1h2 herhaling §3.4

Startopdracht
  • Wat?       1. Lezen: LB/Theorie §3.4
                     2. Maken: samenvatting §3.4 (zie teams)

  • Hoe?       zelfstandig en in stilte.
  • Tijd?       zie timer
  • Klaar?   * Maken achterstallig werk
                   * Leren begrippen H3.
timer
15:00
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Startopdracht
  • Wat?       1. Lezen: LB/Theorie §3.4
                     2. Maken: samenvatting §3.4 (zie teams)

  • Hoe?       zelfstandig en in stilte.
  • Tijd?       zie timer
  • Klaar?   * Maken achterstallig werk
                   * Leren begrippen H3.
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Lesagenda
  1. Herhaling
  2. Begrippen leren
  3. Nakijken
  4. Afsluiting en huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Toerisme is goed voor de economie

Het zorgt voor:
  1. directe werkgelegenheid
  2. indirecte werkgelegenheid

Slide 4 - Tekstslide

Directe werkgelegenheid
  • 'werkgelegenheid die voortkomt uit een bepaalde activiteit'. 
  • → werk waarbij je rechtstreeks contact hebt met toeristen.

Slide 5 - Tekstslide

Indirecte werkgelegenheid
  • 'Extra werkgelegenheid die niet direct ontstaat door een bepaalde activiteit, maar die daaruit voortvloeit'. 
  • → bedrijven die dankzij het toerisme extra werk hebben.

Slide 6 - Tekstslide

Directe werkgelegenheid
Indirecte werkgelegenheid
kamermeisje hotel
bakker
architect die een hotel ontwerpt

Slide 7 - Sleepvraag

Massatoerisme (B220)
4 kenmerken:
  1. Er is een hoogseizoen - een aantal maanden waarin er heel veel toeristen zijn.
  2. Grote internationale bedrijven spelen een hoofdrol.
  3. Mensen regelen vakantie bij grote reisorganisatie
  4. Massatoerisme bepaald de inrichting van een gebied.

Slide 8 - Tekstslide

Informele sector
  • 'Ongeschoold, slecht betaald werk in de dienstensector'.
  • 50% van de bevolking in Gambia is werkloos en veel mensen verdienen daarom wat geld door kleine klusjes te doen, groenten uit eigen tuin te verkopen of sigaretten te verhandelen.

Slide 9 - Tekstslide

ontwikkelingshulp en samenwerking
ontwikkelingshulp
  • rijke landen helpen ontwikkelingslanden
  • sturen van mensen, geld en/of spullen
  • rijke landen bepalen wat er wordt gedaan
ontwikkelingssamenwerking
  • afspraken tussen arme en rijke landen
  • ze werken samen
  • arme landen maken plannen, rijke landen ondersteunen

Slide 10 - Tekstslide

Ontwikkelingssamenwerking vs. ontwikkelingshulp.

  • Hamvraag: wie bepaalt wat de beste oplossingen zijn voor de problemen? 
  • Het land dat geld geeft of het land dat geld ontvangt?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Bekijk het kaartje hiernaast.
Welke landen ontvangen het meeste geld voor ontwikkelingssamenwerking?

Slide 13 - Open vraag

Begrippen
  • Wat?       Leren begrippen H3
                     
  • Hoe?       zelfstandig + in stilte 
  • Tijd?       zie timer
  • Klaar?     Afmaken samenvatting §3.4 (zie teams)
timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
Maken:
- samenvatting §3.4

Leren:
- begrippen §3.1 tot en met §3.4

Slide 15 - Tekstslide