4.1 must /have to /should 2hc 4-3

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Look at the wordlist of chapter 4.1 Come up with an odd-one out question.

Slide 6 - Open vraag

Write a sentence with the word opportunity
Use at least 8 words.
The meaning should become clear from your sentence.
timer
1:00

Slide 7 - Open vraag

must
have to
should

Slide 8 - Woordweb

om aan te geven dat iemand anders vindt dat iets moet.
advies of een suggestie geven. 
verplichtend!

should

must

have to

Slide 9 - Sleepvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

The teacher told us that you ____ be in class at 8:30!

Slide 13 - Open vraag

That's not very polite, you ___ (not) say that!
(antwoord helemaal uitschrijven!)

Slide 14 - Open vraag

Father: "Listen! You and your sister ___ be home before 10 PM!

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link