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wist je nog niet, maar na deze les wel?

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak de verwerkingsopdrachten in je boek
Blz. 42 t/m 45

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies