04 - v3 - ch5 - D (grammaire) het delend lidwoord

bonjour v3 - comment ça va?
prenez
-> vos livres
-> vos cahiers
-> vos trousses / stylos
aujourd'hui on est le vendredi 5 avril 2024
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

bonjour v3 - comment ça va?
prenez
-> vos livres
-> vos cahiers
-> vos trousses / stylos
aujourd'hui on est le vendredi 5 avril 2024

Slide 1 - Tekstslide

qu'est-ce qu'on va faire?
  • terugblik - check huiswerk 
  • bron D grammaire het delend lidwoord
  • faire les exercices

Slide 2 - Tekstslide

terugblik

Slide 3 - Tekstslide

H. la fin des haricots
A. avoir la patate
B. les carottes sont cuites
C. la cerise sur le gateau
D. trop chou
E. raconter des salades
F. rouge comme une tomate
G. tomber dans les pommes
I. avoir un faim de loup
5. het bittere eind
3. onzin uitkramen
4. flauwvallen
2. er goed uitzien
6. te schattig
7. de rapen zijn klaar
8. de kers op de taart
1. zo rood als een kreeft
9. berenhonger hebben

Slide 4 - Sleepvraag

check huiswerk
  • Leren voca AB f-n n-f van chapitre 5
  • Maken: exercices 8, 9,ab, 10ab, 11ab (pages 16-19)

                        vous avez des questions?

Slide 5 - Tekstslide

het delend lidwoord - page 22
als je in het Nederlands GEEN lidwoord gebruikt, komt er in het Frans WEL iets: het delend lidwoord: du, de la, de l' en des




na een woord van hoeveelheid gebruik je de of d'

Slide 6 - Tekstslide

  1. je ziet les légumes -> des
  2. je ziet la soupe de légumes -> de la
  3. je ziet le fromage -> du ✅

Slide 7 - Tekstslide

  • le chocolat -> du
  • la viande -> de la
wat zie je in 4 ?->
wat zie je in 5? -> 

Slide 8 - Tekstslide

fais les exercices 15cde - p23
timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

het delend lidwoord na
aimer, adorer, préférer en détester
na de werkwoorden aimer, adorer, préférer en détester komt altijd het lidwoord le, la, l' of les als er een zelfstandig naamwoord volgt

Slide 10 - Tekstslide

DEVOIRS (huiswerk)
Chapitre 5 - bron D - grammaire
'het delend lidwoord'

faire exercices 15bcde, 16bc, 17, 18 (pages 22->25)

apprendre 'het delend lidwoord' page 43

revoir vocabulaire AB

Slide 11 - Tekstslide

leerdoel gehaald?

-> kun je het lidwoord gebruiken? 
-> weet je dat je na werkwoorden als aimer een lidwoord gebruikt?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide