In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Licht & Lijn
herhaling en examenvragen
Slide 1 - Tekstslide
Ken je de begrippen nog die bij
het vormgevingsaspect
LICHT horen?
Slide 2 - Tekstslide
Licht
Slide 3 - Tekstslide
Wat is het tegenovergestelde van licht?
Slide 4 - Open vraag
Leg uit waarom licht belangrijk is (in een kunstwerk).
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Kunstenaar Edward Hopper staat bekend om zijn schilderijen met enorm partijen licht. Op dit schilderij zie je
A
kunstlicht
B
meelicht
C
strijklicht
D
lichtig licht
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Van Gogh schilderde met de Aardappeleters in 1885 deze schaars verlichte ruimte. Het licht is......
A
B
C
Natuurlijk licht
D
Kunst licht
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Leg uit waarom de foto links een licht-donker contrast heeft en waarom het schilderij rechts dit ook heeft maar het nu een andere naam heeft. Hoe heet dit?
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Sleep de begrippen naar de afbeelding die van toepassing zijn:
meelicht
kunstlicht
strijklicht
tegenlicht
slagschaduw
clair obscur
Slide 13 - Sleepvraag
Slide 14 - Tekstslide
Op het schilderij is het zomer.
Noem twee voorstellingsaspecten waaraan je ziet dat het zomer is.
Slide 15 - Open vraag
Leg aan de hand van een vormgevingsaspect uit waaraan je ziet dat het zomer is.
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Het schilderij heeft een geheimzinnige sfeer.
Leg de geheimzinnige sfeer uit aan de hand van het vormgevingsaspectlicht
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Caravaggio heeft het onderwerp op dit schilderij extra dramatisch gemaakt.
Leg aan de hand van het vormgevingsaspectlicht uit hoe hij drama heeft weergegeven.
Slide 20 - Open vraag
Leg aan de hand van twee voorstellingsaspecten uit waarom het schilderij dramatisch is.
Slide 21 - Open vraag
Nu een examenvraag
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Deze foto van de Amsterdamse fotograaf Erwin Olaf is geësceneerd. Leg uit waar aan je dat zien aan de hand van tweevoorstellingsaspecten.
Slide 24 - Open vraag
Deze foto van de Amsterdamse fotograaf Erwin Olaf is geësceneerd. Leg uit waar aan je dat zien aan de hand van tweevormgevingsaspecten.
Slide 25 - Open vraag
Lijn
Slide 26 - Tekstslide
De categorie 'lijn'kent maar een paar begrippen:
contour
lijndikte
lijnrichting
lijnsoort
lijnwerking
lineair
Slide 27 - Tekstslide
Lijn
Alle begrippen komen er op neer dat er lijnen in een kunstwerk te zien zijn, soms kun je de lijnen er zelf in zien (lijnwerking) omdat je oog ergens heen wordt gebrachten, soms zijn er simpelweg heel veel lijnen te zien (lineair).
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Kunstenaar Egon Schiele gebruikt veel lijnen. Leg uit welk effect de lijnen hebben.
Slide 30 - Open vraag
Slide 31 - Tekstslide
De lijn die je ziet het een ......
Slide 32 - Open vraag
Slide 33 - Tekstslide
In dit gebouw zijn veel lijnen te zien. Welk woord van de categorie lijn past hierbij?
Slide 34 - Open vraag
Een paar examenvragen..
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Het suggereren van plasticiteit in een schilderij is anders dan in een ets.
--> Beschrijf hoe Rembrandt plasticiteit suggereert in deze ets.
Slide 37 - Open vraag
Slide 38 - Tekstslide
Hofman heeft de behaarde huid van de beer gestileerd
verbeeld.
-> Leg uit op welke manier hij de behaarde huid heeft gestileerd.
Slide 39 - Open vraag
Einde. Dank voor het maken!
Na deze les weet je alles over de categoriën Licht en Lijn. Vorige keer was Vorm. Nog te herhalen: ordening, ruimte en kleur