P1 - Les 2 - Pathologie - Cardiovasculaire aandoeningen

P1- Les 2 - Cardiovasculare aandoeningen 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

P1- Les 2 - Cardiovasculare aandoeningen 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat je altijd wilde weten over hart en vaarziekte?!

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Deze week
  • Risicofactoren hart- en vaataandoeningen
  •  Bloeddruk: Hypotensie en Hypertensie
  • Slagaderverkalking: arteriosclerose/atherosclerose

       


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hart en vaat aandoeningen?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Cardiovasculaire aandoeningen
  • slagaderverkalking,
  • pijn op de borst of hartkramp (angina pectoris),
  • hartritmestoornissen,
  • een hartinfarct (myocard infarct)/ beroerte (CVA of TIA). 
  • Spataderen , trombose been, oedeem, ulcuscriris
  • aneurysma 
  • claudicatio intermittens


Slide 5 - Tekstslide

Wat is een cardiovasculaire aandoening?

Een cardiovasculaire aandoening is een ander woord voor een hart- en vaatziekte. Er zijn verschillende soorten hart- en vaatziekten.

  • De bekendste hart- en vaatziekten zijn: aderverkalking, 
  • pijn op de borst of hartkramp (angina pectoris), 
  • hartritmestoornissen, 
  • een hartinfarct 
  • beroerte. 
Iedere aandoening kent zijn eigen symptomen en ziektebeloop, maar hebben één ding gemeen. Bij al deze aandoeningen is er namelijk sprake van een aandoening aan het hart en de bloedvaten.

De kans op deze aandoening verhoogt bij onder meer:
  • overgewicht, 
  • diabetes mellitus, 
  • een hoge bloeddruk, 
  • een hoog cholesterol, 
  • reumatoïde artritis, 
  • stress en 
  • roken. 
Een gezonde leefstijl kan het risico op deze aandoeningen verlagen.
Diabetes mellitus is een risicofactor voor cardiovasculaire aandoeningen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Risicofactoren
  • overgewicht,
  • diabetes mellitus,
  • een hoge bloeddruk,  <-- <-- <--
  • een hoog cholesterol,
  • reumatoïde artritis,
  • stress en
  • roken (nicotine). 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Door nicotine vernauwen de bloedvaten. Het effect is
A
dat de bloeddruk afneemt omdat er minder bloed door de vaten stroomt
B
dat de bloeddruk afneemt omdat het hart sneller klopt
C
dat de bloeddruk toeneemt omdat er minder ruimte is voor het bloed
D
dat de bloeddruk toeneemt omdat het hart minder goed kan pompen

Slide 8 - Quizvraag

Antwoord C
Wat zegt je bloeddruk over je gezondheid?
  • Het bloed 'drukt' tegen de wanden van de bloedvaten. Dit noem je bloeddruk.

  • De bloeddruk is niet overal in je lichaam hetzelfde.

  • Sommige mensen kunnen last hebben van een hoge bloeddruk.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

oorzaken hoge RR

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

oorzaken hoge RR  sprake van hoge RR als onderdruk ....

vaatvulling 
doorsnede bloedvaten( vernauwd/verwijd)
veroudering 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Telkens als mevrouw Anders opstaat wordt het zwart voor haar ogen en voelt ze zich duizelig.
Waarschijnlijk heeft mevrouw Anders last van ...
A
Hypertensie
B
Hypotensie

Slide 12 - Quizvraag

Antwoord B
Hypotensie
Symptomen:
  • duizeligheid
  • licht worden in het hoofd
  •  syncope (flauwvallen) 

Slide 13 - Tekstslide


Lage bloeddruk komt in de bevolking veel minder voor dan hoge bloeddruk. Over het algemeen is een lage bloeddruk gezond, de hoogte van de bloeddruk verschilt namelijk van persoon tot persoon. 

Vrouwen en slanke mensen hebben vaak een lagere bloeddruk. Lage bloeddruk wordt pas een probleem als mensen klachten krijgen van de lage bloeddruk. De bloeddruk is dan te laag, we noemen dit hypotensie. Voorbeelden van klachten van hypotensie zijn:
  • duizeligheid, 
  • licht worden in het hoofd en
  •  flauwvallen. 
Klachten treden meestal op tijdens of enkele minuten na het opstaan uit de stoel of van bed.
Dit laatste noemen we daarom orthostatische hypotensie. Orthostatisch komt van het Griekse woord orthostasis, dat “rechtop staan” betekent. 
Een bijzonder geval van (acute en tijdelijke) te lage bloeddruk is flauwvallen (dit wordt ook wel syncope genoemd). Meestal is dit een onschuldige aandoening, maar het kan soms ook komen doorhartziekten. Hypotensie kan ook een uiting zijn van een (ernstige) ziekte.

Risicofactoren
Er zijn verschillende oorzaken voor het krijgen van hypotensie.
  • Bloeddrukverlagende medicijnen
Het gebruik van bloeddrukverlagende medicijnen is de meest voorkomende oorzaak van een (te) lage bloeddruk. Vooral bij ouderen en bij het gebruik van een combinatie van meerdere medicijnen, kan de bloeddruk te laag worden.
  • Uitdroging
Een te lage bloeddruk kan ook veroorzaakt worden door uitdroging (soms in combinatie met het gebruik van bloeddrukverlagende medicatie). Uitdroging kan bijvoorbeeld ontstaan door overmatig vochtverlies bijvoorbeeld door veel zweten bij koorts, diarree en/of braken.
  • Zenuw- of hormoonproblemen
Zeldzame oorzaken van een te lage bloeddruk zijn hormoonafwijkingen (bijvoorbeeld te lage hoeveelheid Cortisol bij de ziekte van Addison) en een verstoorde bloeddrukregulatie ten gevolge van zenuwschade (bijvoorbeeld bij lang bestaande suikerziekte of bij de ziekte van Parkinson).
  • Ernstige ziekte
Een acute daling van de bloeddruk kan voorkomen bij verschillende spoedsituaties. Wanneer er bijvoorbeeld sprake is van ernstig bloedverlies, dan kan de bloeddruk dalen doordat er te weinig bloed in de bloedvaten zit. Daarnaast kan een plotselinge bloeddrukverlaging ontstaan bij ernstige infecties (bloedvergiftiging),bij ernstige allergische reacties of bij hartproblemen (bijvoorbeeld een groot hartinfarct of ritmestoornissen).
Waar moet je als verzorgende extra op letten bij mevrouw Anders?
A
Bloeddruk en pols meten voordat mevrouw opstaat
B
Mevrouw sneller laten opstaan zodat de bloeddruk geen kans krijgt om te dalen.
C
Instructie geven tot langzaam opstaan en valpreventie door o.a. ondersteunen

Slide 14 - Quizvraag

Antwoord C
Hypotensie
Mogelijke oorzaken:
  • Antihypertensiva 
  • Uitdroging
  • Sepsis

Bloeddruk verlaging bij opstaan = orthostatische hypotensie
LET OP VAL - risico!!

Slide 15 - Tekstslide

Oorzaken orthostatische hypertensie:
  • Leeftijd
  • Medicijnen voor vergrote prostaat
  • Antihypertensiva
  • Parkinson
  • DM


Lage bloeddruk komt in de bevolking veel minder voor dan hoge bloeddruk. Over het algemeen is een lage bloeddruk gezond, de hoogte van de bloeddruk verschilt namelijk van persoon tot persoon. 

Vrouwen en slanke mensen hebben vaak een lagere bloeddruk. Lage bloeddruk wordt pas een probleem als mensen klachten krijgen van de lage bloeddruk. De bloeddruk is dan te laag, we noemen dit hypotensie. Voorbeelden van klachten van hypotensie zijn:
  • duizeligheid, 
  • licht worden in het hoofd en
  •  flauwvallen. 
Klachten treden meestal op tijdens of enkele minuten na het opstaan uit de stoel of van bed.
Dit laatste noemen we daarom orthostatische hypotensie. Orthostatisch komt van het Griekse woord orthostasis, dat “rechtop staan” betekent. 
Een bijzonder geval van (acute en tijdelijke) te lage bloeddruk is flauwvallen (dit wordt ook wel syncope genoemd). Meestal is dit een onschuldige aandoening, maar het kan soms ook komen doorhartziekten. Hypotensie kan ook een uiting zijn van een (ernstige) ziekte.

Risicofactoren
Er zijn verschillende oorzaken voor het krijgen van hypotensie.
  • Bloeddrukverlagende medicijnen
Het gebruik van bloeddrukverlagende medicijnen is de meest voorkomende oorzaak van een (te) lage bloeddruk. Vooral bij ouderen en bij het gebruik van een combinatie van meerdere medicijnen, kan de bloeddruk te laag worden.
  • Uitdroging
Een te lage bloeddruk kan ook veroorzaakt worden door uitdroging (soms in combinatie met het gebruik van bloeddrukverlagende medicatie). Uitdroging kan bijvoorbeeld ontstaan door overmatig vochtverlies bijvoorbeeld door veel zweten bij koorts, diarree en/of braken.
  • Zenuw- of hormoonproblemen
Zeldzame oorzaken van een te lage bloeddruk zijn hormoonafwijkingen (bijvoorbeeld te lage hoeveelheid Cortisol bij de ziekte van Addison) en een verstoorde bloeddrukregulatie ten gevolge van zenuwschade (bijvoorbeeld bij lang bestaande suikerziekte of bij de ziekte van Parkinson).
  • Ernstige ziekte
Een acute daling van de bloeddruk kan voorkomen bij verschillende spoedsituaties. Wanneer er bijvoorbeeld sprake is van ernstig bloedverlies, dan kan de bloeddruk dalen doordat er te weinig bloed in de bloedvaten zit. Daarnaast kan een plotselinge bloeddrukverlaging ontstaan bij ernstige infecties (bloedvergiftiging),bij ernstige allergische reacties of bij hartproblemen (bijvoorbeeld een groot hartinfarct of ritmestoornissen).
Bij welke van onderstaande metingen is er sprake van hypertensie?
A
120/80 mmHg
B
135/68 mmHg
C
106/65 mmHg
D
145/95 mmHg

Slide 16 - Quizvraag

Antwoord D
Hypertensie/Hypotensie

Hypertensie/Hoge bloeddruk:

  • Te hoge druk op de bloedvaten, het hart klopt te krachtig
  • Vergrote kans op hart- en vaatziekten (beschadigd de wanden van de slagaders --> meer kans op slagaderverkalking)


Hypotensie/Lage bloeddruk:

  • hoofdpijn, duizeligheid
  • delen van het lichaam krijgen te weinig bloed -> zuurstof

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hypertensie
Symptomen:
- Duizeligheid
- Hoofdpijn
- Rusteloosheid
- Kortademigheid
- Problemen met zien
- Pijn op de borst
- Verwarring
- Oorsuizen
- Tintelingen in handen en voeten
- Hartkloppingen
- (Spontane) neusbloeding
- Vermoeidheid
- Misselijkheid en braken

Slide 19 - Tekstslide

  • Gedurende langere tijd boven 140/90
  • Klachten ontstaan meestal geleidelijk
  • Cliënt merkt er in eerste instantie niets van vaak per toeval ontdekt
  • gevolg hoge bloeddruk:
  • Grotere kans op hart- en vaatziekten (oa beroerte, vasculaire dementie).
  • Oogproblemen
Hypertensie op lange termijn
Wanden van de bloedvaten beschadigen
minder flexibel zijn -> arteriosclerose 
Gevolg:
  • Bloeddruk stijgt nog meer
  • Plaques (atherosclerose)
 

Slide 20 - Tekstslide

Op lange termijn is een hoge bloeddruk schadelijk voor het lichaam en is het een
risicofactor op hart- en vaatziekten, zoals een hartinfarct of een beroerte. 

Op termijn kunnen de wanden van de bloedvaten beschadigd raken en ook minder flexibel zijn -> arteriosclerose. 

Dit begint vaak in de kleinere vaatjes van het lichaam. 

Ook nierziekten en netvliesbeschadiging kunnen ontstaan door een hoge bloeddruk. 

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Atherosclerose

Slagaderverkalking
Natuurlijk verouderingsproces
Afwijking in de wand van een bloedvat door een vetophoping

Vernauwing van de slagaderen door plaques

Weefsels krijgen steeds minder O2rijk bloed.

Alle slagaders in het lichaam kunnen worden 
aangetast door slagaderverkalking

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Risicofactoren Atherosclerose
Wel beïnvloedbaar:
  • Verhoogd cholesterol (HDL/LDL)
  • Roken
  • Overgewicht
  • Te weinig beweging
  • Diabetes (soms)

Slide 23 - Tekstslide

Roken: Door tabaksrook vernauwen de slagaders, beschadigt de binnenkant van de slagaders en verandert de samenstelling van het bloed.

Overgewicht: Overgewicht kan andere risicofactoren versterken. Mensen met overgewicht hebben bijvoorbeeld een verhoogd risico op hoge bloeddruk en een te hoog LDL-cholesterol. Ten tweede is overgewicht een risicofactor op zichzelf. Sommige vetcellen kunnen tot diabetes leiden. Die gevaarlijke vetcellen zitten vooral rond het middel.

Te weinig bewegen: Met te weinig beweging kan het lichaam slecht omgaan: er komt te veel LDL-cholesterol in het bloed en het risico op diabetes, hoge bloeddruk en stress wordt groter.
Je komt als verzorgende bij Mevrouw Jans (76jr). Zij heeft een verhoogd cholesterolgehalte, waardoor de kans op hart- en vaatziekten toeneemt.
Wat adviseer je mevrouw Jans op het gebied van voeding?

A
Gebruik vooral verzadigde vetten, zoals melk en kaas.
B
Gebruik vooral onverzadigde vetten, zoals roomboter en kaas.
C
Gebruik vooral onverzadigde vetten, zoals dieetmargarine en sojaolie.
D
Gebruik vooral verzadigde vetten, zoals maïsolie en zonnebloempitolie.

Slide 24 - Quizvraag

Antwoord C
Risicofactoren Atherosclerose
Niet beïnvloedbaar:
  • Leeftijd
  • Geslacht (man)
  • Erfelijke aanleg
  • Reumatoïde artritis
  • Gestoorde nierfunctie
  • Diabetes (soms)

Slide 25 - Tekstslide

Leeftijd: slagaderverkalking is verouderingsproces

Geslacht: mannen krijgen eerder met HVZ te maken

Reuma: de ontstekingsreactie beschadigt waarschijnlijk ook de bloedvatcellen van slagaders

Diabetes: beschadiging van bloedvaten

Gestoorde nierfunctie: beschadigde bloedvaten in de nieren -> beschadigde bloedvaten in lichaam


Hart- en vaatziekten
Preventie!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week
Pathologie – Circulatie & aandoeningen hart (1)


Hartfalen/Decompensatio Cordis


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Lees: 
VVT2 - Hoofdstuk 9
Bekijk: 
https://youtu.be/yFSGXwqLd20 (instapvideo: Wat is hartfalen?)
https://youtu.be/Ce7RU4syBQA (Uitleg: Wat is hartfalen)
Maak: 
Opdracht 2 - Hoofdstuk 8 (mail van vorige week)
              

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies