DISK Thema 2, taak 1

DISK Thema 2, taak 1
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

DISK Thema 2, taak 1

Slide 1 - Tekstslide

Maandag 25 november 2024
Pak een boek en ga lekker 10 minuten lezen!

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?

- Toets voor sommige leerlingen
- DISK Thema 2: Bellen en een e-mail sturen

Slide 3 - Tekstslide

DISK, thema 2
Bellen en mailen (even praten)

Slide 4 - Tekstslide

Toets voor Adoum, Ilona, Abdallah, Ahmed, Muhammad, Benny en Mirab

Slide 5 - Tekstslide

Luisteren
We luisteren eerst naar de dialoog in Disk.

Lees dialoog 1 nog een keer met je buurman of buurvrouw.

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf een tip om een goed telefoongesprek te voeren.

Slide 7 - Open vraag

Ik ben ziek.
Ik word wakker en voel me ziek.

Wat moet ik doen?
Wat gebeurt er als ik niet afbel?

Slide 8 - Tekstslide

's ochtends
  • in de ochtend
  • van 7.00 - 12.00  uur
  • zin: Ik drink 's ochtends altijd koffie.
  • zin: 's Ochtends om half 9 begint de school. 

Slide 9 - Tekstslide

's avonds
  • in de avond
  • van 18.00 - 0.00 uur
  • zin: Ik drink 's avonds altijd melk.
  • zin: 's Avonds is het donker. 

Slide 10 - Tekstslide

's middags
  • in de middag
  • van 12-18 uur

  • zin: De leerlingen zijn            's middags vrij. 

Slide 11 - Tekstslide

's nachts
  • in de nacht
  • van 0.00 - 7.00 uur
  • zin: Ik droom 's nachts. 

Slide 12 - Tekstslide

aardig
  • lief 
  • vriendelijk
  • zin: De leerling is heel aardig.
  • zin: De aardige buurman verhuist morgen.

Slide 13 - Tekstslide

de afspraak
  • dat wat je afspreekt
  • waar - wanneer - waarom
  • de afspraak - de afspraken
  • zin: Ik heb een afspraak bij de dokter.
  • zin: Morgen gaat de afspraak niet door. 

Slide 14 - Tekstslide

bellen
  • contact hebben met iemand met een telefoon
  • werkwoord 
  • ik bel - wij bellen
  • zin: Ik bel met mijn broer.
  • zin: Ik ga de dokter bellen.

Slide 15 - Tekstslide

beter
  • goed - beter - best 
  • zin: Ik ben beter in taal dan in rekenen.
  • zin: Elke dag wordt mijn Nederlands beter.

Slide 16 - Tekstslide

Nieuwe woorden leren

Schrijf de vertaling op de woordenlijst.

Slide 17 - Tekstslide

Luister naar de tekst 
Thema 2 -> Bronnen -> Dan kan ik niet 
Beantwoord daarna de vragen.
timer
12:00

Slide 18 - Tekstslide

Joan belt voor een nieuwe afspraak bij de tandarts.

A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

De nieuwe afspraak is op dinsdag om 15.30 uur.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Het is makkelijk om een nieuwe afspraak te maken.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

De assistente vindt het vervelend dat Joan afbelt.
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag


1
A
Hij belt.
B
Hij loopt.
C
Hij schrijft.
D
Zij belt.

Slide 23 - Quizvraag

Ik mag hier .......................
1

Slide 24 - Open vraag

Latifa was ziek.
Wat vraag je als ze weer op school is?
Gebruik het woord: beter
1

Slide 25 - Open vraag

Ik help jou.
Dat is ....................
1
A
nooit
B
beter
C
bellen
D
aardig

Slide 26 - Quizvraag


Ik ben ........... heel lang op school.
A
datum
B
al
C
bellen
D
afspraak

Slide 27 - Quizvraag

Vragen
  • Welke woorden hoor je?
  • Hoe lang hebben ze gewacht?
  • Wanneer bellen Freek en Suzan elkaar?

Slide 28 - Tekstslide

Ik zit naast een leerling.
Wij werken ..................
6
A
's avonds
B
nooit
C
samen
D
regel

Slide 29 - Quizvraag

Wat is een regel in de klas?
timer
2:00
6

Slide 30 - Open vraag

Ik ga ................. niet naar school.
6
A
's morgens
B
's middags
C
's avonds
D
's nachts

Slide 31 - Quizvraag

Ik beloof de docent dat ik op tijd kom.
Dat is een .......................
1
A
dag
B
datum
C
afspraak
D
beter

Slide 32 - Quizvraag

Luister en herhaal

Slide 33 - Tekstslide

Doe de opdrachten bij 
Thema 2 -> Bouwstenen -> Routines

timer
12:00

Slide 34 - Tekstslide




Taken -> Bel en stuur een e-mail

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Ga naar Taken -> 1 Bel en stuur een e-mail -> 5. Vraag het e-mailadres van je docent.

Tips
Begin met 'Beste ...'

Eindig met 'Groeten' of 'Groetjes'

Slide 39 - Tekstslide