Paragraaf 2

§2 Olie-industrie: vloek of zegen?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

§2 Olie-industrie: vloek of zegen?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan doen?
  1. Terugblik / huiswerk
  2. Olie- industrie in de Nigeria
  3. Paragraaf 2 afmaken
Lesdoel:
Je kunt uitleggen: 
  • hoe belangrijk de olie-industrie is.
  • wat de nadelen zijn van de olie-industrie
  • waarom er veel armoede is ondanks olie.
  • wat neokolonialisme is

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kort geschiedenislesje over Nigeria
Voor 1914
Veel verschillende stammen leefde in het gebied wat nu Nigeria is.
1914-1960      G E K O L O N I S E E R D
Heel Nigeria kolonie van Groot-Brittannië; ze overheersten veel verschillende stammen binnen de kolonie.


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kort geschiedenislesje over Nigeria
Vanaf 1960   Onafhankelijk
De grenzen van de Britse kolonie bleven bestaan, en alle bevolkingsgroepen leefden met elkaar in de nieuwe staat.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie is nu de baas is Nigeria?
Officiële naam van Nigeria is ’’De Federale Republiek Nigeria’’.

Om aan de verschillen tegemoet te komen: deelstaten met enige autonomie.
Deelstaat = gebied in een land dat voor een deel autonomie heeft.
Autonomie = zelfbestuur.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noorden:
 - Islam
 - Lagere bevolkingsdichtheid
 - Lager bnp per inwoner

Zuiden:
 - Christelijk
 - Hogere bevolkingsdichtheid
 - Hogere bnp per inwoner
 - Veel werk in de industrie en dienstensector (tertiaire sector)
 - Waardevolle landbouwproducten (cacao)
 - Winning natuurlijke hulpbronnen (aardolie)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neokolonialisme
Neokolonialisme: situatie dat arme landen economisch afhankelijk zijn van rijke landen, ondanks de bevochten politieke onafhankelijkheid

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Olie-industrie
  • 1956: ontdekking van olie in Nigeria
  • Multinationas als Shell en Texaco halen olie uit de grond
  • olie-inkomsten: €124 miljard (2019)
  • 80% van de inkomsten van overheid >  investeren slecht in onderwijs en infrastructuur.  

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spannende handel
'Olie-vangst' verschilt!

  • hoog: door veel te winnen en te exporteren
  • laag: door binnenlandse conflicten of
    door een kleine buitenlandse vraag 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ontstaan
1956 > ontdekking olie in nigerdelta 
grote ontwikkeling olie industie.
multinationals Shell en Texaco halen zo'n 2 miljoen vaten per dag uit de grond.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Olieprijs en inkomsten
  • De overheid is afhankelijk van de olieprijs
  • Als de olieprijs stijgt worden de inkomsten van de    overheid hoger
  • positief: het BNP van Nigeria groeit langzaam, het bedrijfsleven groeit ook.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

80% van de inkomsten van Nigeria komt uit de olie-industrie. Maar...
Nigeria is ook het land waar in 2019 de meeste mensen in extreme armoede leven. Hoe kan dat? 
  • Weinig mensen werkzaam in de olie-industrie. Het meeste geld komt terecht bij een kleine groep. (Overheid, MNO)
  • 45% leeft van 1,60 per dag
  • Veel corruptie 
  • De overheid investeert het geld slecht. Voorbeelden in de landbouw en industrie. 


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Invloed olieprijs

Slide 14 - Tekstslide

Hoge olieprijs:
-> stijgende vraag naar olie in de wereld
als er weinig olie op de wereldmarkt komt
Lage olieprijs:
-> dalende vraag naar olie (bijvoorbeeld tijdens een economische crisis)
-> als er veel olie op de wereldmarkt komt

Invloed olieprijs

  • Hoge olieprijs:      
  • stijgende vraag naar olie in de wereld
  • als er weinig olie op de wereldmarkt komt
  • bij wereldwijde economische groei


  • Lage olieprijs:
  • dalende vraag naar olie (bijvoorbeeld tijdens een economische crisis)
  • als er veel olie op de wereldmarkt komt
  • bij wereldwijde economische crisis





Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

V.S. importeerde minder olie uit Nigeria
  • V.S. jarenlang grootste importeur olie Nigeria


  • Tussen 2010 en 2015 V.S. zelf olie produceren.

  • Gevolg: meer olie op de markt -> lagere olieprijzen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vloek of zegen? 
Schrijf minimaal 3 opvallende zaken op

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

opdracht
Maken alle opdrachten  van paragraaf 2: Olie - industrie: vloek of zegen.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies