003. H8 Rekentrainer gemiddeld 2T 8.4 (4-6)

• Economie
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 2

H8 Het buitenland

Rekentrainer KT §3 / B§4: Gemiddelde

Ik heb klaar liggen: 

• rekenmachine,
• pen,
• papier.

Vandaag

Hoofdstuk 8 §3: Rekentrainers

Toetsen bespreken

Huiswerk

Volgorde hoofdstuk 8

B	KGT
§ 1	§ 1 + 2
§ 2	§ 3
§ 3	§ 4
§ 4	§ 5
§ 5	§ 6

27-5

27-5

3-6

4-6

10-6

17-6

Maandag 24 juni

Toets hoofdstuk 8

Doel BKGT §1

Rekenvaardigheden

Ik let er op dat ik:

• Een berekening geef
• De eenheid erbij zet: € / $ / etc.
• Een komma zet ipv een punt
• 2 cijfers achter de komma zet

Rekentrainer 8.2: 

Gemiddelde inkomen

Voorbeeld:

Een land heeft 13 miljoen inwoners. Het nationaal inkomen is 260 miljard Amerikaanse dollar.

Weten:

1. 1 miljard x 1.000 = 1.000 miljoen
2. Nationaal inkomen : aantal inwoners = gemiddeld inkomen per inwoner

Vraag: 

a) Hoeveel miljoen is $ 260 miljard?

b) Bereken het gemiddelde inkomen per inwoner?

Gemiddelde inkomen

Voorbeeld:

Een land heeft 13 miljoen inwoners. Het nationaal inkomen is 260 miljard Amerikaanse dollar.

Weten:

1. 1 miljard x 1.000 = 1.000 miljoen
2. Nationaal inkomen : aantal inwoners = gemiddeld inkomen per inwoner

Vraag: 

a) Hoeveel miljoen is $ 260 miljard?

b) Bereken het gemiddelde inkomen per inwoner?

Antwoord a): 

 $ 260 miljard = $ 260.000 miljoen

Gemiddelde inkomen

Voorbeeld:

Een land heeft 13 miljoen inwoners. Het nationaal inkomen is 260 miljard Amerikaanse dollar.

Weten:

1. 1 miljard x 1.000 = 1.000 miljoen
2. Nationaal inkomen : aantal inwoners = gemiddeld inkomen per inwoner

Vraag: 

a) Hoeveel miljoen is $ 260 miljard?

b) Bereken het gemiddelde inkomen per inwoner?

Antwoord a):  $ 260 miljard = $ 260.000 miljoen

Antwoord b): Het gemiddelde inkomen per inwoner is: $ 260.000 miljoen : 13 miljoen = $ 20.000

B

Bespreken

Rekentrainer § 1

Rekentrainer § 2

KGT

Rekentrainer § 1

Rekentrainer § 2

Bespreken 

Toetsen

Antwoord lesdoel(en)

B

Leren en maken:

Hoofdstuk 8 paragraaf 1 + 2 + 3

Rekentrainer

KT

Leren en maken:

Hoofdstuk 8 paragraaf 1 + 2 + 3

Rekentrainer

Huiswerk

Nabespreking

Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?