In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
https:
Slide 6 - Link
Benoem de drie voorwaarden voor een verbrandingsreactie
Slide 7 - Open vraag
Een sigaret kun je niet gebruiken om benzine aan te steken. Aan welke verbrandingsvoorwaarde wordt er niet voldaan?
timer
0:20
A
Brandstof
B
Zuurstof
C
Ontbrandings-temperatuur
D
Geen van allen
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Als je spiritus laat ontbranden, welk deel van de spiritus brand?
A
De vloeistof
B
De damp boven de vloeistof
C
Allebei
Slide 11 - Quizvraag
Het is de damp boven stoffen die kunnen ontbranden. Leg uit hoé je hout kunt laten branden.
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Video
Een explosie is feitelijk een héle snelle verbrandingsreactie. Leg uit waarom dat zo is.
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Tekstslide
Wat is géén verbrandingsverschijnsel?
A
Vlam
B
Licht
C
Rook
D
Vonken
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Het reactieproduct van een verbrandingsreacties is altijd (....)oxide
A
Waar
B
Niet Waar
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Wanneer zuurstof als zuivere stof reageert, dan moet je als symbool altijd opschrijven:
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quizvraag
Leg uit waarom je zuurstof in een reactievergelijking altijd moet opschrijven als
Slide 22 - Open vraag
Roesten van metalen is feitelijk een hele langzame verbrandingsreactie. Geef de reactievergelijking van de verbranding van alumininium waarbij aluminiumoxide (Al2O3) ontstaat en maak deze kloppend.