27/5 BSR 1aha - Thema D - Interview voorbereiden

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Log alvast in op LessonUp!

Open je boek alvast op blz. 193.

§8 Een interview uitwerken

Eindopdracht voorbereiden

Voordat we beginnen:

1BKGT

HELDEN

THEMA D

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag

P L A N N I N G

Thema D - Helden

1. Herhalingsvragen.

2. Wie ga jij interviewen en waarover?

3. Uitleg: een interview uitwerken.

4. (Open) vragen voorbereiden.

5. Aan het werk

6. Afsluiten

• Aan het einde van deze les weet ik hoe ik een interview moet voorbereiden en uitwerken
  tot een artikel (inleiding, middenstuk, slot).
  
• Aan het einde van de les heb ik acht (of meer) vragen voorbereid en een
  inleiding geschreven.

Lesdoelen

Er volgen nu wat herhalingsvragen

Wat zet je in de inleiding van je interview?

Wat zet je in het middenstuk van je interview?

Wat zet je in het slot van een interview?

Wie zou je kunnen interviewen?

Het onderwerp van thema D is helden. 

Je gaat iemand interviewen die voor jou een soort held is.

Je kunt denken aan:

• Een familielid;
• Een vriend(in);
• Iemand van school;
• Iemand van jouw (sport)club;
• Een persoon die een interessant beroep heeft
• Iemand uit jouw dorp/stad
• een beroemd persoon

Wie ga jij interviewen? En waarover ga je diegene interviewen?

Met welke woorden beginnen de open vragen vaak?

Laten wij beginnen!

Voorbereiden

Opdracht	Klaar?
Je weet nu wie je gaat interviewen en waarover. Tijd om het interview voor te bereiden. Noteer de vragen die je wilt stellen. Zorg ervoor dat je genoeg open vragen noteert en dat je niet alleen naar feiten vraagt, maar ook naar meningen en gevoelens (gebruik → § 3, 4 en 5 voor hulp). Na 10 minuten bespreken we de opdrachten.	Check of je bij iedere vraag een mogelijke 'doorvraag' hebt bedacht. Denk daarna alvast na over wat jij in je inleiding gaat vertellen.

Interview uitwerken

Als je een interview uitwerkt tot een artikel, begin je met een inleiding. Daarin vertel je bijvoorbeeld wie je hebt geïnterviewd en waarom.

In het middenstuk komen de vragen met daaronder de antwoorden van de geïnterviewde. Als je ergens hebt doorgevraagd, vat je het antwoord op de hoofdvraag en de doorvraagvragen samen tot één antwoord.

 

Je kunt in het slot vertellen wat je van het interview vond, bijvoorbeeld dat je het heel leuk vond om deze persoon te interviewen, of wat je ervan hebt geleerd.

Interview uitwerken

Als je het interview hebt opgenomen, kun je beter niet precies uittypen wat de geïnterviewde heeft gezegd. Mensen die praten, gebruiken vaak spreektaal: ze maken hun zinnen bijvoorbeeld niet af, of gebruiken vaak woordjes die niet zoveel betekenen, zoals 'ehhhh' of 'nou, kijk.'

Als je een interview uitwerkt, moet je spreektaal omzetten in schrijftaal:

• Vat lange antwoorden samen. 
• Maak korte zinnen die beginnen met een hoofdletter en eindigen met een leesteken. 
• Gebruik geen woordjes die niets betekenen, zoals 'uh' of 'zeg maar'.

De opmaak

• Gebruik een witregel tussen inleiding, middenstuk en slot én na de antwoorden in het middenstuk.
• Zorg ervoor dat de vragen er anders uitzien dan de antwoorden, bijvoorbeeld door de vraag vet of cursief te maken of hem te onderstrepen.
  
• Plaats boven vragen die bij elkaar horen eventueel een tussenkopje.
  
• Plaats eventueel een foto van de geïnterviewde bij de tekst.
  
• Noteer ten slotte een passende titel boven de tekst. Je kunt deze zelf bedenken, maar je kunt ook een geschikt citaat uit het interview gebruiken.

titel

inleiding

middenstuk

Inleiding laten lezen, komen vragen over.

Wordt in de inleiding duidelijk wie is geïnterviewd?

Ja

Nee

Wordt in de inleiding duidelijk waar het interview over gaat?

Ja

Nee

Wordt in de inleiding duidelijk wat de aanleiding (reden) van het interview is?

Ja

Nee

3 interviews

Bekijk en bespreek de drie interviews

- Zoek de betekenis van moeilijke woorden op in de interviews en noteer deze.

- Heeft het interview een (goede) titel?

- Staat in de inleiding wie is geïnterviewd, waarover en waarom?

- Hoe veel vragen worden er gesteld?

- Zijn het vooral open of gesloten vragen?

- Zijn er bij de gesloten vragen ook doorvragen gesteld?
- Verschillen de vragen qua uiterlijk ook van de antwoorden?

- Welk interview vind je er het mooist uitzien?

- Wat ga jij (van deze 3 interviews) meenemen naar je eigen uitwerking?

Voorbereiden

Inleiding, vragen en antwoorden, indeling.

Inleiding:

(T) De tekst bevat een inleiding (van tenminste drie zinnen).

(T) In de inleiding wordt verteld wie is geïnterviewd.

(T) In de inleiding wordt verteld waar het interview over gaat. 

.(T) In de inleiding wordt verteld waarom deze persoon is geïnterviewd (aanleiding).

Zet je vragen met modelantwoord alvast in je interviewopzet (Canva, Powerpoint of een ander programma). Pas toe wat je in de drie interviews hebt gezien. Donderdag gaan we verder met onze eigen interviews.

Het interview afnemen

Neem het interview af:

• Zet, als dat mag, je telefoon aan om het interview op te nemen.
  
• Gebruik beleefde taal.
  
• Zeg eerst dat je het fijn vindt dat je de ander
  mag interviewen en leg uit waarom je je gesprekspartner een held vindt.
  
• Stel je vragen. Probeer zo veel mogelijk door te vragen.
  
• Bedank voor het interview als je al je vragen
  hebt gesteld.
  
• Vraag of je een foto mag maken om bij het interview te plaatsen.

• Aan het einde van deze les weet ik hoe ik een interview moet voorbereiden en uitwerken
  
• tot een artikel (inleiding, middenstuk, slot).
• Aan het einde van de les heb ik acht (of meer) vragen voorbereid en een
  inleiding geschreven.

Lesdoelen