2BC 29032020

Had de agent gelijk de daders moeten aanhouden?
Natuurlijk! Er wordt hier een strafbaar feit gepleegd!
Nee, de agent was al oud en kon nooit op in zijn eentje tegen al die Urkers.
Welkom!
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Had de agent gelijk de daders moeten aanhouden?
Natuurlijk! Er wordt hier een strafbaar feit gepleegd!
Nee, de agent was al oud en kon nooit op in zijn eentje tegen al die Urkers.
Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Je hebt je spullen bij je.
Eerste vijf minuten mag je kletsen.
Verder doe je wat je gevraagd wordt.
Je logt in met je eigen naam in lessonup

1 waarschuwing = praatje met de leraar
2 waarschuwingen = praatje met leraar en mentor
3 waarschuwingen = rode kaart/nablijven

Slide 2 - Tekstslide

Inloggen lessonup
https://LessonUp.app/invite/group/ssidq

  • Je gebruikt je eigen voornaam.
  • Verder niets anders dan je voornaam.

  • Vanaf vandaag begint iedere les altijd met inloggen.

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen/agenda
 Lesdoelen:
  • De betekenis kennen van veelvoorkomende achtervoegsels
  • De betekenis vinden dankzij die achtervoegsels
  • woorden en uitdrukkingen kennen
  • Nakijken/quizje
  • Aan de slag
  • Afsluiten

Slide 4 - Tekstslide

Bij een oplettende leraar zullen ook de beste spiekers ....
A
door de mand vallen
B
buiten de boot vallen
C
over een kam scheren
D
een gewillig oor vinden

Slide 5 - Quizvraag

wat is niet zichtbaar met je blote oog
A
de zon
B
een bacterie
C
een korrel zand
D
een mug

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer je heel veel interessante dingen tegelijk ziet.
A
Door de bomen het bos niet meer zien.
B
Ogen tekort komen.
C
Je ogen goed de kost geven.
D
Iets op het oog hebben.

Slide 7 - Quizvraag

Kies de juiste betekenis bij de uitdrukking:
je ogen goed de kost geven
A
mislukt
B
goed rondkijken
C
van mijn stuk brengen
D
onthoud goed

Slide 8 - Quizvraag

Hij denkt dat hij bij Ajax kan voetballen, hij kan beter .........
A
het niet uit het oog verliezen
B
met beide benen op de grond staan
C
het in zijn oren knopen
D
zijn hoofd verliezen

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent deze uitdrukking?

"Een oogje in het zeil houden"
A
toezicht houden
B
iemand voor de gek houden
C
populair zijn
D
varen

Slide 10 - Quizvraag

Aan de slag




Huiswerk:
Vanaf blz. 126, startopdracht

-lijk
-heid
-teit
-baar
-atie
-aard
-aar

-isch
-ing
-ig
-loos
-vol
-lijks

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoelen gehaald?

Vragen?

m.marinus@cvo-nf.nl
Tot de volgende!

Slide 12 - Tekstslide