Les 7 Kleding Linnengoed en schoeisel

• Wonen en Huishouden
• MBO
• Studiejaar 1

Kleding, Linnengoed en Schoeisel

Kleding heeft verschillende functies. Kleding draag je niet alleen om er leuk uit te zien. Noem een andere.

Waar let je op wanneer je kleding koopt?

Stel je gaat werkkleding kopen voor een cliënt die als dagbesteding in de moestuin werkt.
Welke twee punten vind jij dan belangrijk?

Textielsoorten

Natuurlijke vezels, 

Natuurlijke grondstof en natuurlijke bewerking

Half-synthetisch , 

Natuurlijke grondstof en chemische bewerking

Synthetische, 

Chemische grondstof (onderdeel van aardolie), chemische bewerking

Mengvezel,

Om de eigenschappen van de stof te versterken

Natuurlijke vezels

Dierlijke grondstof;

Wol, Zijde, Mohair, Leer, Bont,

Plantaardige grondstof;

Katoen, Linnen, Hennep, Bamboe, Jute

Half synthetische vezels

(tri) acetaat,  - voeringstof = glimmend, glad

Viscose (Rayon) = kunstzijde

Cupro

Lyocell

Modal

Mengvezels

Wol met polyester

Katoen met Elastan

Viscose met Zijde

Synthetische Vezels

• Polyamide / Nylon,
• Acryl / Polyacryl / Dralon = kunstwol
• Fleece
• Polyester
• Lycra / Elastan = elastische vezel
• Sympatex = sportkleding

poly

Welke natuurlijke vezels hebben de genoemde eigenschap?
Kreukt weinig of niet:

1. Zijde / Wol
2. Linnen
3. Katoen
4. Acetaat / Viscose

Voelt koel aan/is koel in het dragen:

1. Wol / Zijde
2. Polyester
3. Katoen / Linnen
4. Fleece

Kan krimpen in de was:

1. Stof van dierlijke vezels
2. Stof van plantaardige vezels
3. Stof van half synthetische vezels
4. Stof van synthetische vezels

Het wasproces

Wat maakt dat de was schoon wordt?

Het opslaan en sorteren

• Vuile natte was drogen voordat je het opslaat
• Besmet was goed verzamelen in plastic zak en direct behandelen.
• Sorteren op kleur, materiaal en temperatuur.
• Haal vooraf de zakken leeg, sluit ritsen, kleding binnenste buiten wassen
• Kijk op wasetiket 

Wassen

Milieubewust wassen

• Zoveel mogelijk op lage temperatuur.
• machine reinigen 
• volle trommel

Wasprogramma's

• Witte / Bonte was  = katoenen was
• Kreukherstellende was  = mengvezels met katoen of minder strijkwerk
• Fijne was = alle (half) synthetische was
• Wolwas = alle wol 
• Handwas

De handwas

• Alle kleding die niet in de machine gewassen mag worden

       Kwetsbare vezels, zoals; Wollen en Elastische vezels 

•  Nieuwe kleding  

        Gekleurd, Om te zien of ze kleur afgeven

• Kleding die snel weer nodig zijn,

       b.v. Sportkleding, o.i.d.

Een groen badlaken gaat in de

1. Witte was
2. Bonte was
3. Fijne was
4. Kreukherstellende was

Een rood t-shirt van viscose gaat in de

1. Witte was
2. Bonte was
3. Fijne was
4. Wolwas

Keukengoed met de kleur rood, groen en wit gaat in de

1. Witte was
2. Bonte was
3. Fijne was
4. Kreukherstellende was

Wasmiddelen

Voorwasmiddel

Wit wasmiddel 

Bont wasmiddel

Fijn wasmiddel

Wolwasmiddel

Drogen

Waslijn buiten (voorkeur)

Waslijn binnen

Wasdroger 

Let op ; Ventileer goed bij drogen.

Waar let je op wanneer je schoenen koopt?

Schoeisel

• Passend schoeisel = pasvorm, veilig en comfortabel, ventilerend
• Materiaal  = Leer, Kunststof, Stof

Welk wasmiddel is geschikt voor de volgende soorten textiel?
Zijden gekleurde blouse

1. inweekmiddel
2. fijnwasmiddel
3. wolwasmiddel
4. bontwasmiddel

Witte vitrage:
Witte vitrage:

1. Wit wasmiddel
2. Bont wasmiddel
3. Fijn wasmiddel
4. Wolwasmiddel

Welk wasmiddel is geschikt voor de volgende soort textiel?
Elastische spijkerbroek

1. Wit wasmiddel
2. Bontwasmiddel
3. Fijn wasmiddel
4. Wolwasmiddel

Noem 2 .nadelen van een wasdroger

Huiswerk

Boek:  Leefomgeving

Maak de verwerkingsvragen van Thema 2, Hoofdstuk 6

Maak Praktijksituatie

Gijs helpt Francien op weg met de zorg voor de kleding