KT 2.4 KT Pyramides en mummies

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

2.4 Piramides en Mummies

blz. 24-27 Leerboek

Blz. 29-31 werkboek

werkboekcontrole!

Hoe ver is iedereen? 

Leerdoel 2.4

• Jij kunt vertellen hoe en waarom mummies en piramides zijn ontstaan en hoe deze werden gemaakt

mummies

Farao is de zoon van de goden

na zijn dood naar het godenrijk (hemel)

heeft dan zijn lichaam nodig

hoe maak je een mummie?

haal de hersenen en organen er uit (bewaren in potten)

schedel vullen met hars, droog zijn lichaam in zout

wikkel het lichaam in linnen doeken 

leg het lichaam in een sarcofaag (doodskist)

Aan de slag 2.4

Maak vraag 3 blz. 39 

piramides

Piramides

- graf van de farao

- hoe groter hoe belangrijker je was

- bouw begon al tijdens het leven

- bouw Piramide van Cheops: 23 jaar

bouw Piramide van Cheops

- speciaal kanaal voor de stenen van 2000 kilo

- 30.000 mensen werkten mee

- meewerken was een eer en je werd goed verzorgd

- bouwen tijdens het natte seizoen, veel boeren

ook: koks, schrijvers, bakkers, gereedschapmakers....

wat hoorde NIET bij het maken van een mummie?

1. hersens er uit halen
2. lichaam in zout leggen
3. organen in potten stoppen
4. lichaam beschilderen

waarom werd er een mummie van een farao gemaakt

1. dan konden ze hem ten toon stellen
2. hij had zijn lichaam nodig in het dodenrijk
3. Hij was niet echt door
4. anders ging hij stinken

wat was een piramide?

1. een paleis
2. een ziekenhuis
3. een schatkamer
4. een graf

waarom werkten mensen aan een piramide?

1. het was een eer
2. anders werden ze gedood
3. iedereen die meewerkte was slaaf
4. zodat je er zelf ook begraven kon worden

hoelang duur de bouw van de piramide van Cheops?

1. 3 jaar
2. 13 jaar
3. 23 jaar
4. 30 jaar

hoe zwaar waren de stenen?

1. 2 kilo
2. 20 kilo
3. 200 kilo
4. 2000 kilo

Aan het werk 2.4

maken vragen 1 t/m 8 van 2.4 blz. 29+31

Terugkoppeling Leerdoel 2.4

• Jij kunt vertellen hoe en waarom mummies en piramides zijn ontstaan en hoe deze werden gemaakt

Nakijken 2.4