Zijn vaak klein omdat ze geen vaten hebben om water en voedingsstoffen te vervoeren.
- Varens en paardenstaarten (vaatplanten & sporenplanten)
- Meercellig
- Hebben wortels, stengels en bladeren.
- Hebben geen bloemen
- sporen
- Zaadplanten (vaatplanten)
- Meercellig
- Hebben wortels, stengels, bladeren en bloemen.
-
- Zaden
Slide 7 - Tekstslide
bouw
Cellen van schimmels:
- celkern - celwand -geen bladgroenkorrels
- eencellig of meercellign(schimmeldraden)
Gisten Paddenstoelen Schimmeldraden
Slide 8 - Tekstslide
Verschillende schimmels
- Eencellig of meercellig (uit schimmeldraden)
Gisten Paddenstoelen Schimmeldraden
Slide 9 - Tekstslide
Voortplanting schimmels
- Celdeling (uit knopen) bij gistcellen
uit deze knop ontstaat een nieuwe gistcel
Slide 10 - Tekstslide
Voortplanting schimmels
- Celdeling met sporen.
Slide 11 - Tekstslide
Biotechnologie
Schimmels (en bacteriën) worden ook gebruikt voor het maken van voedsel. Zoals brood, wijn en kaas. Maar ook voor het maken van medicijnen, zoals antibiotica.
Slide 12 - Tekstslide
"Slechte" schimmels
Sommige schimmels kunnen helaas wel ziekten veroorzaken (infectie).
Slide 13 - Tekstslide
Zelfstandig werken
- Werk aan de opdrachten van 3.5
Slide 14 - Tekstslide
Aan het einde van de les...
- Kun je kenmerken noemen van schimmels.
- Kun je uitleggen dat schimmels zowel nuttig als schadelijk kunnen zijn, en hiervan voorbeelden noemen.