liedje Brabant en voegwoorden

Liedje over een stukje van Nederland
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2KNMSpeciaal OnderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Liedje over een stukje van Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Deze les hoort bij het lied 'Brabant'van Guus Meeuwis,  en gebruikt werkvormen uit het boek Dichter bij de Taal 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je over Brabant?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Guus Meeuwis - Brabant

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luister naar het lied
Welke woorden ken je?
Waar gaat het lied over?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luister naar het lied
Lees de tekst.
Welk woord is goed?

Slide 6 - Tekstslide

gebruik de songtekst van werkblad 2.1 uit het boek Dichter bij de taal. De cursisten onderstrepen het juiste woord

de Peel

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de Kempen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de Meierij

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekenen de woorden?
de muts - de kraag - stug - de kroeg - last hebben van - het heimwee - branden - de aanspraak - zeiken - trots

Slide 10 - Tekstslide

zie werkblad 2.2 uit het boek Dichter bij de taal

laat de cursisten in tweetallen raden wat de woorden betekenen/ de betekenis herleiden uit de tekst. lukt dat niet? dan het woordenboek of google translate
praat samen:
1. Hoe voelt de zanger zich?
verdrietig - boos - blij - bang

2. Waarom voelt hij zich zo?

3. Welke dingen uit Brabant mist de zanger?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is hier ijskoud, maar gelukkig wel droog. 
De mensen zijn stug en er is maar een kroeg.
Dan denk ik aan Brabant, want daar brandt nog licht.

Slide 12 - Tekstslide

kijk naar de dik gedrukte woorden, wat is de functie?

voegwoorden

beginners: onderstreep de voegwoorden in de songtekst


gevorderden: welke voegwoorden ken je nog meer?
schrijf waar dit lied over gaat, gebruik voegwoorden en let op de woordvolgorde
en, maar, want, of, dus
kies het goede voegwoord

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik houd niet van chocola, ...... wel van koek.
A
en
B
of
C
maar
D
want

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ga je op vakantie naar Brabant ......... naar Friesland?
A
of
B
maar
C
en
D
want

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik ga naar de dokter .......... ik heb buikpijn.
A
en
B
maar
C
want
D
dus

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb hoofdpijn ............. ik ga vandaag naar de dokter.
A
dus
B
maar
C
en
D
want

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik ben net verhuisd .............. ik ken mijn buren nog niet zo goed.
A
want
B
dus
C
of
D
en

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De zanger heeft heimwee ......... hij mist zijn vrienden.
A
dus
B
want
C
en
D
maar

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies