De ogen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

hoe worden je ogen beschermd?

1: wenkbrauwen/oogleden/wimpers

2: traanklier

3: oogkassen

hoe werken je ogen

harde oogvlies: buitenste laag, hoornvlies ad voorkant = licht

vaatvlies: middelste vlies=veel bloedvaatjes voor de stoffen en aan de voorkant zit de iris.

netvlies: binneste vlies= lichtzintuig (staafjes/kegeltjes)

route van het licht:

hoorvlies-->pupil-->lens--> glasachtig lichaam-->netvlies.

gele vlek:alleen kegeltjes

blinde vlek: oogzenuwen=geen staafjes en kegeltjes=niet zien

hoe stel je je ogen scherp?

accomoderen: platter of boller maken van je lens.

accomodatiespier: kringspier om de lens.

lensbandjes: tussen lens en accomodatiespier.

bol= dichtbij zien    plat =veraf zien

Wanneer heb je een bril nodig?

1: de oogbol is te kort

verziend

2: de oogbol is te lang

bijziend

waardoor wordt je pupil groter en kleiner?

weinig licht: lengtespiertjes = pupil groter

veel licht: kringspiertjes = pupil kleiner

hoe hoor je?

oorschelp

 gehoorgasng 

trommelvlies

gehoorbeentjes

middenoor

trommelholte

slakkenhuis 

gehoorzenuw

vervolg oor

Buis van Eustachius:

trommelvlies moet trillen. Dit gebeurd door luchtdruk. Gehoorbeschadeging:

trilharen werken door overbelasting minder goed. Daardoor minder impulsen.

 je oor is belangrijk voor je evenwicht

evenwichtsorgaan:

in elke oor 1. gevoelig bewegingen en snelheid hoofd

Inhoud:

3 halve circkelvormige kanalen

zintuigcellen met haren

opdracht 1:

maken vragen 1 t/m 25 van je werkboek

________________________________

opdracht 2:

maken 'test jezelf'

opdracht 3:

stopmotionfilm van het oog of oor