In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 7
Nederland & het Buitenland
7.1 Nederland handelsland
7.2 Kunnen wij vrij handelen?
7.3 Nederland en de EU
7.4 De wereld wordt kleiner
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
7.2
Aan het einde van deze les weet je...
Je kunt uitleggen hoe landen voordeel hebben van handel met andere landen.
Je kunt vijf maatregelen noemen waarmee landen hun eigen economie kunnen beschermen.
Je weet wat vrijhandel betekent.
Je kunt uitleggen wat de rol van de WTO is in de internationale handel.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
leerdoel 1
Je kunt uitleggen hoe landen voordeel hebben van handel met andere landen.
Slide 4 - Tekstslide
Internationaal
Internationale handel is de handel tussen landen.
Internationale arbeidsverdeling
Ieder land doet waar het beter, goedkoper, sneller is.
Sterke concurrentiepositie
Nederland is onderdeel van de EU
Slide 5 - Tekstslide
leerdoel 2
Je kunt vijf maatregelen noemen waarmee landen hun eigen economie kunnen beschermen.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Protectie = bescherming
Nederland is onderdeel van de Europese unie (EU)
De EU probeert de eigen economie en werkgelegenheid te beschermen = (protectie) -> Met een duur woord PROTECTIONISME
Dit doen ze met protectiemaatregelen:
Invoerrechten
Contingentering (importquota)
Invoerverbod
Exportsubsidies
Exportverbod
De importeur (bedrijf uit het buitenland) moet extra betalen om het product in Nederland in te voeren.
Door invoerrechten wordt het product uit het buitenland duurder.
(een maximum stellen aan het aantal producten dat mag worden ingevoerd)
Het product mag niet worden ingevoerd.
Soms is dit het geval om werkgelegenheid te beschermen en soms is dit het geval, omdat het product uit het buitenland niet veilig genoeg is.
Exportsubsidies zijn subsidies op export producten.
Hierdoor kan de prijs omlaag en worden export producten dus goedkoper t.o.v. de producten in het buitenland. De concurrentiepositie verbeterd.
Bepaalde producten of alle producten/diensten uit een bepaald land mogen niet worden ingevoerd. Een reden hiervoor kan zijn; het land is in een oorlog verwikkeld en of er heersen ziektes die wij hier in de EU en dus in NL niet willen hebben.
Slide 8 - Tekstslide
Invoerrechten zijnbelastingen op importproducten vanbuiten de EU.
Invoerrechten
Bijvoorbeeld:
€140 + 10% =
Slide 9 - Tekstslide
2. Importquota
Een maximum stellen aan het aantal producten dat mag worden ingevoerd.
Een voorbeeld van een importquota is dat er bijvoorbeeld maar 50.000 Volkwagens auto's in VS mogen worden geïmporteerd.
Slide 10 - Tekstslide
leerdoel 3
Je weet wat vrijhandel betekent.
Slide 11 - Tekstslide
Vrijhandel
Bij vrijhandel kunnen landen zonder belemmeringen met elkaar handelen.
Binnen de Europese Unie is er vrijhandel.
Vrijhandel is het tegenovergestelde van Protectionisme
Slide 12 - Tekstslide
Vrijhandel - Hoe is dat geregeld?
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
leerdoel 4
Je kunt uitleggen wat de rol van de WTO is in de internationale handel.
Slide 15 - Tekstslide
Vrijhandel wereldwijd
WTO = World Trade Organization
= Wereld Handelsorganisatie.
Doel WTO: handel tussen landen vrijer en eerlijker laten verlopen.
Afspraken maken binnen WTO moeilijk, want:
160 van de 196 landen in de wereld lid van WTO,
afschaffen protectiemaatregelen soms nadelig voor landen.
Slide 16 - Tekstslide
WTO - Wereldhandelsorganisatie
Stimuleert de wereldhandel.
Internationaal grensverkeer versoepelen.
Slide 17 - Tekstslide
WTO
Er zijn nu 159 landen bij de WTO aangesloten. De WTO vertegenwoordigt meer dan 97% van alle handel in de wereld.
Eén van de belangrijkste taken van de WTO is het oplossen van dergelijke handelsconflicten.