Bijwoorden van frequentie
Deze bijwoorden geven aan hoe vaak/weinig iets gebeurt/gebruikt wordt, bijvoorbeeld
always, sometimes, never. Een zin met een bijwoord van frequentie erin ziet er dan zo uit:
a. We never play soccer on the street.
b. They sometimes use the television.
c. She is always late at school.
Je ziet dat het bijwoord van tijd altijd vóór het werkwoord in de zin komt te staan (zin a & b), behalve bij het werkwoord 'to be' (zin c), dan komt het bijwoord van tijd áchter het werkwoord te staan!