Wat wil ik?

Wat wil ik?
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Wat wil ik?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Intro filmpje van Kelvin

“Vandaag gaan we het hebben over geld: doekoe 💰 

We hebben het allemaal nodig. Om te eten, voor kleding, om te wonen. Maar het is ook best ingewikkeld om er goed mee om te gaan. 

Geef je het allemaal in 1 keer uit of spaar je zodat je echt iets moois kunt kopen? 

En wordt je echt blij als je de nieuwste sneakers draagt, maar helemaal geen geld meer hebt? 

Maakt geld je gelukkiger? Of zijn andere dingen ook belangrijk? 
Tijdens deze les gaan we hier met elkaar achter komen. 

En oja : ik ben Kelvin!”

Inleiding
Wat is jouw mening over geld?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geld is voor mij niet zo belangrijk. Als ik maar gelukkig ben, dan ben ik al snel tevreden.
0100

Slide 4 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Geld, dat is papier waarmee ik veel kan doen. Geld is voor mij belangrijk omdat ik graag goed wil leven: feesten, vakanties, shoppen, ...
😒🙁😐🙂😃

Slide 5 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Geld vind ik niet belangrijker dat gezondheid. Het is wel lekker als ik niet te hard moet opletten waaraan ik geld uitgeef.
0100

Slide 6 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Met geld omgaan is gemakkelijk

Slide 7 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Als je spaart, kun je meer leuke dingen doen.

Slide 8 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Geld verdienen met klusjes is slim.

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik geef meer geld uit door reclame.

Slide 10 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan goed met geld omgaan.

Slide 11 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Leren omgaan met geld leer je van je ouders.

Slide 12 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Jong geleerd is oud gedaan.

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wie geld heeft, is gelukkig.

Slide 14 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Als ik duizend euro krijg, geef ik het dezelfde dag nog uit.

Slide 15 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarover ging het filmpje?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarover ging het filmpje?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht: Stellingenspel
Leerlingen gaan 6 stellingen beantwoorden die te maken hebben met geld en welbevinden (geluk).

Instructie docent
Doel: Leerlingen verkennen hun mening over de waarde van geld en de invloed daarvan op hun geluk

Tip: 
Bij de start van de les heb je al kunnen inventariseren hoe de klas denkt over geld en geluk. Per stelling kan je in deze oefening daar dieper op ingaan. 


Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Slide 22 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Slide 23 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een behoefte?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 3 dingen zijn voor jou belangrijker dan geld hebben?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

s

Slide 31 - Tekstslide

Opdracht: Wants & Needs
Elk mens heeft ze: wants & needs. Oftewel: voorwerpen die je echt nodig hebt (needs) en die je graag zou willen hebben (wants). De leerlingen gaan 10 voorwerpen zien. Leerlingen mogen zelf bepalen welke voorwerpen ze in welke categorie slepen. 

Zijn het wants of needs?
Wants: Wat je graag zou willen hebben (niet noodzakelijk om te kunnen leven)
Needs: Wat je echt nodig hebt (noodzakelijk om te kunnen leven)

Instructie docent
Doel: Leerlingen krijgen inzicht in welke spullen ze echt nodig hebben en welke slechts leuk zijn om te hebben.

Tips docent:
  • Per voorwerp kan je het gesprek aangaan. Bijvoorbeeld met schoenen: moeten het dan mooie dure Nikes zijn (wants) of heb je gewoon schoenen nodig (needs).
  • Een mooie verdieping kan er plaatsvinden door te vragen hoe leerlingen denken zichzelf te kunnen voorzien van hun wants en needs. Je kan het met de leerlingen hebben over sparen en kopen op afbetaling en de risico’s daarvan.



Slide 32 - Poll

Schoenen

Leerlingen kunnen in de poll aangeven dit een Wants of een Needs te vinden

Slide 33 - Poll

Red Bull

Leerlingen kunnen in de poll aangeven dit een Wants of een Needs te vinden

Slide 34 - Poll

Iphone

Leerlingen kunnen in de poll aangeven dit een Wants of een Needs te vinden

Slide 35 - Poll

Laptop

Leerlingen kunnen in de poll aangeven dit een Wants of een Needs te vinden

Slide 36 - Poll

Zonnebril

Leerlingen kunnen in de poll aangeven dit een Wants of een Needs te vinden

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarover ging het filmpje?

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Slide 39 - Open vraag

Stap 3
Eindig de nabespreking met de opdracht ‘Maak de zin af…’:
‘Jongeren zijn echt gelukkig wanneer ………’

Instructie docent
Doel: Leerlingen zoeken verdieping op het thema geld en geluk - kan nog scherper
Als docent is het belangrijk dat leerlingen de verdieping zoeken.

Thema Shop now pag. 8 en 9

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

goed
dienst
iets dat niet tastbaar is, iets dat iemand voor iemand anders doet
iets dat je kan vastnemen

Slide 42 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Factoren die ons koopgedrag beïnvloeden

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies