In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Nederland in 1848
Slide 1 - Tekstslide
Inhoud
Nakijken
H3, par 6
Herhaling
Uitleg
Opdrachten
Slide 2 - Tekstslide
Herhaling
Patriotten in Nederland
Kritiek regenten en Willem V
Mislukte opstand
Bataafse revolutie
Bataafse Republiek
Franse tijd
Slide 3 - Tekstslide
Einde Franse revolutie
1815: einde revoluties en ideeën
Na Napoleon werd overlegd over de toekomst van Europa.
Ze wilden terug naar de tijd van koningen en edelen.
Willem I werd de eerste Nederlandse koning van de Nederlanden.
Slide 4 - Tekstslide
Nieuwe Nederlanden
Nederland, België en Luxemburg werden één land - bufferstaat
In 1830 kwamen de Belgen in opstand tegen de Nederlandse overheersing.
Slide 5 - Tekstslide
Achterstand
Nederland in 1815:
Veel armoede en honger. De laagste klassen moesten liefdadigheid krijgen (kerken niet van de overheid). Economisch liep Nederland achter, er waren geef fabrieken.
Willem I liet kanalen aanleggen, spoorwegen en fabrieken bouwen. In 1839 reed de eerste stoomtrein.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Onrust en problemen
Veel kritiek op Willem I.
Hij benoemde en ontsloeg ministers wanneer hij wilde.
Besloot wetten geheel zelf.
Overleg met de Eerste Kamer en Tweede Kamer was er meestal niet.
De Kamers werden door de koning benoemd, niet door het volk.
Slide 8 - Tekstslide
Liberalen
Er was geen democratie en dat moest veranderen vonden de liberalen. Zij geloofden in de denkbeelden van de Franse Revolutie: vrijheid.
Willem II wilde niets weten van inspraak in het bestuur.
Slide 9 - Tekstslide
1848
In 1848 ontstonden vele revoluties in Europa. Om in Nederland geen revolutie te krijgen gaf Willem II de liberaal Thorbecke de opdracht een nieuwe grondwet te maken.
In deze nieuwe grondwet werden ministers verantwoordelijk voor het bestuur. Ook kregen rijke mannen stemrecht.