In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Quiz.
Wat weet jij na een jaar Duits nu (nog niet:)
over Duitsland?
Slide 4 - Tekstslide
Hoeveel buurlanden heeft Duitsland?
A
4
B
5
C
11
D
9
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de hoofdstad van Duitsland?
A
Köln
B
Hamburg
C
Berlin
D
München
Slide 6 - Quizvraag
Het Fliegerlied: maak het geluidsfragment af
A
Und ich schwimm, schwimm, schwimm
B
Und ich spring, spring, spring
C
Und ich nimm, nimm, nimm dich bei der Hand
D
Und ich lach
Slide 7 - Quizvraag
Hoe heet de snelweg in het Duits?
A
Autobahn
B
Schnellweg
C
Fahrbahn
Slide 8 - Quizvraag
Wie sagt man das auf Deutsch? Combineer de juiste betekenissen met elkaar.
Hallo!
Guten Morgen!
Tschüss!
Auf Wiedersehen!
Gute Nacht!
Hallo!
Tot ziens!
Doei!
Goedemorgen!
Welterusten!
Slide 9 - Sleepvraag
Hoe noem je deze letter?
A
gewoon: B
B
gewoon: S
C
apenstaartje
D
Ringel - s
Slide 10 - Quizvraag
ZWART
ROOD
GEEL (GOUD)
Sleep de juiste vlagkleur naar de juiste plek:
BOVENAAN=
MIDDEN=
ONDERAAN=
Slide 11 - Sleepvraag
Wat zijn de eerste woorden van het gezongen Duitse volkslied?
A
Deutschland, Deutschland über alles
B
Einigkeit und Recht und Freiheit
C
Alle Menschen werden Brüder
D
Blühe, deutsches Vaterland
Slide 12 - Quizvraag
Welk automerk is NIET Duits?
A
Mercedes
B
Trabant
C
Porsche
D
Fiat
Slide 13 - Quizvraag
Hoe heet dit bekende gerecht?
A
Currywurst
B
Bratwurst
C
Weißwurst
D
Sauerkraut
Slide 14 - Quizvraag
Hoe hard mag je in Duitsland rijden als er geen snelheidsborden langs de weg staan?
A
120 km/u
B
130 km/u
C
200 km/u
D
zo hard als je wilt
Slide 15 - Quizvraag
Welche Flagge gehört zu welchem Land? Verbind de landen met de juiste vlag!
Deutschland
Die Schweiz
Österreich
Slide 16 - Sleepvraag
Okterberfest is ………..
A
een Koninginnedag in heel Duitsland
B
een groot volksfeest in München.
C
carnavalsoptocht in Keulen
D
een schoolfeest
Slide 17 - Quizvraag
stopwatch
00:00
Welke 3 winkelketens zijn van oorsprong Duits?
(Sleep je antwoorden hierheen)
Slide 18 - Sleepvraag
Welke rivier is de langste rivier van Duitsland?
A
Donau
B
Weser
C
Rhein
D
Waal
Slide 19 - Quizvraag
Duits is de meest gesproken taal in Europa. Dat mensen in Zwitserland en Oostenrijk Duits praten, weet iedereen. Maar waar wordt het nog meer als moedertaal gesproken?
A
In Italië, België en Luxemburg
B
In Denemarken,
Liechtenstein en
Italië
C
In Zweden, Spanje en Luxemburg
Slide 20 - Quizvraag
Als je heel verbaasd bent, waar hoor je het dan donderen (spreekwoord)?
A
Köln
B
Düsseldorf
C
Hamburg
D
München
Slide 21 - Quizvraag
Wat is het hoogste cijfer dat je in Duitsland op school kunt halen?
A
6
B
1
C
10
Slide 22 - Quizvraag
Een Duitse jongere spreekt zijn eigen oma aan met …
A
du (jij)
B
Sie (u)
Slide 23 - Quizvraag
Als jarige in Duitsland word je
A
niet gefeliciteerd
B
als enige gefeliciteerd
C
samen met je ouders gefeliciteerd
D
samen met de hele familie gefeliciteerd
Slide 24 - Quizvraag
Wat krijg je als je in Duitsland een Frikadelle bestelt?
A
een braadworst met saus
B
een soort gehaktbal
C
een broodje kroket
D
een frikandel met mayo curry en uitjes
Slide 25 - Quizvraag
Wat is de Nederlandse betekenis van: nett?
stopwatch
00:00
Slide 26 - Open vraag
Een leerling zegt dat hij het vak "Physik" heel leuk vind. Welk vak is dit?
A
aardrijkskunde
B
natuurkunde
C
scheikunde
D
biologie
Slide 27 - Quizvraag
Slide 28 - Video
Op welke leeftijd wordt er in Duitsland bepaald op welk niveau je komt?
A
als je 10 bent
B
als je 6 bent
C
als je 12 bent
D
als je 14 bent
Slide 29 - Quizvraag
Wie heißt diese Kirschtorte?
A
Aachener Kirschtorte
B
Berliner Kirschtorte
C
Schwarzwälder Kirschtorte
D
Frankfurter Kirschtorte
Slide 30 - Quizvraag
Wer ist kein Einwohner von Deutschland?
A
Frankfurter
B
Berliner
C
Hamburger
D
Schnitzel
Slide 31 - Quizvraag
Welches Lied hörst du?
A
Leuchtturm- Nena
B
99 Luftballons- Nena
C
Liebe ist- Nena
D
Atemlos durch die Nacht- Helene Fischer
Slide 32 - Quizvraag
Welche Marke kommt nicht aus Deutschland?
A
Dr. Oetker
B
Lipton
C
Haribo
D
Lidl
Slide 33 - Quizvraag
Welche Marke ist Deutsch?
A
Dove
B
L'Oreal
C
Nivea
D
Rituals
Slide 34 - Quizvraag
Welche Marken sind Deutsch?
A
Adidas
B
Hugo Boss
C
Puma
D
Nike
Slide 35 - Quizvraag
Wie viele Einwohner hat Deutschland im Jahr 2023?
A
80 Millionen
B
81 Millionen
C
82 Millionen
D
Mehr als 82 Millionen
Slide 36 - Quizvraag
Deutschland ist
A
Dreimal größer als die Niederlande.
B
Sechsmal größer als die Niederlande
C
Neun mal größer als die Niederlande.
D
Viermal größer als die Niederlande
Slide 37 - Quizvraag
Wat is de telefooncode van Duitsland?
A
+33
B
+42
C
+49
D
+52
Slide 38 - Quizvraag
Welke supermarktketen vind je niet in Duitsland? Duitsland?