Sociaalwetenschappelijke theorieën en benaderingswijzen
Boek GPM
Thema 9
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3
In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Deze les
Sociaalwetenschappelijke theorieën en benaderingswijzen
Boek GPM
Thema 9
Slide 1 - Tekstslide
Sociaalwetenschappelijke benaderingen
psychoanalytische benadering
gedragstherapeutische benadering
cliëntgerichte benadering
oplossingsgerichte benadering
lichaamsgerichte benadering
systeemgerichte benadering
Slide 2 - Tekstslide
Gedragstherapeutische benadering
Reactie op psychoanalytische benadering
"Psychoanalyse werkt niet, probleem los je niet op door in iemands verleden te graven"
Slide 3 - Tekstslide
Gedragstherapie
De cliënt ervaart problemen, omdat hij verkeerd gedrag heeft aangeleerd. Tijdens de therapie wordt geprobeerd om nieuw gedrag aan te leren.
Slide 4 - Tekstslide
Gedragstherapeutische benadering
Wordt toegepast door behaviouristen
Wat was behaviourisme ook alweer?
Slide 5 - Tekstslide
Gedragstherapeutische benadering
Behaviourisme: gedrag is een reactie op prikkels uit de omgeving
Stimulus = prikkel
Respons = reactie
Bekrachtiging = positieve reactie op gedrag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Gedragstherapeutische benadering
Verkeerd gedrag ontstaat doordat een kind het goede gedrag niet heeft geleerd, of doordat gedrag verkeerd is aangeleerd.
Therapie wordt toegepast bij mensen die angst ervaren
Slide 8 - Tekstslide
Gedragstherapeutische benadering
Gaat ervan uit dat mensen die problemen ervaren, te weinig acties ondernemen en bepaalde situaties vermijden
De cliënt wordt gestimuleerd enge situaties op te zoeken (exposure = 'blootstelling aan iets')
Bv. kind dat extreem bang is voor honden
Slide 9 - Tekstslide
Gedragstherapeutische benadering
Stapsgewijs angsten overwinnen en nieuw gedrag aanleren
Eerst: 'exposure in vitro'
Contact met datgene waar je bang voor bent in een niet-levensechte situatie. Bv. het kind kijkt naar een foto van een hond. Een stap verder: kijken naar een filmpje van een hond.
Daarna: 'exposure in vivo'
Contact met datgene waar je bang voor bent in een levensechte situatie. Bv. het kind kijkt naar een echte hond. Een stap verder: de hond aanraken of aaien.
Slide 10 - Tekstslide
Cliëntgerichte benadering
De cliënt staat volledig centraal.
Geen vaste manier van behandelen, want elk mens is immers anders. Uitgangspunt: de cliënt moet zich geaccepteerd en begrepen voelen.
Ontwikkeld door psychologen Maslow en Rogers
Slide 11 - Tekstslide
Cliëntgerichte benadering
Kritiek op psychoanalytische benadering: te negatief, legt teveel nadruk op de problemen
Kritiek op gedragstherapeutische benadering: de mens is geen machine die je wel even kunt programmeren
Slide 12 - Tekstslide
Cliëntgerichte benadering
Ieder mens is uniek, met een positieve kern
Ieder mens moet zich op zijn eigen manier ontwikkelen
Je moet een kind daarom onvoorwaardelijk accepteren zoals het is
Je mag een kind niet dwingen naar jouw verwachtingen, dan kan het niet zichzelf zijn (Roger noemt dit: incongruentie)
Doel therapie: het kind weer helemaal zichzelf laten zijn
De aanpak tijdens de therapie verschilt van persoon tot persoon
Slide 13 - Tekstslide
Cliëntgerichte benadering
Drie factoren zijn belangrijk bij goede ontwikkeling kind:
Onvoorwaardelijke acceptatie
Empathie: het kind moet zich begrepen voelen
Echt contact, waarin kind en opvoeder zichzelf kunnen laten zien