H3 Energie

H3 
Energie
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H3 
Energie

Slide 1 - Tekstslide

Paragraaf 1
Energiebronnen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat een energiebron is.
  • Je kunt zes energiebronnen beschrijven.
  • Je kunt kenmerken van energiebronnen benoemen.
  • Je kunt de ideale energiebron beschrijven.
  • Je kunt vier kenmerken van de energietransitie benoemen.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Paragraaf 2
Verwarmen

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen dat bij energieomzettingen de kwantiteit (hoeveelheid energie) niet verandert, maar de kwaliteit (bruikbaarheid) wel.
  • Je kunt energieomzettingen weergeven in een energiestroomdiagram, rekening houdend met de wet van behoud van energie.
  • Je kunt uitleggen dat er toevoer van warmte nodig is om de temperatuur van een stof te laten stijgen.
  • Je kunt berekenen hoeveel energie nodig is om een stof in temperatuur te laten stijgen door de soortelijke warmte te gebruiken.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Calorimeter

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Paragraaf 3
Isoleren

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen op welke manieren een huis warmte verliest.
  • Je kunt uitleggen hoe er een dynamisch evenwicht ontstaat tussen warmteverlies en warmteproductie.
  • Je kunt berekenen hoeveel warmte door de muur van een huis wegstroomt.
  • Je kunt uitleggen hoe je het warmteverlies in een huis kunt verkleinen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Paragraaf 4

Rendement

Slide 14 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt duurzaam energieverbruik uitleggen aan de hand van een energiestroomdiagram.
  • Je kunt het rendement berekenen op basis van energie.
  • Je kunt het rendement berekenen op basis van vermogen.

Slide 15 - Tekstslide

Energie besparen
E = P × t betekent dat je kunt besparen door apparaten te gebruiken met een laag vermogen of apparaten kort te gebruiken. 

Slide 16 - Tekstslide

Rendement
rendement =
De hoeveelheid energie die nuttig wordt gebruikt. Dit wordt weergegeven als percentage van het totaal aan energie.

Slide 17 - Tekstslide

Let op!
Bedenk goed: Wat is de totale waarde en wat is de nuttige waarde?
Welke grootheid gebruik je? Energie of vermogen?
Rendement = % <-- vergeet die niet!

Slide 18 - Tekstslide